10.3Feit 5 (verduistering) inzake zaaksdossier [de stichting]
Het Hof neemt de volgende bewijsoverwegingen van het Gerecht over en maakt deze tot de zijne:
Ten aanzien van de verdenking ter zake van verduistering zij vooraf het volgende opgemerkt. De tenlastelegging lijkt in te houden dat verdachte wordt verweten meerdere geldbedragen van de stichting [de stichting] te hebben verduisterd. In de tenlastelegging is evenwel één geldbedrag, in de vorm van een cheque uitgeschreven ten behoeve van Nautilus Travel & Trading ter waarde van AWG. 11.375,50, gespecificeerd. Uit de inhoud van het requisitoir volgt dat de tenlastelegging zo moet worden gelezen dat aan verdachte uitsluitend het verwijt wordt gemaakt de hiervoor genoemde cheque te hebben verduisterd. Het Gerecht zal daar dan ook bij de beoordeling van de tenlastelegging van uitgaan.
De Stichting [de stichting] is op 17 maart 2009 opgericht. Uit de inschrijving bij de Kamer van Koophandel volgt dat de stichting als doelstelling heeft:
“Het bijeenbrengen, administreren, beheren en aanwenden van de fondsen die bestemd zijn voor de verkiezingscampagne van de heer [verdachte].”
Met ingang van 1 mei 2015 waren de bestuursleden van de stichting: [medeverdachte 7] (president/voorzitter), [medeverdachte 16] (secretaris) en [betrokkene 20] (penningmeester).
Uit de administratie van de stichting is gebleken dat de voorzitter van de stichting, [medeverdachte 7], op 9 juni 2015 een cheque ter waarde van AWG. 11.375,50 heeft uitgeschreven ten behoeve van Nautilus Travel & Trading. Ook is uit die administratie gebleken dat deze cheque bedoeld was voor het boeken van een reis van de vrouw van verdachte naar onder andere Nederland, Martinique en Miami.
De raadsman heeft bepleit dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan verduistering van de evenbedoelde cheque. Zijn betoog steunt op de volgende verweren:
- indien wordt aangenomen dat verdachte de ultimate benificary owner was van de stichting [de stichting] behoorden de gelden van de stichting toe aan verdachte en kan geen sprake zijn van verduistering;
- indien niet wordt aangenomen dat verdachte de ultimate benificary owner was van de stichting kan evenmin sprake zijn van verduistering, omdat verdachte geen bestuurder was van de stichting, niet namens de stichting kon handelen en verdachte de gelden van de stichting dus niet anders dan door misdrijf onder zich had;
- de wederrechtelijkheid ontbreekt, omdat verdachte een rekening-courant had met de stichting en het verzilveren van de cheque moet worden gezien als het verrekenen met door verdachte ten behoeve van de stichting gemaakte kosten.
Het Gerecht overweegt als volgt.
Uit het dossier volgt naar het oordeel van het Gerecht genoegzaam dat verdachte de feitelijk beheerder/uiteindelijk belanghebbende was van de stichting. Onder meer uit de verklaringen van [medeverdachte 7] en [medeverdachte 16] blijkt dat verdachte, hoewel hij geen bestuurder was van de stichting, feitelijk de zeggenschap had over de stichting.
[medeverdachte 7] verklaarde hierover, voor zover relevant:
“Deze stichting wordt gebruikt door de minister om zijn campagne te voeren. [medeverdachte 16] en ik werden door minister [verdachte] gevraagd om met al de administratie en bankaangelegenheden rond te stichting te attenderen, waaronder cheques uitschrijven.”
“Hij (het Gerecht begrijpt: verdachte) gaf aan mij aan dat indien iets betaald moest worden, dit door mij en [medeverdachte 16] op zijn instructies moest gebeuren.”
“[medeverdachte 16] en ik werden door minister [verdachte] geïnstrueerd voor het uitschrijven van cheques”
In de verklaring van [medeverdachte 16] kan eveneens steun worden gevonden voor de vaststelling dat verdachte feitelijk de beheerder was van de stichting. Zij verklaarde, voor zover relevant:
“Het akkoord tot betaling ging altijd via [verdachte] (het Gerecht begrijpt: [verdachte]). [verdachte] gaf de opdracht aan [medeverdachte 7] dat iets betaald moest worden en als er een verzoek tot betaling bij [medeverdachte 7] terecht kwam moest hij er eerst mee naar [verdachte] voor accordering voor de betaling.”
