ECLI:NL:OGEAM:2018:130
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurrecht in kort geding met betrekking tot huurachterstand en ontruiming van gehuurde woning na orkaan Irma
In deze zaak, die op 14 december 2018 door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten is behandeld, gaat het om een kort geding tussen een verhuurder en een huurder. De verhuurder, vertegenwoordigd door mr. V.C. Choennie, vordert ontruiming van het gehuurde appartement vanwege een aanzienlijke huurachterstand die is ontstaan na de schade door orkaan Irma in september 2017. De huurder, vertegenwoordigd door mr. C.H.J. Merx, heeft sinds september 2017 geen huur betaald en betwist de vordering van de verhuurder. De huurder stelt dat er een afspraak was over een lagere huurprijs vanwege verminderd huurgenot door lekkages, maar de verhuurder ontkent dit en stelt dat de huurder de huur niet heeft willen betalen.
De procedure begon met een verzoekschrift van de verhuurder op 13 november 2018, gevolgd door een mondelinge behandeling op 30 november 2018. Tijdens deze behandeling hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De huurder heeft ook producties ingediend ter ondersteuning van haar verweer. De rechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een ernstige tekortkoming in de nakoming van de huurovereenkomst door de huurder, wat de ontruiming rechtvaardigt. De rechter heeft de verhuurder gemachtigd om de ontruiming desnoods zelf te bewerkstelligen met behulp van de sterke arm.
In de uitspraak is de huurder veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde binnen een maand na betekening van het vonnis en tot betaling van de achterstallige huur van US$ 1,347.28, vermeerderd met wettelijke rente. De huurder is ook veroordeeld in de proceskosten van de verhuurder. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Deze uitspraak is gedaan door mr. A.J.J. van Rijen en is op 14 december 2018 uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.