“Vordering
De schriftelijke vordering van de officier van justitie strekt tot de vaststelling van het door veroordeelde wederrechtelijk verkregen voordeel op een bedrag van € 50.598,00 en tot oplegging van de verplichting tot betaling van dat bedrag aan de Staat. Ter terechtzitting in eerste aanleg heeft de officier van justitie de vordering gewijzigd, met dien verstande dat ontneming van een bedrag van € 35.555,60 is gevorderd.
De rechtbank heeft het wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld op een bedrag van € 35.555,60 en daarbij een betalingsverplichting opgelegd.
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal zich bij het vonnis van de rechtbank aangesloten.
Door het hof gebruikte bewijsmiddelen
1. Een proces-verbaal relaas onderzoek d.d. 18 april 2016, voor zover inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2]:
(pag. 14)
Op het adres [b-straat 1] te [plaats 2] staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam : [betrokkene]
Voornamen : [betrokkene]
Geboren : [geboortedatum] 1957
Geboorteplaats : [geboorteplaats]
(pag. 15)
Op 14 oktober 2015 werd voornoemde woning binnengetreden.
Het bleek dat op genoemd adres een hennepkwekerij met planten aanwezig was. In de woning werd op de eerste etage en op de zolderverdieping kweekruimtes aangetroffen.
Kweekruimte 1
In deze kamer bevond zich een afzonderlijk afgesloten ruimte met daarin hennepplanten. Buiten deze afgesloten ruimte bevonden zich een stellage met 300 hennepstekken en een kleine hoeveelheid gedroogde henneptoppen.
In totaal stonden er 100 hennepplanten en lagen er 300 hennepstekken. De gemiddelde hoogte van de hennepplanten was ongeveer 10 cm. De plantenbakken waren gevuld met potgrond. In totaal hingen er in de kweekruimte 7 assimilatielampen. In de kweekruimte bevond zich 1 koolstoffilter. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Kweekruimte 2
In totaal stonden er 116 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 60 cm. De plantenbakken waren gevuld met potgrond. In totaal hingen er in de kweekruimte 14 assimilatielampen. In de kweekruimte bevonden zich 3 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Kweekruimte 3
In totaal stonden er 79 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 60 cm. De plantenbakken waren gevuld met potgrond. In totaal hingen er in de kweekruimte 10 assimilatielampen. In de kweekruimte bevonden zich 3 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
(pag. 16)
Kweekruimte 5
In totaal stonden er 67 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 35 cm. De plantenbakken waren gevuld met potgrond. In totaal hingen er in de kweekruimte 9 assimilatielampen. In de kweekruimte bevond zich 1 koolstoffilter. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Vaststelling hennep
Wij, verbalisanten, constateerden op grond van onze kennis en ervaring dat het hennepplanten [het hof begrijpt: hennepplanten en -stekken] waren. Wij, verbalisanten, hebben dit geconstateerd, gezien de waargenomen uiterlijke kenmerken, kleur en vorm, en daarnaast de herkenbare geur.
2. Een rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex art 36e 2e lid Sr d.d. 25 mei 2016, voor zover inhoudende het relaas van de verbalisanten [verbalisant 1] en[verbalisant 2]:
(pag. 120)
Vaststelling opbrengst per oogst in de 1e kweekruimte
Aangetroffen planten/potten
In de 1e kweekruimte stonden 100 hennepplanten.
De oppervlakte van de beplanting in de 1e kweekruimte was 4,4 m2.
Per m2 stonden er 23 hennepplanten.
Vaststelling eerdere oogst in de 1e kweekruimte
Hennepresten
Verdroogde henneptoppen waren aangetroffen in de kamer alwaar de kweekruimte was ingericht.
Kalkafzetting
In de 1e kweekruimte bevond zich een op kalk gelijkende afzetting aan de onderzijde van de plantenpotten.
(pag. 120 en 121)
Stof op koolstoffilters
De aangetroffen koolstoffilters waren in de 1e kweekruimte bevestigd aan het plafond. Het filterdoek van de koolstoffilters was vervuild. Bij het verplaatsen van de bevestiging bleek dat op de plaats(en) waar deze was aangebracht, het filterdoek een aanzienlijk lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Het is aannemelijk dat de vervuiling van het filterdoek in de 1e kweekruimte is opgetreden nadat de koolstoffilters in de 1e kweekruimte waren bevestigd. De vervuiling van hef filterdoek treedt pas na langere tijd op en wordt veroorzaakt door kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt. Door de sterke afzuiging van de afgewerkte lucht in de 1e kweekruimte, komen deze stofdeeltjes op het filterdoek terecht.