Ten aanzien van de ten laste gelegde cheque heeft [medeverdachte 7] verklaard dat verdachte hem opdracht heeft gegeven om de cheque uit te schrijven. Daarmee staat, mede gelet op de hiervoor aangehaalde verklaringen, naar het oordeel van het Gerecht voldoende vast dat verdachte als feitelijk beheerder van de stichting opdracht heeft gegeven tot het uitschrijven van de cheque aan Nautilus Travel & Trading.
De raadsman heeft aangevoerd dat als wordt aangenomen dat verdachte de feitelijk beheerder/begunstigde van de stichting was, de gelden van de stichting toebehoorden aan verdachte. Deze opvatting van de raadsman vindt geen steun in het recht. Anders dan de raadsman lijkt te menen kan het privévermogen van een uiteindelijk belanghebbende van een stichting niet gelijk worden gesteld, of worden vermengd, met het vermogen van de stichting. Daarbij speelt bij een stichting een gewichtige rol dat de gelden van een stichting zijn bedoeld om te worden aangewend voor het stichtingsdoel, zoals omschreven in de inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Het Gerecht verwerpt daarom dit verweer van de raadsman.
Het verweer van de raadsman dat verdachte de gelden niet (anders dan door misdrijf) onder zich had, slaagt evenmin. Het bestanddeel ‘anders dan door misdrijf’ moet aldus worden uitgelegd dat niet enig door verdachte begaan misdrijf ertoe heeft geleid dat hij het desbetreffende goed onder zich heeft gekregen (vgl. ECLI:NL:HR:2001:AD4573). Uit de eerder aangehaalde verklaringen van [medeverdachte 7] en [medeverdachte 16] blijkt immers dat verdachte instructies en opdrachten gaf voor betalingen van de stichting. Verdachte heeft het goed onder zich gekregen door een rechtshandeling van de stichting, die daarbij, althans formeel, vertegenwoordigd werd door haar voorzitter, [medeverdachte 7]. Die overdracht is niet een door verdachte begaan misdrijf. Het verweer faalt derhalve. Het Gerecht dient vervolgens de vraag te beantwoorden of verdachte zich de cheque ten behoeve van Nautilus Travel & Trading wederrechtelijk heeft toegeëigend. Daarover overweegt het Gerecht als volgt. Verdachte heeft de opdracht gegeven de cheque uit te laten schrijven. Het Gerecht stelt vast dat de bestemming van deze cheque, het laten boeken van een pivéreis voor de vrouw van verdachte, zich niet verdraagt met de doelstelling van de stichting: Het bijeenbrengen, administreren, beheren en aanwenden van de fondsen die bestemd zijn voor de verkiezingscampagne van de heer [verdachte]. Niet gesteld, noch is aannemelijk geworden dat de reis van de vrouw in enige relatie staat tot deze doelstelling. Het Gerecht is aldus van oordeel dat deze betaling buiten het stichtingsdoel valt en dat verdachte het stichtingsvermogen naar eigen inzicht heeft besteed.
De stelling van verdachte dat hij kosten heeft gemaakt ten behoeve van de stichting en dat met de betreffende cheque de door hem gemaakte kosten zijn verrekend, is naar het oordeel van het Gerecht onvoldoende controleerbaar. Uit het door mevrouw [betrokkene 21] opgemaakte financieel rapport zou volgens de verdediging moeten blijken dat verdachte huurpenningen ten behoeve van de stichting heeft voorgeschoten. Een onderbouwing met (bijvoorbeeld) kwitanties ontbreekt echter. Evenmin is in de administratie van [de stichting] terug te vinden dat de stichting geld schuldig is/was aan verdachte. Bij deze stand van zaken houdt het Gerecht het ervoor dat een vordering van de stichting op verdachte niet aannemelijk is geworden, zodat ook het verweer van de raadsman met betrekking tot het ontbreken van de wederrechtelijkheid van het toe-eigenen wordt verworpen.
Gelet op al het vorenstaande komt het Gerecht tot de conclusie dat verdachte als uiteindelijk belanghebbende van de stichting een geldbedrag, in de vorm van een cheque ter waarde van AWG. 11.375,50, zich wederrechtelijk heeft toegeëigend.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:305 juncto artikel 1:123 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd.
