Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Inleiding
Aangevallen uitspraak
Vervolgens heeft het Gerecht overwogen dat de minister een onjuiste uitleg aan de loonsubsidieregeling heeft gegeven. De subsidie is bedoeld voor ondernemingen die als gevolg van de COVID-19-pandemie te maken hebben gehad met een nagenoeg gehele staking van hun bedrijfsactiviteiten. Het ligt dan niet voor de hand aan deze ondernemingen de eis te stellen dat zij hun personeel, ondanks het ontbreken van enige economische bedrijvigheid van betekenis, nog voor ten minste 60% feitelijk werkzaamheden laten verrichten. Verder heeft de minister gelet op de duidelijke bewoordingen van de loonsubsidieregeling aan Eagle ten onrechte tegengeworpen dat beëindigingsovereenkomsten zijn gesloten en ontslagen zijn aangevraagd. Er is geen reden om aan te nemen dat abusievelijk is verzuimd om in punt 6 van de loonsubsidieregeling ook andere vormen van (voorgenomen) beëindiging van de arbeidsovereenkomsten te noemen dan het doen van aanvragen voor het verlenen van toestemming om deze op te zeggen. Het standpunt van de minister dat toekenning van loonsubsidie niet mogelijk is indien beëindiging van de bedrijfsactiviteiten niet is veroorzaakt door de COVID19pandemie, volgt niet uit de loonsubsidieregeling. De regeling laat geen ruimte voor het betrekken van de oorzaken van teruglopende bedrijfsresultaten, aldus het Gerecht.
Hoger beroep
"1. De beslissing op het bezwaarschrift wordt de indiener uiterlijk op de laatste dag van de termijn toegezonden of uitgereikt, onverminderd artikel 20, tweede lid."
Artikel 27, eerste lid, van de Lar luidt:
"1. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken en gaat in op de dag na die waarop de beslissing op het bezwaarschrift is gedagtekend."
Artikel 28 van de Lar luidt voor zover hier van belang:
"1. Een beroepschrift wordt niet-ontvankelijk verklaard indien het is ingediend voordat de termijn is ingegaan of nadat de termijn is verstreken.
[…]
3. Ten aanzien van een na afloop van de termijn ingediend beroepschriftblijft niet-ontvankelijkverklaring op die grond achterwege indien de indiener aannemelijk maakt dat hij het geschrift heeft ingediend zo spoedig als dit redelijkerwijs verlangd kon worden en het tegendeel daarvan niet blijkt."
Artikel 1 van de Algemene termijnenverordening luidt:
"Een in een landsverordening gestelde termijn die eindigt op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag, wordt verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is."
Beslissing
vernietigtde uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba van 31 juli 2023 in zaak nr. AUA202103579;
verklaarthet in die zaak ingestelde beroep
ongegrond;
gelastdat het Land Aruba aan de minister van Financiën en Cultuur het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht