ECLI:NL:RBALK:2006:AW2481
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake arbeidsongeschiktheidsverzekering en onrechtmatig royement door verzekeraar
In deze zaak heeft de rechtbank Alkmaar op 19 april 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, A. [eiser], en gedaagde, N.V. Noordhollandsche van 1816 Algemene Verzekeringsmaatschappij. Eiser heeft een vordering ingesteld tegen Noordhollandsche, waarin hij stelt dat hij sinds 9 juni 2004 arbeidsongeschikt is en dat deze arbeidsongeschiktheid onder de dekking van de afgesloten arbeidsongeschiktheidsverzekering valt. Eiser vordert onder andere een verklaring voor recht dat hij 100% arbeidsongeschikt is en dat het royement van zijn polis per 1 september 2004 onrechtmatig is. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser zich op 9 juni 2004 met spanningsklachten tot zijn huisarts heeft gewend en dat hij op 15 juni 2004 samen met zijn bedrijf in staat van faillissement is verklaard. Noordhollandsche heeft de verzekering op 1 november 2004 opgezegd wegens het niet tijdig betalen van de premie, maar eiser heeft betwist dat er sprake was van wanbetaling. De rechtbank heeft geoordeeld dat het royement van de polis onrechtmatig was, omdat eiser in feite 95% van de premie tijdig had voldaan en Noordhollandsche niet adequaat heeft gereageerd op de vragen van eiser over de premieverhoging. De rechtbank heeft de vordering van eiser toegewezen en het royement van de polis vernietigd. Tevens heeft de rechtbank bepaald dat een deskundige zal worden benoemd om de mate van arbeidsongeschiktheid vast te stellen, en dat een comparitie van partijen zal worden gelast om verdere stappen in de procedure te bespreken.