ECLI:NL:PHR:2012:BY4308
Parket bij de Hoge Raad
- Mr. Vellinga
- Rechtspraak.nl
Verzekering motorrijtuig en bewijsvoering bij onverzekerd rijden
In deze zaak is de verdachte, die als bestuurder van een motorrijtuig zonder verzekering reed, door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch veroordeeld tot hechtenis van twee weken en ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor de duur van zes maanden. De verdachte heeft cassatie ingesteld, waarbij zijn advocaat, mr. J.S. Nan, een middel van cassatie heeft voorgesteld. Het middel richt zich tegen de onjuistheid van het bewijsmiddel dat door het Hof is gebruikt, namelijk de verklaring van een ambtenaar van het ressortsparket, die stelde dat het kenteken van het voertuig op naam van de verdachte stond, terwijl dit in werkelijkheid op naam van een andere persoon stond.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat het Hof ten onrechte heeft aangenomen dat de verdachte de bestuurder was van een verzekerd voertuig. De verklaring van de ambtenaar, die als bewijsmiddel is gebruikt, was niet voldoende om te concluderen dat de verdachte op de peildatum een verzekering had afgesloten. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de aan de verklaring gehechte uitdraai niet de naam van de verdachte vermeldde, maar die van een andere persoon, wat de conclusie van het Hof onbegrijpelijk maakte.
De Hoge Raad heeft het bestreden arrest vernietigd en de zaak terugverwezen naar het Hof voor een nieuwe behandeling. Dit arrest benadrukt het belang van correcte bewijsvoering en de noodzaak om de identiteit van de verzekeringnemer goed vast te stellen in zaken van onverzekerd rijden.