ECLI:NL:OGEAM:2016:46
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurrecht bedrijfsruimte: ontbinding huurovereenkomst en gebreken aan het gehuurde
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten, betreft het een geschil tussen de rechtspersoon [A], gevestigd te Anguilla, en [B], wonende te Sint Maarten, over een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte. De huurovereenkomst, die op 1 juni 2014 inging voor een periode van vijf jaar, werd door [A] buitengerechtelijk ontbonden op 2 april 2015, waarna [B] werd gesommeerd het gehuurde te verlaten. [B] heeft echter geen gehoor gegeven aan deze sommatie, wat leidde tot een rechtszaak. Tijdens de procedure heeft [A] een huurachterstand van USD 12.168,97 gevorderd, evenals schadevergoeding en ontruiming van het gehuurde. [B] heeft in reconventie gevorderd dat de buitengerechtelijke ontbinding niet rechtsgeldig was en herstel van gebreken aan het gehuurde.
De rechter heeft vastgesteld dat er gebreken aan het gehuurde waren, zoals lekkage en achterstallig onderhoud, en dat [B] gerechtigd was om de huurbetaling op te schorten. De rechter oordeelde dat de huurachterstand niet voldoende was om de ontbinding van de huurovereenkomst te rechtvaardigen. De buitengerechtelijke ontbinding werd dan ook nietig verklaard. De rechter heeft [A] veroordeeld tot herstel van de gebreken en heeft [B] veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, vermeerderd met boeterente en buitengerechtelijke incassokosten. De proceskosten werden tussen partijen verdeeld.
Het vonnis is uitgesproken op 9 augustus 2016 door mr. A.J.J. van Rijen, waarbij de rechter de vorderingen van beide partijen gedeeltelijk heeft toegewezen en afgewezen, en heeft bepaald dat partijen de proceskosten voor eigen rekening dienen te houden, behalve het griffierecht en de oproepingskosten van [A].