(pag. 121)
Stof op voorwerpen
Er lag stof op:
- de kappen van de armaturen van de assimilatielampen;
- de aanwezige elektra.
Verkleuring van houten latten
Het hout van de latten waaraan de assimilatielampen waren opgehangen was verkleurd op de plaatsen waar de lampen waren bevestigd aan de lat.
Vaststelling opbrengst per oogst in de 2e kweekruimte
Aangetroffen planten/potten
In de 2e kweekruimte stonden 116 hennepplanten.
De oppervlakte van de beplanting in de 2e kweekruimte was 10 m2.
Per m2 stonden er 12 hennepplanten.
(pag. 122)
Vaststelling eerdere oogst in de 2e kweekruimte
Hennepresten
Verdroogde resten van hennepplanten waren aangetroffen op de grond in de kweekruimte.
Kalkafzetting
In deze kweekruimte bevond zich een op kalk gelijkende afzetting aan de onderzijde van de plantenpotten.
Stof op koolstoffilters
De aangetroffen koolstoffilters waren in de 2e kweekruimte bevestigd op de vloer aan de zijkant van de kweekruimte. Het filterdoek van de koolstoffilters was vervuild. Bij het verplaatsen van de bevestiging bleek dat op de plaats(en) waar deze was aangebracht, het filterdoek een aanzienlijk lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Het is aannemelijk dat de vervuiling van het filterdoek in de 2e kweekruimte is opgetreden nadat de koolstoffilters in deze kweekruimte waren bevestigd. De vervuiling van het filterdoek treedt pas na langere tijd op en wordt veroorzaakt door kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt. Door de sterke afzuiging van de afgewerkte lucht in deze kweekruimte, komen deze stofdeeltjes op het filterdoek terecht.
Stof op voorwerpen
Er lag stof op:
- de kappen van de armaturen van de assimilatielampen;
- de aanwezige elektra.
Vaststelling opbrengst per oogst in de 3e kweekruimte
Aangetroffen planten/potten
In de 3e kweekruimte stonden 79 hennepplanten.
De oppervlakte van de beplanting in de 3e kweekruimte was 8,6 m2.
Per m2 stonden er 10 hennepplanten.
(pag. 123)
Vaststelling eerdere oogst in de 3e kweekruimte
Hennepresten
Verdroogde resten van hennepplanten waren aangetroffen op de vloer in de kweekruimte. Er lagen ook oude plantenpotten met daarin wortelresten van hennepplantenmateriaal.
Kalkafzetting
In de 3e kweekruimte bevond zich een op kalk gelijkende afzetting op het zeil en aan de onderzijde van de plantenpotten. Verder bevond er zich een dikke laag kalk op de poot van een ventilator.
(pag. 124)
Stof op koolstoffilters
De aangetroffen koolstoffilters waren in de 3e kweekruimte bevestigd op de vloer in de kweekruimte. Het filterdoek van de koolstoffilters was vervuild. Bij het verplaatsen van de bevestiging bleek dat op de plaats(en) waar deze was aangebracht, het filterdoek een aanzienlijk lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Het is aannemelijk dat de vervuiling van het filterdoek in de 3e kweekruimte is opgetreden nadat de koolstoffilters in deze kweekruimte waren bevestigd. De vervuiling van het filterdoek treedt pas na langere tijd op en wordt veroorzaakt door kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt. Door de sterke afzuiging van de afgewerkte lucht in deze kweekruimte, komen deze stofdeeltjes op het filterdoek terecht.
Stof op voorwerpen
Er lag stof op:
- de kappen van de armaturen van de assimilatielampen;
- de aanwezige elektra.
Verkleuring van houten latten
Het hout van de latten waaraan de assimilatielampen waren opgehangen was verkleurd op de plaatsen waar de lampen waren bevestigd aan de lat.
(pag. 124 en 125)
Vaststelling opbrengst per oogst in de 4e kweekruimte [het hof begrijpt hier en hierna telkens de ruimte die in bewijsmiddel 1 als kweekruimte 5 is geduid]
Aangetroffen planten/potten
In de 4e kweekruimte stonden 67 hennepplanten.
De oppervlakte van de beplanting in de 4e kweekruimte was 3 m2.
Per m2 stonden er 23 hennepplanten.
