ECLI:NL:OGHACMB:2021:128
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake kinderalimentatie en draagkracht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake kinderalimentatie tussen een man en een vrouw, die gehuwd zijn geweest en samen een minderjarig kind hebben. De man, die in eerste aanleg als verweerder optrad, heeft hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, waarin onder andere de kinderalimentatie was vastgesteld. De man verzoekt het Hof om hem toe te staan kosteloos te procederen en de bestreden beschikking te vernietigen.
De procedure begon met een beschikking van het Gerecht op 9 september 2019, waarin de echtscheiding werd uitgesproken en het gemeenschappelijk ouderlijk gezag over de minderjarige werd gehandhaafd. In een latere beschikking van 13 januari 2020 werd de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de vrouw vastgesteld, evenals een omgangsregeling en een maandelijkse bijdrage voor de kosten van levensonderhoud van de minderjarige.
Tijdens de zitting op 9 januari 2021 werd de zaak mondeling behandeld, waarbij de man en zijn gemachtigde aanwezig waren, en de vrouw via videoverbinding. De man heeft zijn financiële situatie uiteengezet, waaruit blijkt dat hij momenteel geen draagkracht heeft om bij te dragen aan de kinderalimentatie. Het Hof heeft vastgesteld dat de man maandelijks nauwelijks iets overhoudt na betaling van zijn lasten.
Het Hof heeft geoordeeld dat het verzoek van de vrouw om kinderalimentatie moet worden afgewezen, omdat de man op dit moment niet in staat is om bij te dragen aan het levensonderhoud van de minderjarige. De bestreden beschikking is gedeeltelijk vernietigd, en de man is toegelaten om kosteloos in hoger beroep te procederen. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.