dhr. mr.drs. P.A.M. Pijnenburg

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao verklaart het beroep van de belanghebbende tegen de naheffingsaanslagen voor november 2023 niet-ontvankelijk en de aanslagen voor december 2023 en januari 2024 terecht.

Belanghebbende en voormalig werkgever in geschil over belastingheffing schadevergoeding na beëindiging arbeidsrelatie. Gerecht oordeelt dat volledige schadevergoeding tot belastbaar loon behoort. Beroep tegen aanslagen IB 2020 niet-ontvankelijk, beroep tegen uitspraken bezwaar 2021 gegrond.

Het Gerecht oordeelt dat de naheffingsaanslag BBO terecht is opgelegd, maar vernietigt de vergrijpboete wegens een pleitbaar standpunt van belanghebbende.

Het Gerecht oordeelt dat de navorderingsaanslag inkomstenbelasting 2017 ten onrechte is opgelegd door fouten van de Inspecteur. Het beroep is gegrond en de Inspecteur moet de proceskosten vergoeden.

Het Gerecht verklaart het beroep niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van een schriftelijke machtiging van de belanghebbende.

Het Gerecht oordeelt dat binnen een fiscale eenheid geen recht op aftrek van voorbelasting bestaat voor de belanghebbende, omdat de ingevoerde goederen niet bestemd zijn voor wederverkoop maar voor dienstverlening in restaurants.

Het Gerecht oordeelt dat de verzuimboete van NAf 10.000 terecht is opgelegd, maar vermindert deze tot NAf 9.500 wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao oordeelt dat de inkomsten van de belanghebbende uit consultancywerkzaamheden als arbeidsinkomen belast moeten worden, en verklaart het beroep ongegrond.

In deze zaak is de hoogte van aftrekbare buitengewone lasten in de inkomstenbelasting in geschil. Het beroep is niet-ontvankelijk verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen.

Het Gerecht bevestigt de vergrijpboete van 50% voor de belanghebbende wegens voorwaardelijke opzet bij het niet aangeven van winstbelasting, maar verlaagt de boete tot NAf 10.950 vanwege overschrijding van de redelijke termijn.

Het Gerecht oordeelt dat de vrijstelling van invoerrechten voor 'Airco's', 'Solar' en 'Keuken' moet worden verleend, terwijl de vrijstelling voor 'Meubels', 'Bedden' en 'Pergola' terecht is geweigerd.

Het Gerecht verklaarde het beroep van de stichting niet-ontvankelijk omdat de verzoeken om ambtshalve vermindering buiten de termijn waren ingediend. De Inspecteur handelde niet onredelijk en de wettelijke regeling is niet in strijd met de Staatsregeling.

Het Gerecht oordeelt dat de naheffingsaanslag winstbelasting 2019 onterecht is gecorrigeerd. Het belastbare bedrag wordt vastgesteld op NAf 56.580, met een verschuldigde belasting van NAf 12.447 en een boete van NAf 19.691.

Het Gerecht verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar tegen de naheffingsaanslag winstbelasting 2021.

Het Gerecht oordeelt dat gescheiden heffing niet geldt voor premies AOV/AWW, AVBZ en BVZ. Beroep gegrond, aanslag inkomstenbelasting verlaagd naar NAf 66.267.

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao oordeelt dat de naheffingsaanslagen en verzuimboetes voor de winstbelasting 2019 en 2020 terecht zijn opgelegd, maar vermindert de verzuimboete voor 2020 tot NAf 3.402.

Het Gerecht oordeelt dat de verzuimboete voor te late betaling van winstbelasting terecht is opgelegd, maar vermindert deze naar NAf 1.829.

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao oordeelt dat de verzuimboetes voor winstbelasting over 2021 en 2022 terecht zijn opgelegd, omdat belanghebbende niet tijdig aangifte heeft gedaan.

Het Gerecht oordeelt dat de correctie van NAf 620.095 onterecht is, evenals de correcties op afschrijvings- en interestkosten. De overige correcties blijven in stand wegens gebrekkige administratie.

De zaak betreft een geschil over belastingaanslagen van een DJ, waarbij het gerecht de aanslagen corrigeert naar een belastbaar inkomen van NAf 41.079 en de Inspecteur in de proceskosten veroordeelt.

Het Gerecht oordeelt dat de belanghebbende geen recht heeft op aftrek van studiekosten voor de terugbetaling van een studieschuld, omdat deze niet in het jaar 2019 op haar hebben gedrukt.

Het Gerecht verklaart het bezwaar van belanghebbende tegen de belastingaanslag en verzuimboete niet-ontvankelijk wegens te late indiening, en verklaart het beroep ongegrond.

Het Gerecht oordeelt dat er geen aanslag inkomstenbelasting voor 2018 is opgelegd, waardoor geen teruggaaf kan plaatsvinden. Het beroep is ongegrond.

Belanghebbende, een visser, heeft geen aangifte inkomstenbelasting 2018 gedaan. De Inspecteur legde aanslagen op. Het Gerecht oordeelt dat de aanslagen en verzuimboete gehandhaafd blijven, omdat de belanghebbende niet overtuigend bewijs heeft geleverd.

Belanghebbende heeft zonder bezwaar beroep ingesteld tegen naheffingsaanslagen. Het Gerecht verklaart de bezwaren niet-ontvankelijk en stuurt een tijdig ingediend bezwaarschrift door naar de Inspectie.