Het onder 3 bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:351 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
als ambtenaar een gift aannemen wetende of redelijkerwijs vermoedende dat deze hem of een ander gedaan, verleend of aangeboden wordt teneinde hem te bewegen om, in strijd met zijn plicht, in zijn bediening iets te doen of na te laten, meermalen gepleegd,
als ambtenaar een gift aannemen wetende of redelijkerwijs vermoedende dat deze hem of een ander gedaan, verleend of aangeboden wordt naar aanleiding van hetgeen door hem, in strijd met zijn plicht, in zijn huidige bediening is gedaan, meermalen gepleegd.
Het onder 4 bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:354 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
als ambtenaar opzettelijk met misbruik van zijn functie of positie iets doen of nalaten iets te doen ten einde enig voordeel voor hem of een ander te verkrijgen, meermalen gepleegd.
Het onder 5 bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:298 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Bij de bepaling van de op te leggen straffen wordt gelet op de aard en de ernst van wat bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder dat is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten door de rechter worden opgelegd.
De verdachte heeft samen met [medeverdachte 10] het Land opgelicht. Daarnaast heeft de verdachte zich schuldige gemaakt aan passieve ambtelijke omkoping door giften aan te nemen van die [medeverdachte 10], alsmede van zijn goede vriend [medeverdachte 4]. Door aldus te handelen heeft de verdachte tevens misbruik gemaakt van zijn functie. Verder acht het Hof bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan verduistering van een geldbedrag van Afl. 11.375,50. Hij heeft dit geldbedrag onttrokken aan zijn politieke stichting en voor privé aangelegenheden aangewend.
De verdachte heeft door het Land op te lichten en zich om te laten kopen het vertrouwen in een integer handelende overheid, welk vertrouwen al onder grote druk staat, ernstig beschaamd en ondergraven. Het bekend worden van deze omkoping levert bovendien ernstige imagoschade op voor het Land Aruba, waardoor (toekomstige) investeerders en anderen kunnen worden afgeschrikt om met Aruba zaken te doen. Daarmee heeft het handelen van de verdachte ook een ondermijnende invloed op de samenleving als geheel. Daarnaast heeft de verdachte zijn politieke stichting misbruikt voor eigen financieel gewin. Dit geeft een negatieve kleuring aan de bedragen die donateurs aan de stichting gaven. Zij mochten ervan uitgaan dat het geld conform het stichtingsdoel besteed zou worden, terwijl de verdachte van mening was dat hij zich dit geld in privé kon toe-eigenen. Opnieuw tast de verdachte met zijn handelen aldus het publieke vertrouwen in politici aan.
Naar het oordeel van het Hof kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere straf dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur.
In het kader van generale preventie wil het Hof middels de strafmaat een duidelijk signaal geven aan politici en aan de maatschappij in bredere zin, dat corruptie onaanvaardbaar is en tot strenge bestraffing leidt.
In het voordeel van de verdachte wordt rekening gehouden met de omstandigheid dat de bewezen verklaarde feiten zich langere tijd geleden hebben afgespeeld en dat de verdachte onderdeel is en is geweest van een massieve publiciteitsstroom.
De aard en ernst van de feiten rechtvaardigen de bijkomende straffen van ontzetting van het passieve kiesrecht en het recht om enig ambt te bekleden. Daarbij neemt het Hof in aanmerking dat de verdachte ernstig misbruik heeft gemaakt van zijn positie als minister en van het in hem gestelde vertrouwen. Deze langdurige en ernstige integriteitsschending is onverenigbaar met het optreden als overheidsdienaar, in welke hoedanigheid ook.
Het Hof is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een gevangenisstraf van 48 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan 12 maanden voorwaardelijk en met een proeftijd van drie jaren, passend en geboden is. Daarnaast zal de verdachte worden ontzet van het passieve kiesrecht en het recht om het ambt van ambtenaar te bekleden voor de duur van 6 jaren. Dit laatste betekent ook dat de verdachte ingevolge artikel 1:205, derde lid, Sr zijn Staten-lidmaatschap zal dienen op te geven bij het onherroepelijk worden van dit vonnis.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straffen zijn, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:21, 1:64, 1:65, 1:123 en 1:136, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.
