Uitspraak
1.[Appellante 1],
[Appellant 2],
FREELANDS PROPERTIES & PRODUCTIONS B.V.,
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
”verkoper”
“koper”
koperdie van
verkoperkoopt:
Verkoperzal na het sluiten van deze koopovereenkomst verantwoordelijk blijven voor de betaling van de eventuele huurpenningen aan de grondeigenaar, totdat de huurrechten zijn overgedragen en geregistreerd op naam van
koper.
Koperdient, na het sluiten van deze koopovereenkomst, zelf zorg te dragen dat de grondeigenaar (het Land Curaçao) een nieuwe relatie/overeenkomst met
koperaangaat ten aanzien van de grond, op naam van
koperwaarin koper zijn betalingen, op de gebruikelijke wijze, verder laat registreren cq voldoen.”
“verkoop van de opstal en overdracht van de huurgrond terrein te Cabo Verde domein registratie 2008/21883”.
”verkoper”
“koper”
koperdie van
verkoperkoopt:
Verkoperzal na het sluiten van deze koopovereenkomst verantwoordelijk blijven voor de betaling van de eventuele huurpenningen aan de grondeigenaar, totdat de huurrechten zijn overgedragen en geregistreerd op naam van
koper.
Koperdient, na het sluiten van deze koopovereenkomst, zelf zorg te dragen dat de grondeigenaar (het Land Curaçao) een nieuwe relatie/overeenkomst met
koperaangaat ten aanzien van de grond, op naam van
koperwaarin koper zijn betalingen, op de gebruikelijke wijze, verder laat registreren cq voldoen.”
koperde huurrechten jegens de grondeigenaar (het Land Curaçao), ten aanzien van het perceel huurgrond waarop het verkochte gebouwd staat, op zijn naam gesteld zal krijgen.”
“Als betaling voor het verkopen van een opstal te Cabo Verde, op een kavel van 1812 m2, met de domein registratie nummer 2008/21883”.
3.De beoordeling
“van het te verkopen perceel met opstal”. Vervolgens staat dat er dat de koop betrekking heeft op
“huurgrond, waarop het verkochte is gesticht, behoort toe aan het Land Curaçao”, terwijl het totale perceel en dus ook het deelperceel nooit in huur is uitgegeven. In artikel 2 lid 5 is bepaald dat [Appellante 1] verantwoordelijk bleef
“voor de betaling van de eventuele huurpenningen aan de grondeigenaar, totdat de huurrechten zijn overgedragen en geregistreerd op naam van”[Geïntimeerde]. Dit terwijl [Appellante 1] geen huurrechten had om over te dragen. Vervolgens staat er in artikel 2 lid 6 dat [Geïntimeerde] zelf zorg diende
“te dragen dat de grondeigenaar (het Land Curaçao) een nieuwe relatie/overeenkomst met koper aangaat ten aanzien van de grond”, terwijl er geen bestaande relatie met het Land was ten aanzien van de grond. In artikel 2 lid 8 staat vervolgens dat [Appellante 1] al het nodige zou doen om te
“bewerkstelligen dat koper de huurrechten jegens de grondeigenaar (het Land Curaçao), ten aanzien van het perceel huurgrond waarop het verkochte gebouwd staat, op zijn naam gesteld zal krijgen”, wederom terwijl er bij het ontbreken daarvan geen huurrechten konden worden overgedragen. Ook de machtiging van [Appellante 1] aan [Appellant 2] spreekt over
“overdracht van het huurgrond terrein”.