(pag. 125)
Vaststelling eerdere oogsten in de 4e kweekruimte
Stof op koolstoffilters
De aangetroffen koolstoffilters waren in de 4e kweekruimte bevestigd aan de zijkant van de kweekruimte op een slakkenhuis. Het filterdoek van de koolstoffilters was vervuild. Bij het verplaatsen van de bevestiging bleek dat op de plaats(en) waar deze was aangebracht, het filterdoek een aanzienlijk lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Het is aannemelijk dat de vervuiling van het filterdoek in de 4e kweekruimte is opgetreden nadat de koolstoffilters in de 4e kweekruimte waren bevestigd. De vervuiling van het filterdoek treedt pas na langere tijd op en wordt veroorzaakt door kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt. Door de sterke afzuiging van de afgewerkte lucht in deze kweekruimte, komen deze stofdeeltjes op het filterdoek terecht.
Stof op voorwerpen
Er lag stof op:
- de kappen van de armaturen van de assimilatielampen;
- de aanwezige elektra.
Verkleuring van houten latten
Het hout van de latten waaraan de assimilatielampen waren opgehangen was verkleurd op de plaatsen waar de lampen waren bevestigd aan de lat.
3. Een geschrift genaamd fotoboek meerdere kweken, voor zover inhoudende:
(pag. 69 en 70)
In het pand gelegen aan [b-straat 1] te [plaats 2] zijn droge plantenresten in dozen aangetroffen.
(pag. 81)
In het pand gelegen aan [b-straat 1] te [plaats 2] zijn een gebruikte knipmachine en een gebruikt knipapparaat aangetroffen.
(pag. 82)
In het pand gelegen aan [b-straat 1] te [plaats 2] zijn gebruikte handschoenen aangetroffen.
(pag. 84)
In het pand gelegen aan [b-straat 1] te [plaats 2] is gebruikte potgrond in vuilniszakken aangetroffen.
4. Een proces-verbaal van verhoor meerderjarige verdachte d.d. 15 oktober 2015, voor zover inhoudende als een weergave van het verhoor van de verdachte [betrokkene]:
(pag. 102)
V = vraag verbalisanten
A = antwoord verdachte
(pag. 104)
V: wie is de eigenaar van de hennepkwekerij?
A: dat ben ik zelf.
V: wie heeft de hennepkwekerij ingericht?
A: dat ben ik zelf gedaan.
V: wie heeft de hennepkwekerij aangelegd?
A: dat heb ik zelf gedaan.
(...)
V: hoe ben jij aan de plantjes gekomen?
A: deze heb ik gekocht.
(pag. 105)
V: wie heeft de benodigde goederen voor de hennepkwekerij gekocht?
A: dat ben ik zelf geweest.
V: wie verzorgde de hennepplanten?
A: dat ben ik zelf geweest.
V: wat zou u met de oogst van de hennepkwekerij doen?
A: deze zou ik verkopen.
(pag. 106)
V: wie zou zorg dragen voor het oogsten?
A: dat zou ik zelf doen
V: wie heeft elektriciteit voor de hennepkwekerij aangelegd?
A: in eerste instantie heb ik het op de legale stroominstallatie aangesloten. Vervolgens ben ik door iemand ingelicht dat ik het beter voor de meter kan aansluiten. Hiermee bedoel ik een illegale aansluiting op de meterkast aanleggen.
V: hoe werd de elektriciteit aangelegd?
A: de leverancier van de hennepplanten heeft hier iemand voor gestuurd.
Schatting van de hoogte van het wederrechtelijk verkregen voordeel
De veroordeling
De veroordeelde is bij arrest van dit hof van 17 juni 2019 onder parketnummer 20-002691-18 veroordeeld tot straf onder meer ter zake van het in de periode van 7 oktober 2015 tot en met14 oktober 2015, in de uitoefening van een beroep of bedrijf, opzettelijk telen van 388 hennepplanten en 300 hennepstekken (feit 1).
De wettelijke grondslag
Het hof ontleent aan de inhoud van voormelde bewijsmiddelen het oordeel dat de veroordeelde uit andere feiten, waaromtrent voldoende aanwijzingen bestaan dat zij door de veroordeelde zijn begaan, te weten het telen van hennep in de periode voorafgaande aan 7 oktober 2015, een voordeel als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht heeft genoten.
Bronnen
Voor zover hierna niet anders wordt vermeld, gaat het hof uit van het “rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel per delict ex art. 36e 2e lid Sr”, met registratienummer PL2100-2015200960-1, opgemaakt en ondertekend op 25 mei 2016 door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], in totaal 11 doorgenummerde bladzijden (pagina’s 118 tot en met 128 van het politiedossier), hierna te noemen het “ontnemingsrapport”.
Eveneens betrekt het hof bij zijn oordeel het rapport “Wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij bij binnenteelt onder kunstlicht”, editie november 2010, van het Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie, hierna te noemen: het BOOM-rapport.