BESLISSING
verklaart het openbaar ministerie en de verdachte niet-ontvankelijk in het door hen ingestelde hoger beroep voor zover dit ziet op het ten laste gelegde onder 3 partieel, 4 partieel en 6, zoals in hoofdstuk 2 van dit vonnis is weergegeven;
verklaart het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging van verdachte ter zake het onder 3 ten laste gelegde voor zover dat ziet op overtreding van artikel 378 (oud) Sr, gepleegd vóór 2 oktober 2019;
vernietigt het vonnis van het Gerecht voor zover aan het oordeel van het Hof onderworpen en doet in zoverre opnieuw recht;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 2, 3 partieel en 4 partieel ten laste is gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1, 3 partieel, 4 partieel en 5 ten laste gelegde feiten heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
48 maanden;
beveelt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
bepaalt dat van deze straf een gedeelte, groot
12 maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, van
3 jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
ontzet de verdachte van het recht om het ambt van ambtenaar te bekleden voor de duur van
6 jaren;
ontzet de verdachte van het recht om verkozen te worden als lid van de algemeen vertegenwoordigde organen voor de duur van
6 jaren.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. S.M. van Lieshout, voorzitter, mr. S. Verheijen en mr. M.L.A. Angela, leden van het Hof, bijgestaan door mr. E.P. Versluis, (zittings)griffier, en op 12 juli 2024 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao met een directe beeld- en geluidsverbinding met het gerechtsgebouw in Aruba.
Bijlage 1 (tekst van de gewijzigde tenlastelegging)
1.
Oplichting (artikel 2:305 Wetboek van Strafrecht) zaaksdossier [rechtspersoon 5] en [rechtspersoon 4]
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 15 februari 2014 tot en met maart 2017 te Aruba tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, het land Aruba, althans een ander, heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een schuld, te weten:
(zaaksdossier [rechtspersoon 5])
- de afgifte van een Ministeriële Beschikking waarbij een optierecht op twee percelen domeingrond gelegen te Wayaca, kadastraal bekend als T-2312 en T-2314, wordt verleend en/of
- het aangaan van een overeenkomst met [rechtspersoon 5] tot vestiging van erfpacht op de percelen gelegen te Wayaca, kadastraal bekend als T-2312 en T-2314,
(zaaksdossier [rechtspersoon 4])
- de afgifte van een Ministeriële Beschikking waarbij een optierecht op het perceel, kadastraal bekend als K-3866 te Eagle Beach, wordt verleend en/of
- het aangaan van een overeenkomst met [rechtspersoon 4] tot vestiging van erfpacht op het perceel, kadastraal bekend als K-3866 te Eagle Beach,
hebbende hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), (telkens) met bovenomschreven oogmerk, zakelijk weergegeven, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid als volgt gehandeld:
- door en/of namens [rechtspersoon 5] en/of [rechtspersoon 4] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] is een aanvraag voor het verlenen van een optierecht en/of het verkrijgen van een erfpacht op genoemde percelen ingediend en/of
- door en/of namens [rechtspersoon 5] en/of [rechtspersoon 4] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] zijn stukken ingediend ter onderbouwing van deze aanvraag waarmee zij valselijk de intentie heeft / hebben gewekt dat zij zelf als directeur en/of eigenaar van [rechtspersoon 5] en/of [rechtspersoon 4] een project op de genoemde percelen wilde(n) en/of gingen ontwikkelen en/of
- verdachte heeft geld ontvangen van medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of
- door medeverdachte(n) [medeverdachte 7] en/of [medeverdachte 6] en/of de Directie infrastructuur & Planning (DIP) werd niet onderzocht of door deze aanvra(a)g(en) en/of door deze aanvragers werd voldaan aan de voorwaarden
- door verdachte werd niet onderzocht of getoetst of deze aanvragen voldeden aan genoemde voorwaarden voor de optieverlening en/of erfpachtvestiging en/of werden deze aanvragen op dezelfde dag althans zeer korte tijd na binnenkomst van de aanvragen geaccordeerd door verdachte en ter verdere afhandeling naar medeverdachte [medeverdachte 6] gestuurd en/of
- door medeverdachte [medeverdachte 6] werd vervolgens medewerking verleend aan het akkoord geven door verdachte op genoemde aanvragen en/of een Ministeriele Beschikking voor een optierecht en/of een overeenkomst tot vestiging van erfpacht opgesteld met betrekking tot genoemde percelen en ter accordering en/of ondertekening aan verdachte voorgelegd, en/of,
- door verdachte werd een Ministeriële Beschikking voor een optierecht verleend aan en/of namens het land Aruba een overeenkomst tot vestiging erfpacht aangegaan met [rechtspersoon 5] en/of [rechtspersoon 4] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] met betrekking tot genoemde percelen,
waardoor de aandelen in en/of de waarde van het/de bedrij(f)(ven) [rechtspersoon 5] en/of [rechtspersoon 4] van medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] aanzienlijk ste(e)g(en) en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] aanzienlijk werd(en) verrijkt terwijl medeverdachte(n) [medeverdachte 15] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] nimmer de intentie heeft / hadden het/de project(en) zelf uit te voeren en/of het/de perce(e)l(en) zelf te ontwikkelen en/of het/de perce(e)l(en) ook nimmer zelf hebben ontwikkeld en/of verdachte en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 6] en/of [medeverdachte 7] nimmer heeft/hebben gecontroleerd en/of onderzocht of aan de genoemde voorwaarden werd voldaan, en
aldus doende heeft verdachte zich voorgedaan als een betrouwbare en integere Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Integratie en Infrastructuur, waardoor het land Aruba en/of (een) ander(en) werd bewogen tot de afgifte van bovengenoemd goed en/of aangaan van een schuld en/of verlening van een dienst.
