2.1Tussen partijen staat het volgende vast.
2.1.1Funbini organiseert toeristische en andere activiteiten in Curaçao met inzet van tourbussen. [geïntimeerde 2] is bestuurder van Funbini. ABC heeft sinds 2006 bussen van Funbini onderhouden en gewassen en bussen aan Funbini verhuurd.
2.1.2Bij brief van 14 november 2006 heeft ABC tarieven voor de verhuur van tourbussen en het stallen van voertuigen aan Funbini doen toekomen.
2.1.3Bij e-mailbericht van 16 juni 2010 heeft [betrokkene 1], hoofd financiële zaken en administratie van ABC, (hierna: [betrokkene 1]) aan [geïntimeerde 2] bericht dat een totaalbedrag van NAf 54.490,01 aan facturen van december 2008 tot en met 30 maart 2010 voor reparaties aan een bus van Funbini openstaat en dat de openstaande facturen inzake busverhuur nog zullen worden opgestuurd.
Bij e-mailbericht van 16 juni 2016 heeft [geïntimeerde 2] hierop geantwoord dat zij de facturen zal checken en dat zij zich niet bewust was van de hoogte van het bedrag van de openstaande facturen.
2.1.4Op 18 juni 2010 heeft ABC NAf 10.000,00 van Funbini ontvangen.
Op 2 augustus 2010 heeft ABC weer NAf 10.000,00 van Funbini ontvangen.
2.1.5Bij fax van 11 augustus 2010 heeft ABC twee overzichten van facturen uit 2009 en 2010 naar Funbini toegezonden en aanspraak gemaakt op betaling van NAf 84.137,76 voor die facturen. Het ene overzicht komt, met inachtneming van een handgeschreven correctie, uit op NAf 40.133,76, en bevat de bijschrijving: "Totaal te betalen aan reparatie bussen". Het andere overzicht komt uit op NAf 44.004,00 en bevat de bijschrijving: "Totaal te betalen aan busverhuur".
2.1.6Bij e-mailbericht van 12 augustus 2010 heeft [geïntimeerde 2] aan ABC onder meer bericht:
"Naar aanleiding van ons telefoongesprek wil ik graag onze bezorgdheid uitspreken over de openstaande rekeningen. We hebben gisteren het totaaloverzicht ontvangen. De rekeningen van de garage zijn ons bekend en zijn onnodig hoog opgelopen. De facturen van de businhuur zou ik moeten checken, aangezien er onduidelijkheid was over de prijs. We hebben hiermee een overeenstemming bereikt met [betrokkene 2]. Hierop zou naar mijn mening nog een correctie plaatsvinden."
2.1.7Bij e-mailbericht van 16 augustus 2010 heeft [geïntimeerde 2] aan ABC bericht dat Funbini het volledige bedrag van de openstaande facturen van ABC zal voldoen, zodra zij een van de belastingdienst terug te krijgen bedrag van € 39.176,00 zal hebben ontvangen.
2.1.8Op 8 oktober 2010 heeft een bespreking tussen partijen plaatsgehad.
2.1.9Bij e-mailbericht van 11 oktober 2010 aan ABC heeft [geïntimeerde 2] verwezen naar de bespreking van 8 oktober 2010 en vermeld dat zij een deposit heeft gestort van NAf 2.500,00 en dat zij de gemaakte prijsafspraken voor het nieuwe seizoen wil bevestigen. Op 12 oktober 2010 heeft ABC een betaling van Funbini ontvangen van NAf 2.500,00.
2.1.10Een geschrift van 11 oktober 2010 van ABC, getiteld "Prijsafspraken ABC busbedrijf" bevat tarieven voor bushuur, geldend vanaf 1 augustus 2010 tot en met 1 augustus 2011: NAf 180,00 transfer, NAf 180,00 uurtarief 0-2 uur, NAf 160,00 bij ritten van meer dan twee uur.
2.1.11In een e-mailbericht van 22 oktober 2010 aan [betrokkene 1] heeft [geïntimeerde 2] bericht dat Funbini afspraken heeft gemaakt met [betrokkene 3], destijds algemeen directeur van ABC, (hierna: [betrokkene 3]) inhoudende dat Funbini aanvragen voor wassen en onderhoud van bussen kan doen en busreserveringen kan maken, en dat Funbini telkens eerst een offerte en na levering een definitieve factuur van ABC zal ontvangen. In dit e-mailbericht merkt [geïntimeerde 2] op dat dit laatste naar haar mening niet goed loopt, omdat de daadwerkelijke inhuur in het algemeen lager ligt dan de offerte.