Belanghebbende en de Inspecteur zijn in geschil over navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie AOV/AVBZ voor 2017-2019. Het Gerecht verklaarde het beroep voor 2017 gegrond en corrigeerde de huurinkomsten voor 2018 en 2019.

Het Gerecht oordeelt dat de belanghebbende premieplichtig is voor AOV/AWW en AVBZ in Curaçao, ondanks bezwaar. De uitspraak op bezwaar wordt vernietigd, maar de aanslagen blijven gehandhaafd.

Het Gerecht verklaart het beroep tegen het niet tijdig beslissen door de Inspecteur gegrond en draagt op alsnog uitspraak te doen op de bezwaren tegen de belastingaanslagen over 2018-2020.

Het Gerecht in Sint Maarten oordeelt dat de naheffingsaanslagen loonbelasting en premies AOV/AWW en AVBZ over 2012-2016 terecht zijn opgelegd. Bezwaren van de belanghebbende zijn ongegrond en niet-ontvankelijk voor 2013.

Het Gerecht heeft het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard en de aanslagen inkomstenbelasting en premies AOV/AWW en AVBZ voor 2019 gehandhaafd, omdat de vereiste aangifte niet is gedaan.

Hoger beroep over aanslagen inkomstenbelasting en premies AOV/AWW en AVBZ voor 2019. Belanghebbende gaf NAf 24.580 op, Inspecteur corrigeerde naar NAf 119.240. Gerecht oordeelt dat de aanslagen niet worden verminderd, beroep ongegrond.

Het Gerecht vernietigt de navorderingsaanslagen inkomstenbelasting 2012 en 2013 wegens onvoldoende onderbouwing door de Inspecteur.

Importeur wint beroep tegen navordering invoerrechten; douanewaarde van lege containers vastgesteld op Afl. 1.800 per container.

De rechtbank oordeelt dat de definitieve aanslag premie AOV/AWW voor 2015 onterecht was en vermindert deze tot Afl. 812. De vraag over verjaring moet aan de civiele rechter worden voorgelegd.

Het Gerecht vernietigt de naheffingsaanslagen winstbelasting 2017 en 2018 op basis van opgewekt vertrouwen, omdat de Inspecteur eerder had aangegeven dat de winst niet belast zou worden.

Het Gerecht oordeelt dat de notifications als aanslagen moeten worden beschouwd, waardoor verrekening van voorheffingen mogelijk is. Onderhoudskosten voor een zwembad zijn deels aftrekbaar.

Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao heeft op 31 juli 2024 het verzoek om vrijstelling van invoerrechten toegewezen, oordelend dat er geen sprake was van te late indiening en dat de afwijzing door de Sectordirecteur in strijd was met het vertrouwensbeginsel.

Belanghebbende is niet-ontvankelijk verklaard in haar bezwaar tegen belastingaanslagen, omdat dit niet tijdig was ingediend. De Inspecteur had de bezwaren terecht niet-ontvankelijk verklaard.

Het Gerecht in Sint Maarten oordeelt over belastingaanslagen en vergrijpboetes voor de jaren 2013 en 2014, waarbij de boetes worden vernietigd en de aanslag voor 2014 wordt verminderd.

Hoger beroep gegrond verklaard; voorlopige hechtenis niet geschorst ondanks ernstige normschending door overschrijding verblijf in politiecel.

Hoger beroep ongegrond verklaard; schorsing voorlopige hechtenis in stand gelaten na overschrijding termijn verblijf in politiecel.

Hoger beroep ongegrond verklaard; schorsing voorlopige hechtenis in stand gelaten na ernstige normschending door verblijf in politiecel.

Hoger beroep gegrond verklaard; verlenging inbewaringstelling verdachte voor zeven dagen bevolen na ernstige normschending door verblijf in politiecel.

Het Gerecht verklaarde het beroep van de belanghebbende gegrond en verminderde de aanslag inkomstenbelasting naar NAf 43.379, terwijl het beroep op het vertrouwensbeginsel faalde.

Het Gerecht verklaart het beroep van belanghebbende tegen de aanslagen premies AOV/AWW en AVBZ niet-ontvankelijk, omdat de Inspecteur aan de bezwaren tegemoet is gekomen. De Inspecteur moet het griffierecht vergoeden, maar er zijn geen proceskosten verschuldigd.

Het Gerecht heeft de aanslag inkomstenbelasting voor 2020 verminderd en het alimentatiebedrag in aftrek toegestaan, terwijl beroepskosten niet aftrekbaar zijn. De Inspecteur is veroordeeld in de proceskosten van NAf 1.400 en moet het griffierecht van NAf 50 vergoeden.

Het Gerecht verklaart het beroep van belanghebbende niet-ontvankelijk, omdat de Inspecteur volledig aan de bezwaren tegemoet is gekomen. Het griffierecht van NAf 150 wordt vergoed, en NAf 300 wordt gerestitueerd aan belanghebbende.

Het Gerecht heeft de waarde van onroerende zaken vastgesteld op NAf 800.000 voor 2014 en NAf 500.000 voor 2019, na geschil over de waardebepaling door de Inspecteur.

Het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten oordeelt dat de Inspecteur niet in zijn bewijslast is geslaagd voor de aanslagen inkomstenbelasting en premies AOV/AWW en AVBZ voor 2015 en 2016, en vermindert deze tot nihil.

Het Gerecht oordeelt dat de Inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat het pensioeninkomen van belanghebbende in 2015 NAf 39.174 bedroeg, maar wel dat er een pensioeninkomen van ten minste NAf 28.000 is genoten. De aanslagen worden verminderd tot NAf 48.826.