2.
Oplichting (artikel 2:305 Wetboek van Strafrecht) zaaksdossier [rechtspersoon 2]/[rechtspersoon 3]
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 december 2014 tot en met 31 december 2016 te Aruba tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, het land Aruba, althans een ander, heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een schuld, te weten:
- de afgifte van (een) of meer Ministeriële Beschikking(en) waarbij een optierecht op het/de perce(e)l(en)
- de afgifte van een of meer Ministeriële Beschikking(en) waarbij de optierechten van [rechtspersoon 2] met betrekking tot de percelen
- de afgifte van een overeenkomst waarbij een uitbreiding van de bouwlagen en/of een hogere bebouwingsdichtheid werd toegestaan voor de percelen kadastraal, bekend als KV-1 en/of KV-2 en/of KV-3 te Eagle Beach
- het aangaan van (een) overeenkomst(en) met [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] tot vestiging van erfpacht op het/de perce(e)l(en), kadastraal bekend als KV-1 en/of KV-2 en/of KV-3 te Eagle Beach,
hebbende hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), (telkens) met bovenomschreven oogmerk, zakelijk weergegeven, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid als volgt gehandeld:
- door en/of namens [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] is een aanvraag en/of verzoek voor het verlenen en/of verlengen van een optierecht en/of het verkrijgen van een erfpacht op genoemde percelen ingediend en/of
- door en/of namens [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] werd een aanvraag en/of verzoek ingediend voor synchronisatie en/of samenvoeging van de optierechten op genoemde percelen en/of
- door en/of namens [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] werd een aanvraag en/of verzoek ingediend voor uitbreiding van de bouwlagen en/of verhoging van de bebouwingsdichtheid op de genoemde percelen en/of
- door medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] zijn stukken ingediend ter onderbouwing van deze aanvraag waarmee hij/zij valselijk de intentie heeft / hebben gewekt dat hij/zij zelf als directeur en/of eigenaar van [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] een project op de genoemde percelen wilde(n) ontwikkelen en/of
- door medeverdachte [medeverdachte 6] en/of de Directie infrastructuur & Planning (DIP) werd niet onderzocht of door deze aanvragen en/of door deze aanvragers werd voldaan aan de voorwaarden
- door verdachte werd niet onderzocht of getoetst of deze aanvragen voldeden aan genoemde voorwaarden voor de optieverlening en/of erfpachtvestiging en/of werden deze aanvragen op dezelfde dag althans zeer korte tijd na binnenkomst van de aanvragen geaccordeerd door verdachte en ter verdere afhandeling naar medeverdachte [medeverdachte 6] gestuurd en/of
- door medeverdachte [medeverdachte 6] werd vervolgens medewerking verleend aan het akkoord geven door verdachte op genoemde aanvragen en/of een Ministeriele Beschikking voor een optierecht en/of voor het samenvoegen en/of synchroniseren van de optierechten en/of een overeenkomst voor een uitbreiding van de bouwlagen en/of een verhoging van de bebouwingsdichtheid en/of een overeenkomst tot vestiging van erfpacht opgesteld met betrekking tot genoemde percelen en ter accordering en/of ondertekening aan verdachte voorgelegd, en/of,
- door of namens verdachte werd een Ministeriële Beschikking voor een optierecht verleend aan en/of een Ministeriële Beschikking voor een synchronisatie en samenvoeging van de optierechten verleend aan en/of een overeenkomst waarbij een uitbreiding van de bouwlagen en/of een hogere bebouwingsdichtheid werd toegestaan verleend aan en/of namens het land Aruba een overeenkomst tot vestiging erfpacht aangegaan met [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] en/of medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] met betrekking tot genoemde percelen,
waardoor de aandelen in en/of de waarde van het/de bedrij(f)(ven) [rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] van medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] aanzienlijk ste(e)g(en) en/of medeverdachten [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] aanzienlijk werden verrijkt, terwijl medeverdachte(n) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] nimmer de intentie heeft / hadden het project zelf uit te voeren en/of de percelen zelf te ontwikkelen en/of de percelen ook nimmer zelf hebben ontwikkeld en/of verdachte en/of medeverdachte [medeverdachte 6] nimmer heeft / hebben gecontroleerd en/of onderzocht of aan de voorwaarden werd voldaan,
en aldus doende heeft verdachte zich voorgedaan als een betrouwbare en integere Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Integratie en Infrastructuur, waardoor het land Aruba en/of (een) ander(en) werd bewogen tot de afgifte bovengenoemd goed en/of aangaan van een schuld en/of verlening van een dienst.
