Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
1.[B],
2. [C],
3. [D],
1.Het procesverloop
- het verzoekschrift met producties, op 11 maart 2020 ontvangen;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties,
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie met productie,
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie met producties,
- de conclusie van dupliek in reconventie tevens houdende akte uitlating producties.
2.De feiten
“You could safely send us a Power of Attorney for my sister and I.”
“by these presents acting as mandatory of:”[B], [D] en [C] als verkopers en [A] als koper worden de vijf voormelde percelen verkocht voor een koopsom van USD 695.000,00. De Agreement is ondertekend door de notarisklerk voor de verkoper en door de koper. De Agreement specificeert niet wie namens de koper deze ondertekent. Artikel 5 vermeldt onder andere:
“The transfer of title of the Property will take place on or before May 31st 2018.”
“the ultimate benificial owner”is van de
“assets”van [A].
- a copy of the new agreement/proposal,
- three powers of attorney for the 3 members of the family,
- a proof of funds amounting to the amount of the contract and the various fees paid by the buyer. I cannot underline enough the importance that the proof must be verifiable.
“Acknowledged”.Door de statutair bestuurder van [A] is geen handtekening onder de koopovereenkomst geplaatst. .
notary publicin Los Angeles, California. De handtekeningen van [B] en [C] onder de koopovereenkomst ontbreken.
“We need to clear the Agreement rapidly.”Dat telefoongesprek vindt plaats en de advocaat van ... vraagt om beslagstukken vanwege een conservatoir beslag op verzoek van [F] onder de notaris ten laste van [BCD] dat op 9 maart 2018 was gelegd.
3.Het geschil
in conventiekomen op het volgende neer:
4.De beoordeling
“De koop van een onroerende zaak wordt schriftelijk aangegaan. Zolang aan dit vereiste niet is voldaan en nog geen levering heeft plaatsgevonden, is de koop vernietigbaar zowel in het belang van de koper als van de verkoper. Een volmacht tot koop of verkoop van een onroerende zaak wordt schriftelijk verleend.”In de Memorie van Toelichting (pagina 6) op dit wetsartikel wordt over dit artikel het volgende gezegd:
“In het eerste aan de beroepsgroepen voorgelegd voorontwerp was het vormvereiste beperkt tot de huizenkoop door een consument, maar op de uitbreiding tot alle koopovereenkomsten betreffende een onroerende zaak is vanuit de praktijk aangedrongen. Het gaat nu eenmaal om financieel gewichtige goederen en de schriftelijke vorm kan waken tegen onbezonnenheid. Bij een koop die gericht is op een volgende eigendomsovergang spelen mee: bijzondere lasten en beperkingen, zoals erfdienstbaarheden of kettingbedingen, opschortende of ontbindende voorwaarden, zoals een financieringsvoorbehoud en een juiste begrenzing van het verkochte in het veld, waarover partijen zich ook reeds in de fase van de koop goed rekenschap moeten geven. Het schriftelijk vormvereiste kan daartoe leiden. Voorts worden onzekerheden ten aanzien van de totstandkoming van de koop – is er tussen partijen wilsovereenstemming bereikt, mede gelet op artikel 6:225, tweede lid BW? – vermeden. Zie ook Asser-Hijma 5-1, Koop en ruil, 2007, nr. 136.”In lid 3 is onder andere bepaald dat van het eerste lid niet kan worden afgeweken ten nadele van een verkoper die een natuurlijk persoon is en die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
“a new deal”te komen. Dat is overigens ook een logische voorwaarde nu immers in de koopovereenkomst ervoor is gekozen om alle percelen van [BCD] aan dezelfde koper in één transactie met de door de notarisklerk voorgestelde koper te verkopen. Aan die voorwaarde is echter niet voldaan omdat uitsluitend [D] de volmacht heeft ondertekend zodat wordt geoordeeld dat de door [BCD] gestelde voorwaarde om tot overeenstemming te komen niet is vervuld. Dat leidt al tot afwijzing van de vorderingen van [A].
“Indien [A] kosten heeft gemaakt aan de villa’s ….”. Dat is niet een duidelijke betwisting. Dat had wel van haar mogen worden verwacht nu [BCD] immers de eigenaren zijn van de percelen en in staat waren het Gerecht te informeren over welke orkaanschade nu precies was verholpen. Daarom gaat het Gerecht ervan uit dat [A] bepaalde kosten heeft gemaakt ten behoeve van de percelen.
ongerechtvaardigdeverrijking van [BCD]
“Fam. ... / [A] PFF. c/o [advocatenkantoor], Mr. . [bestuurslid]”. Aldus kan het Gerecht op grond hiervan niet vaststellen dat daadwerkelijk dit bedrag is betaald door [A]. Een kopie van de cheque (die blijkens de tekst van de voormelde kwitantie/factuur gedateerd is op 8 november 2018 [1] ) is niet in het geding gebracht. Voor deze betaling geldt dan ook hetzelfde als is geoordeeld over de door [A] gevorderde kosten.