ECLI:NL:OGHNAA:2010:BM2866
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake huwelijksgoederengemeenschap en kennisgeving vonnis
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door de appellant, die niet aanwezig was bij de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba op 13 april 2010. De appellant, wonend op Curaçao, was voorheen gedaagde en heeft een beroep ingesteld tegen eerdere vonnissen van het Gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Curaçao. De appellant heeft op 6 februari 2009 een akte ter griffie van het GEA ingediend, vergezeld van een memorie van grieven waarin hij vier grieven aanvoert en verzoekt om vernietiging van het vonnis en een nieuwe vaststelling van de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap.
De geïntimeerde, eveneens wonend op Curaçao, heeft een memorie van antwoord ingediend waarin zij bevestiging van het vonnis van het GEA vraagt, met veroordeling van de appellant in de kosten van het appel. Tijdens de procedure hebben beide partijen pleitaantekeningen overgelegd, en de geïntimeerde heeft een akte uitlating producties ingediend. Het Hof heeft vastgesteld dat de appellant niet bij de uitspraak aanwezig was en dat er geen bewijsstukken zijn die aantonen wanneer hij kennis heeft genomen van het vonnis van 24 november 2008.
Het Hof kan niet concluderen of het beroep van de appellant tijdig is ingesteld, en heeft daarom besloten dat de appellant nadere informatie moet verstrekken over de datum waarop hij kennis heeft genomen van het vonnis. Het Hof heeft de zaak aangehouden en de appellant moet zich bij akte uitlaten over deze kwestie. De geïntimeerde mag vervolgens een antwoordakte indienen. Het Hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden tot de volgende rolzitting op 4 mei 2010.