3.
Passieve omkoping (artikelen 378/379 (oud) Wetboek van Strafrecht)
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 8 maart 2010 tot en met 14 februari 2014 te Aruba tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, in zijn hoedanigheid van Minister van Infrastructuur, Integratie en Ruimtelijke Ordening van/aan een of meer (rechts)personen, namelijk:
Zaaksdossier [medeverdachte 4]
[medeverdachte 4] en/of [betrokkene 1] en/of [rechtspersoon 9] en/of [rechtspersoon 10] en/of [rechtspersoon 11] en/of [rechtspersoon 12] en/of [rechtspersoon 13] en/of [rechtspersoon 18] en/of
Zaaksdossier [de stichting]
[medeverdachte 11] en/of [rechtspersoon 6] en/of [rechtspersoon 8] en/of [rechtspersoon 17] en/of [rechtspersoon 1] en/of
Zaaksdossier [rechtspersoon 19]
[medeverdachte 17] en/of [rechtspersoon 19],
een of meer giften
en/ofbeloften namelijk,
een of meer geldbedragen, en/of betalingen, aan verdachte (al dan niet aan/middels de stichting [de stichting]) en/of [medeverdachte 6] en/of een (verjaardags)feest in het Holiday Inn op 21 januari 2012 en/of (korting op de) aanleg/bouw van een sportschool en/of een toegangshek en/of diverse (andere) verbouwingen aan in zijn woning (waaronder de tuin) aan de [adres],
heeft aangenomen en/of voor zichzelf en/of een of meer anderen heeft gevraagd,
terwijl hij en zijn medeverdachte(n) (telkens) wisten dat deze giften en/of beloften hem en/of hen werden gedaan, en/of aangeboden teneinde hem en/of hen te bewegen om, in strijd met zijn en/of hun plicht, in zijn en/of hun bediening iets te doen en/of na te laten en/of ten gevolge en/of naar aanleiding van hetgeen door hem en/of hen, al dan niet in strijd met zijn en/of hun plicht, in zijn en/of hun huidige en/of vroegere bediening is gedaan en/of nagelaten
(a)
het verstrekken dan wel wijzigen van opties op (commerciële) erfpachtrechten en/of het uitvaardingen van Ministeriele beschikking waarbij een optie voor een erfpacht wordt verstrekt en/of het aangaan van een overeenkomst tot vestiging van een erfpacht door verdachte als Minister van Infrastructuur, Integratie en Ruimtelijke Ordening, althans het Land Aruba,
(b)
het (anders dan om zakelijke redenen) begunstigen en/of het geven van een voorkeursbehandeling aan voormelde (rechts)personen en/of het laten ontstaan, in stand houden, onderhouden en/of verbeteren van een relatie tussen hem en/of zijn medeverdachte(n) en voormelde (rechts)personen waarin hij en/of zijn medeverdachte(n) niet meer zo vrij, onbeïnvloed, onafhankelijk en/of objectief waren/konden zijn bij het nemen van beslissingen in relatie tot voormelde (rechts)personen als in het geval dat hij en/of zijn medeverdachte(n) die giften, beloften en/of diensten niet hadden aangenomen of gevraagd
;
Passieve omkoping (artikelen 2:350/2:351 (nieuw) Wetboek van Strafrecht)
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 15 februari 2014 tot en met 19 oktober 2019 te Aruba tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, in zijn hoedanigheid van Minister van Infrastructuur, Integratie en Ruimtelijke Ordening van/aan een of meer (rechts)personen, namelijk:
Zaaksdossier [rechtspersoon 5]
[rechtspersoon 5] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 15] en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 4]
[medeverdachte 4] en/of [betrokkene 1] en/of [rechtspersoon 9] en/of [rechtspersoon 10] en/of [rechtspersoon 11] en/of [rechtspersoon 12] en/of [rechtspersoon 13] en/of [rechtspersoon 18] en/of
Zaaksdossier [de stichting]
[medeverdachte 11] en/of [rechtspersoon 6] en/of [rechtspersoon 8] NV en/of [rechtspersoon 17] en/of [rechtspersoon 1] en/of
Zaaksdossier [rechtspersoon 19]
[medeverdachte 17] en/of [rechtspersoon 19],
een of meer giften en/of beloften, namelijk,
een of meer geldbedragen, en/of betalingen, aan verdachte en/of de stichting [de stichting] en/of [medeverdachte 6] en/of een (verjaardags)feest in het Holiday Inn op 21 januari 2012 en/of (korting op de) aanleg/bouw van een sportschool en/of een toegangshek en/of diverse (andere) verbouwingen aan in zijn woning (waaronder de tuin) aan de [adres],
en/of diensten, namelijk,
het laten storten van contant geld op een bankrekening en/of het laten omwisselen van contant geld naar cheques teneinde daarmee betalingen te laten verrichten aan Fatastic Gardens,
heeft aangenomen en/of voor zichzelf en/of een of meer anderen heeft gevraagd,
terwijl hij en zijn medeverdachte(n) (telkens) wisten, althans redelijkerwijs moesten vermoeden dat deze giften, beloften en/of diensten hem en/of hen werden gedaan, verleend en/of aangeboden teneinde hem en/of hen te bewegen om, al dan niet in strijd met zijn en/of hun plicht, in zijn en/of hun bediening iets te doen en/of na te laten en/of ten gevolge en/of naar aanleiding van hetgeen door hem en/of hen, al dan niet in strijd met zijn en/of hun plicht, in zijn en/of hun huidige en/of vroegere bediening is gedaan en/of nagelaten
(a)
het verstrekken dan wel wijzigen van opties op (commerciële) erfpachtrechten en/of het uitvaardingen van Ministeriele beschikking waarbij een optie voor een erfpacht wordt verstrekt en/of het aangaan van een overeenkomst tot vestiging van een erfpacht door verdachte als Minister van Infrastructuur, Integratie en Ruimtelijke Ordening, althans het Land Aruba,
(b)
het (anders dan om zakelijke redenen) begunstigen en/of het geven van een voorkeursbehandeling aan voormelde (rechts)personen en/of het laten ontstaan, in stand houden, onderhouden en/of verbeteren van een relatie tussen hem en/of zijn medeverdachte(n) en voormelde (rechts)personen waarin hij en/of zijn medeverdachte(n) niet meer zo vrij, onbeïnvloed, onafhankelijk en/of objectief waren/konden zijn bij het nemen van beslissingen in relatie tot voormelde (rechts)personen als in het geval dat hij en/of zijn medeverdachte(n) die giften, beloften en/of diensten niet hadden aangenomen of gevraagd.
4.
Misbruik van functie (artikel 2:354 Wetboek van Strafrecht)
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 15 februari 2014 tot en met 1 september 2017 te Aruba tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, in zijn hoedanigheid van Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Integratie en Infrastructuur, opzettelijk met misbruik van zijn functie en/of positie iets heeft gedaan en/of heeft nagelaten te doen teneinde enig voordeel voor hem en/of een ander te verkrijgen, namelijk:
- Giften en/of diensten aangenomen van [rechtspersoon 1] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 11] en/of [medeverdachte 4] en/of [rechtspersoon 9] en/of anderen die hem werden gegeven en/of verleend met de bedoeling een voorkeursbehandeling te krijgen bij het verlenen en/of wijzigen van optierechten en/of erfpachtrechten
- een voorkeursbehandeling gegeven door een aanvraagbrief en/of een Ministeriele Beschikking voor het verlenen en/of wijzigen van een optierecht van erfpacht op de aangevraagde percelen zonder (enige) controle en/of (enig) onderzoek te (laten) verrichten om te controleren of deze aanvragen voldeden aan de in de (pre)optiefase gestelde voorwaarden geaccordeerd en/of ondertekend ten gunste van en/of
- een overeenkomst tot vestiging en/of wijziging van een erfpacht op de verzochte percelen aangegaan met
Zaaksdossier [rechtspersoon 5]
[rechtspersoon 5] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 15] en/of
Zaaksdossier [rechtspersoon 4]
[rechtspersoon 4] en/of [medeverdachte 10] en/of [medeverdachte 14] en/of
Zaaksdossier [rechtspersoon 2]
[rechtspersoon 2] en/of [rechtspersoon 3] en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3]
Zaaksdossier [medeverdachte 4]
