Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
1.[de agent],
1.Het procesverloop
- het verzoekschrift met producties, op 31 januari 2020 ontvangen,
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties,
- akte overlegging producties en uitlating eis in reconventie van [de agent],
- brief van 24 augustus 2020 met producties namens [het makelaarskantoor].
2.De feiten
“Non-exclusive listing agreement”(hierna:
de listing agreement) tot stand gekomen. [het makelaarskantoor] wordt ingeschakeld om de verkoop te begeleiden van de onroerende zaak
“Oyster Pond 176, Tower House”(hierna: de onroerende zaak). De vraagprijs is USD 750.000,00. Er is een commissiepercentage overeengekomen van 7% maar als de koopsom lager uitvalt dan geldt een percentage van 6%. Artikel 3.2. luidt als volgt:
“The Commission Fee becomes due when Broker effects a purchase agreement (…) and will be paid when the title of the Property is transferred and the purchase price has been paid.”Op de
listing agreementstaat onder de ondertekening door de directeur van [het makelaarskantoor] en de verkopers:
Natasha [de agent], Listing Agent.
“Properties of Sint Maarten”.
“Attached is a purchase and sales agreement for #... Oyster Pond, sellers are [A] and [B]. [de agent] is representing the sellers and she will gather the needed paperwork from the sellers.”De koopprijs bedraagt USD 600.000,00. Op een berekeningsformulier, opgesteld door [het makelaarskantoor], is de totale courtage van USD 36.000,00 zichtbaar en die wordt uitgesplitst als volgt: 30% naar [het makelaarskantoor] en 70% naar de
“listing agent”.
“[het makelaarskantoor] listing agreements you took without right or permission;”. Verder:
“Lastly, I hereby inform you that a financial audit is currently underway to determine the scope of commissions that my client had missed as a result of your tortious actions. You were a [het makelaarskantoor] agent until September 14th 2018 but appear to have run your separate competing enterprise for at least two (2) years. This is a violation of your agreement with [het makelaarskantoor] and the (financial) consequences will be recouped from you.”
3.Het geschil in conventie en in reconventie
subsidiair:tot vergoeding van alle door [het makelaarskantoor] ondervonden schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet,
4.De beoordeling
listing agreementtussen [het makelaarskantoor] en de verkopers tot stand is gekomen en [de agent] die niet heeft ondertekend, en b) [de agent] niets heeft gedaan om de verkoop tot stand te brengen. [het makelaarskantoor] onderbouwt dit standpunt door te verwijzen naar een agentuurovereenkomst, maar een door [de agent] ondertekend exemplaar daarvan ontbreekt. [de agent] betwist dat zij ooit een dergelijke overeenkomst heeft ondertekend zodat het Gerecht er niet vanuit kan gaan dat de door [het makelaarskantoor] geproduceerde overeenkomst met [de agent] ooit tot stand is gekomen.
“listing agent”is aangemerkt inzake de verkoop van de onroerende zaak. Dat volgt uit haar vermelding als zodanig op de
listing agreement, uit de e-mail van 10 september 2018 van [het makelaarskantoor] aan de notaris ([de agent] is
“representing the sellers”) en uit de berekening op het [het makelaarskantoor]-formulier waaruit volgt dat voor de agent 6% van de courtage ter beschikking staat. Kortom: voor het aanbrengen van de verkopers en het tot stand komen van de koopovereenkomst heeft [de agent] volgens deze stukken van [het makelaarskantoor] zèlf recht op provisie. Niet van belang is dat zij de overeenkomst tussen [het makelaarskantoor] en de verkoper niet heeft meeondertekend. Een dergelijke vereiste volgt immers niet uit de wet. Evenmin is van doorslaggevend belang dat [de agent], zoals [het makelaarskantoor] stelt maar [de agent] op inhoudelijke gronden betwist, nauwelijks werk heeft verricht voor de totstandkoming van de koopovereenkomst tussen de verkopers en de uiteindelijke kopers. Duidelijk is immers dat [het makelaarskantoor] zelf van mening is dat [de agent] recht heeft op de provisie en dat strookt ook met het wezen van de agentuurovereenkomst: het aanbrengen van transacties waarvan de principaal wijzer wordt. En duidelijk is dat [het makelaarskantoor] aan de transactie aan opbrengst zelf USD 25.200,00 overhoudt. Dat betekent dat de vordering tot betaling van de provisie toewijsbaar is aan eiseressen. De gevorderde wettelijke rente wordt toegewezen vanaf 1 juni 2019 omdat op dat moment [het makelaarskantoor] in verzuim was met betrekking tot haar verbintenis tot betaling van de factuur van [de agent] d.d. 14 mei 2019.
cease and desistbrief. Het bewijs daarover was niet rond en aan de rechter werd gevraagd om [het makelaarskantoor] de tijd te geven om meer onderzoek te plegen en daarover nog een conclusie in te dienen. Dat laatste is door de rechter geweigerd.