Conclusie
1.Inleiding
2.Het middel
Oplegging van straf en/of maatregel
in het voorliggende gevalin strijd is met de betreffende verdragsbepaling(en). [17]
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden de verdachte, geboren in 2002, veroordeeld voor ontucht met een minderjarige, wat resulteerde in een taakstraf van 80 uren en een schadevergoedingsmaatregel. De advocaat-generaal heeft cassatie ingesteld, waarbij het middel zich richt op de toepassing van het taakstrafverbod van artikel 77ma Sr. Dit verbod houdt in dat bij veroordeling voor bepaalde misdrijven, waaronder ontucht met minderjarigen, een taakstraf niet kan worden opgelegd zonder dat ook jeugddetentie wordt opgelegd. Het hof heeft in zijn arrest geoordeeld dat het taakstrafverbod in deze zaak niet kan worden toegepast, omdat dit in strijd zou zijn met het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK). De advocaat-generaal heeft in zijn conclusie algemene opmerkingen gemaakt over het IVRK en de nationale wetgeving, en heeft geconcludeerd dat de strafoplegging van het hof moet worden vernietigd en de zaak moet worden terugverwezen voor herbehandeling. De zaak is van belang omdat het de eerste keer is dat deze kwestie aan de Hoge Raad wordt voorgelegd, en het hof heeft een belangrijke overweging gemaakt over de verhouding tussen nationale wetgeving en internationale verdragsbepalingen.