Bruto wederrechtelijk verkregen voordeel
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de veroordeelde in de kweekruimtes 1 tot en met 5 minimaal één eerdere oogst heeft gehad. Gelet op de aangetroffen koolstoffilter, waarvan de filter was verwijderd, heeft de veroordeelde in een kweekruimte zeker 3 oogsten gehad en in het voordeel van de veroordeelde wordt voor de kleinste kweekruimte (nr. 4) gekozen, aldus de advocaat-generaal.
De veroordeelde heeft verklaard dat hij hoogstens één eerdere oogst heeft gehad, maar wel uitsluitend in kweekruimte 2 en 3. Die oogst is (goeddeels) mislukt. Op gronden nader verwoord in haar pleitnota heeft de verdediging daartoe - kort weergegeven - gesteld dat er vergeelde hennepresten zijn aangetroffen, dat het BOOM-rapport in dit geval niet van toepassing is en dat in de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel niet rekening mee is gehouden dat gebruik is gemaakt van tweedehandse spullen en in die berekening zijn onvoldoende en foutieve parameters toegepast.
Het hof overweegt hieromtrent als volgt.
Anders dan de advocaat-generaal is het hof van oordeel dat de constatering dat uit het koolstoffiltertoestel de filter was verwijderd, gelet op de overige aanwijzingen, onvoldoende aannemelijk maakt dat de veroordeelde meer dan één oogst heeft gerealiseerd. Ook gaat het hof - in het voordeel van de verdachte - ervan uit dat kweekruimte 4 niet is gebruikt voor het oogsten van hennep, nu in die ruimte de moederplanten zijn aangetroffen.
Tegelijkertijd acht het hof de verklaring van de veroordeelde dat hij alleen één eerdere oogst heeft gehad in kweekruimte 2 en 3 niet aannemelijk, nu uit het samenstel van aanwijzingen aannemelijk is geworden dat de veroordeelde in kweekruimte 1, 2, 3 en 5 één eerdere oogst heeft gerealiseerd.
Het verweer van de verdediging dat de aangetroffen spullen tweedehandse spullen zijn wordt verworpen, omdat daarin geen begin van aannemelijkheid is terug te vinden. Ook het verweer met betrekking tot het BOOM-rapport en berekening van het wederrechtelijk verkregen [voordeel] wordt terzijde geschoven, nu het hof geen aanleiding ziet om daarvan af te wijken.
Bij de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel is het hof om die reden uitgegaan van één gerealiseerde oogst in kweekruimte 1, 2, 3 en 5.
Op 14 oktober 2015 werd het volgende aangetroffen.
In kweekruimte 1 werden 100 hennepplanten aangetroffen, waarbij er 23 planten per vierkante meter stonden. Overeenkomstig het BOOM-rapport stelt het hof de opbrengst per plant dan vast op 24,1 gram per plant. De totale opbrengst in kweekruimte 1 is derhalve (100 X 24,1 gram hennep =) 2.410 gram hennep.
In kweekruimte 2 werden 116 hennepplanten aangetroffen, waarbij er 12 planten per vierkante meter stonden. Overeenkomstig het BOOM-rapport stelt het hof de opbrengst per plant dan vast op 29,6 gram per plant. De totale opbrengst in kweekruimte 2 is derhalve (116 X 29,6 gram hennep =) 3.433,6 gram hennep.
In kweekruimte 3 werden 79 hennepplanten aangetroffen, waarbij er 10 planten per vierkante meter stonden. Overeenkomstig het BOOM-rapport stelt het hof de opbrengst per plant dan vast op 30,5 gram per plant. De totale opbrengst in kweekruimte 3 is derhalve (79 X 30,5 gram hennep =) 2.409,5 gram hennep.
In kweekruimte 5 werden 67 hennepplanten aangetroffen, waarbij er 23 planten per vierkante meter stonden. Overeenkomstig het BOOM-rapport stelt het hof de opbrengst per plant dan vast op 24,1 gram per plant. De totale opbrengst in kweekruimte 5 is derhalve (67 X 24,1 gram hennep =) 1.614,7 gram hennep.
De totale opbrengst in gewicht stelt het hof derhalve vast op (2.410 gram + 3.433,6 gram + 2.409,5 gram + 1.614,7 gram =) 9.867,8 gram. De geldelijke opbrengst bedraagt € 3,28 euro per gram. De totale geldelijke opbrengst en derhalve bruto wederrechtelijk verkregen voordeel bedraagt dan (9.867,8 x € 3,28 =) € 32.366,38.