2.1.12In augustus-december 2010 heeft Funbini diverse betalingen aan ABC verricht. In december 2010 zijn dat drie betalingen geweest, nl. NAf 40.000,00, NAf 20.000,00 en NAf 10.000,00.
2.1.13Bij e-mailbericht van 27 augustus 2012 heeft [betrokkene 4], finance manager van ABC, (hierna: [betrokkene 4]) enige eerdere e-mailcorrespondentie naar [geïntimeerde 2] gestuurd. Volgens dit bericht blijkt daaruit dat er nog openstaande facturen zijn. Hierop heeft [geïntimeerde 2] bij e-mailbericht van 27 augustus 2012 gereageerd met de mededeling dat de in de correspondentie bedoelde facturen betaald zijn met het vrijgekomen bedrag van de belastingdienst.
2.1.14Bij brief van 6 november 2012 aan Funbini heeft incassobureau BSC namens ABC aanspraak gemaakt op betaling van NAf 241.040,09 in hoofdsom, vermeerderd met rente, kosten en belasting.
2.1.15Bij verzoekschrift van 20 november 2012 heeft ABC verlof verzocht voor het leggen van conservatoir beslag ten laste van Funbini, tot verhaal van een vordering van in hoofdsom NAf 241.040,09. Mr. Van Arkel had namens Funbini aan het GEA te kennen gegeven prijs te stellen op een voorafgaand verhoor en heeft verweer gevoerd tegen het verzoek. Bij beschikking van 28 november 2012 heeft het GEA het gevraagde verlof geweigerd op grond van een belangenafweging.
2.1.16Op 21 december 2012 heeft [geïntimeerde 2] gesproken met [betrokkene 1]. Op die datum heeft [geïntimeerde 2] hierover een e-mailbericht gestuurd aan [betrokkene 3] en [betrokkene 4], waarin zij ingaat op facturen over 2010, 2011 en 2012.
Bij e-mailbericht van 14 januari 2013 heeft zij nader bericht over de jaren 2011 en 2012. Voorts heeft zij op 20 februari 2013, 27 februari 2013 en
1 maart 2013 e-mailberichten naar [betrokkene 1] gestuurd waarin de facturen over 2010 aan de orde komen. In januari 2013 heeft ABC drie betalingen van Funbini ontvangen, te weten van NAf 10.000,00, NAf 2.175,25 en
NAf 15.172,75, alledrie volgens de vermelding daarbij betrekking hebbende
op 2011.
2.1.17Op 2 mei 2013 heeft ABC een bedrag van NAf 41.009,81 van Funbini ontvangen, onder vermelding van "akkoord 2010 FTA 2010".
2.1.18Bij brief van 5 juni 2013 aan Funbini heeft mr. Liqui-Lung namens ABC aanspraak gemaakt op betaling van NAf 173.297,61 in hoofdsom, als het totale openstaande bedrag, met rente en kosten.
2.1.19Een door Funbini opgesteld overzicht van 21 juni 2013 vermeldt dat het openstaande saldo van augustus 2010 tot 21 juni 2013 NAf 18.315,29 bedraagt, maar dat Funbini vóór augustus 2010 NAf 57.318,27 te veel heeft betaald en per 31 december 2010 NAf 35.229,08 te veel heeft betaald.
Bij brief 28 juni 2013 heeft een van de gemachtigden van Funbini aan mr. Liqui-Lung bericht dat naar zijn mening Funbini per saldo te veel aan ABC heeft betaald.
2.1.20Bij brief van 7 januari 2014 aan mr. Luttikhuizen heeft mr. Liqui-Lung namens ABC aanspraak gemaakt op betaling van NAf 132.287,76 in hoofdsom, als het verschuldigde bedrag, met rente en kosten. Verder heeft hij bij die brief [geïntimeerde 2] aansprakelijk gesteld als bestuurder van Funbini. Daartoe heeft hij gesteld dat [geïntimeerde 2] te kwader trouw handelt en weigert te betalen. Het genoemde bedrag van NAf 132.287,76 is gespecificeerd in productie 41 bij inleidend verzoekschrift. De geschriften die aan deze specificatie ten grondslag zijn gelegd, zijn overgelegd als productie 17 tot en met 40 bij inleidend verzoekschrift. De producties 17 tot en met 41 waren in gescande vorm op een CD gezet en als bijlage bij de brief van 7 januari 2014 aan de gemachtigde van Funbini toegezonden.