Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- verzoekschrift met producties van 11 december 2018,
- proces-verbaal van de zitting van 11 december 2018.
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
In deze zaak, die op 11 december 2018 werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, heeft eiseres een kort geding aangespannen met als doel de executoriale veiling van een onroerende zaak, die op 12 december 2018 gepland stond, te laten uitstellen. Eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.E.S. Moenir-Alam, stelde dat zij niet op de hoogte was van de veiling omdat gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.F. Gibson jr., haar niet correct had geïnformeerd over het adres waar de veiling zou plaatsvinden. Gedaagde voerde echter aan dat eiseres verantwoordelijk was voor de correcte inschrijving van haar onderneming in het handelsregister en dat zij tijdig op de hoogte was gesteld van de veiling.
Het Gerecht overwoog dat eiseres niet had voldaan aan haar verplichting om haar adresgegevens correct te registreren, wat leidde tot de situatie waarin zij zich bevond. De rechter concludeerde dat de belangenafweging niet in het voordeel van eiseres uitviel, aangezien er een verstekvonnis van 21 februari 2017 was dat nog niet was uitgevoerd. Het Gerecht oordeelde dat de vorderingen van eiseres moesten worden afgewezen, en dat zij als in het ongelijk gestelde partij de proceskosten moest betalen. De uitspraak werd gedaan door mr. A.J.J. van Rijen en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.