Kosten
Het hof stelt allereerst voorop dat het hof de prijzen heeft vastgesteld conform het BOOM-rapport. Hogere en andere kosten, zoals door de verdediging is gesteld, is het hof onvoldoende gebleken.
In kweekruimte 1 werden 100 hennepplanten aangetroffen. Bij een oogst van minder dan 200 hennepplanten, stelt hof de afschrijvingskosten vast op € 150,00 per oogst en derhalve in totaal op € 150,00. De inkoopkosten stelt het hof vast op € 2,85 per stek en derhalve in totaal op (100 x € 2,85 =) € 285,00. Daarnaast stelt het hof de variabele kosten vast op € 3,33 per plant en derhalve in totaal op (100 x € 3,33 =) € 333,00. De totale kosten voor kweekruimte 1 bedraagt (€ 150,00 + € 285,00 + € 333,00 =) € 768,00.
In kweekruimte 2 werden 116 hennepplanten aangetroffen. Bij een oogst van minder dan 200 hennepplanten, stelt hof de afschrijvingskosten vast op € 150,00 per oogst en derhalve in totaal op € 150,00. De inkoopkosten stelt het hof vast op € 2,85 per stek en derhalve in totaal op (116 x € 2,85 =) € 330,60. Daarnaast stelt het hof de variabele kosten vast op € 3,33 per plant en derhalve in totaal op (116 x € 3,33 =) € 386,28. De totale kosten voor kweekruimte 2 bedraagt (€ 150,00 + € 330,60 + € 386,28 =) € 866,88.
In kweekruimte 3 werden 79 hennepplanten aangetroffen. Bij een oogst van minder dan 200 hennepplanten, stelt hof de afschrijvingskosten vast op € 150,00 per oogst en derhalve in totaal op € 150,00. De inkoopkosten stelt het hof vast op € 2,85 per stek en derhalve in totaal op (79 x € 2,85 =) € 225,15. Daarnaast stelt het hof de variabele kosten vast op € 3,33 per plant en derhalve in totaal op (79 x € 3,33 =) € 263,07. De totale kosten voor kweekruimte 3 bedraagt (€ 150,00 + € 225,15 + € 263,07 =) € 638,22.
In kweekruimte 5 werden 67 hennepplanten aangetroffen. Bij een oogst van minder dan 200 hennepplanten, stelt hof de afschrijvingskosten vast op € 150,00 per oogst en derhalve in totaal op € 150,00. De inkoopkosten stelt het hof vast op € 2,85 per stek en derhalve in totaal op (67 x € 2,85 =) € 190,95. Daarnaast stelt het hof de variabele kosten vast op € 3,33 per plant en derhalve in totaal op (67 x € 3,33 =) € 223,11. De totale kosten voor kweekruimte 5 bedraagt (€ 150,00 + € 190,95 + € 223,11 =) € 564,06.
De totale kosten stelt het hof derhalve vast op (€ 768,00 + € 866,88 + € 638,22 + € 564,06 =) € 2.837,16.
Netto wederrechtelijk verkregen voordeel
Het hof komt aan de hand van het vorenstaande tot de vaststelling dat een netto-opbrengst van € 29.529,22 is genoten (een bruto-opbrengst van € 32.366,38 minus de kosten van € 2.837,16). Nu dit een schatting betreft, zal het hof dit afronden op € 29.529,00.
Het hof is van oordeel dat dit voordeel volledig aan de veroordeelde moet worden toegerekend. Uit het dossier komt immers naar voren dat de veroordeelde verantwoordelijk was voor de hennepkwekerij. Bij gebrek aan aanwijzingen dat de veroordeelde het daaruit voortgekomen voordeel heeft gedeeld met anderen, moet het voordeel naar het oordeel van het hof volledig aan hem worden toegerekend.
Op te leggen betalingsverplichting
Het hof zal aan de veroordeelde de verplichting opleggen tot betaling van het hiervoor vastgestelde bedrag aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Daarbij heeft het hof rekening gehouden met de draagkracht van de veroordeelde, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
Naar het oordeel van het hof zijn uit het onderzoek ter terechtzitting geen feiten of omstandigheden gebleken waaruit zou moeten blijken dat op voorhand kan worden uitgesloten dat de veroordeelde op enig moment in staat is om aan zijn betalingsverplichting te voldoen. Bij dat oordeel heeft het hof in aanmerking genomen de voor de tenuitvoerlegging van deze maatregel geldende verjaringstermijn en de mogelijkheid die het Openbaar Ministerie heeft om de veroordeelde gedurende die termijn onbeperkt uitstel van betaling dan wel betaling in termijnen toe te staan.”