[medeverdachte 4] en/of [betrokkene 1] en/of [rechtspersoon 9] en/of [rechtspersoon 10] en/of [rechtspersoon 11] en/of [rechtspersoon 12] en/of [rechtspersoon 13] en/of [rechtspersoon 18] en/of
Zaaksdossier [de stichting]
[medeverdachte 11] en/of [rechtspersoon 6] en/of [rechtspersoon 8] en/of [rechtspersoon 17] en/of [rechtspersoon 1] en/of
Zaaksdossier [rechtspersoon 19]
[medeverdachte 17] en/of [rechtspersoon 19],
waardoor aan genoemde perso(o)n(en) en/of bedrij(f)(ven) en/of andere medeverdachte(n) telkens een of meer optierecht(en) werd(en) verleend en/of gewijzigd en/of een erfpachtrecht werd(en) verstrekt en/of waardoor deze perso(o)n(en) en/of bedrijven onrechtvaardig en/of aanzienlijk werd(en) verrijkt.
5.
Verduistering (artikelen 2:298 jo. 2:301 jo. 1:116 Wetboek van Strafrecht)
dat hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 januari 2015 tot en met 01 januari 2016 te Aruba, opzettelijk enig(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan de stichting [de stichting], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk(e) geldbedrag(en) verdachte als bestuurder en/of als beheerder van die Stichting en/of als (feitelijk) beleidsbepaler/beheerder, althans (uiteindelijk) belanghebbende van die Stichting, althans in elk geval anders dan door misdrijf onder zich heeft, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend, waaronder:
- Een cheque d.d. 9 juni 2015 uitgeschreven ten behoeve van Nautilus Travel & Trading a AWG 11.375,50.
6.
Witwassen (artikelen 430b/430c (oud) Wetboek van Strafrecht)
dat hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 oktober 2012 tot en met 14 februari 2014 te Aruba, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, althans zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) (van) een of meer voorwerp(en), t(e weten (een) geldbedrag(en))
de werkelijke aard en/of herkomst en/of vervreemding en/of verplaatsing verborgen en/of verhuld, en/of verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) was/waren en/of wie dat/die voorwerp(en)/ geldbedrag(en) voorhanden (heeft/hebben ge)had(den)
door (telkens) verschillende goederen, te weten diverse ramen en/of deuren afkomstig van het bedrijf Island’s Best Windows and Doors te Aruba alsmede diverse ramen en/of deuren afkomstig van het bedrijf Mexim Aluminium & Glass te Aruba, alsmede (aan)betalingen met betrekking tot de aankoop van deze goederen en diensten voor (de woning van) verdachte,
te kopen, dan wel te bestellen, op (andere) naam,
door welke handelwijze niet zichtbaar was aan wie dat/die voorwerpen daadwerkelijk toebehoorden, terwijl hij wist dat dat/deze voorwerp(en), onmiddellijk of middellijk, afkomstig is/zijn uit enig misdrijf
Witwassen (artikelen 2:404/2:405 (nieuw) Wetboek van Strafrecht)
dat hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 februari 2014 tot en met 28 maart 2017 te Aruba, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, althans zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) (van) een of meer voorwerp(en), (te weten (een) geldbedrag(en))
de werkelijke aard en/of herkomst en/of vervreemding en/of verplaatsing verborgen en/of verhuld, en/of verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) was/waren en/of wie dat/die voorwerp(en)/ geldbedrag(en) voorhanden (heeft/hebben ge)had(den)
door (telkens) verschillende goederen, waaronder een hekwerk, tegels, dakpannen (apparaten behorende bij) een sportschool, (auto)onderdelen, alsmede (aan)betalingen met betrekking tot de aankoop van deze goederen en diensten voor (de woning van) verdachte, te kopen, dan wel te bestellen, op (andere) naam,
door welke handelwijze niet zichtbaar was aan wie dat/die voorwerp
(en
)daadwerkelijk toebehoorden, terwijl hij wist of begreep dat dat/deze voorwerp(en), onmiddellijk of middellijk, afkomstig is/zijn uit enig misdrijf.
Bijlage 2: de bewijsmiddelen