ECLI:NL:PHR:2009:BH9156
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen kantonrechtersvonnis met betrekking tot huurovereenkomst en motiveringsplicht
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een vonnis van de kantonrechter te 's-Gravenhage, waarin eiseres, aangeduid als [eiseres], werd veroordeeld tot betaling van stook- en servicekosten aan Aegon Woningen B.V. De vordering betrof kosten over de periode van 1 juli 2001 tot 1 juli 2004, inclusief vertragingsrente en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelde dat de hoogte van de vordering niet betwist was, maar eiseres stelde dat de specificaties in de dagvaarding onduidelijk waren en dat er essentiële stellingen niet waren behandeld. De Hoge Raad behandelt de motiveringsplicht van de kantonrechter en de beperkingen van het cassatieberoep, waarbij wordt benadrukt dat de motivering van een uitspraak voldoende duidelijk moet zijn om te kunnen beoordelen of het recht correct is toegepast. De Hoge Raad concludeert dat de kantonrechter niet voldoende heeft gemotiveerd waarom de hoogte en samenstelling van de vordering niet betwist waren door eiseres. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekt tot vernietiging van het vonnis en verwijzing van de zaak.