ECLI:NL:RBAMS:2005:AT0234
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.H. de Vries
- A.M.I. van der Does
- W.A.C. Crijns-van der Graaf
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak kogelbrief Marcanti-college
In de strafzaak tegen de verdachte, die betrokken was bij de kogelbrief gericht aan het Marcanti-college, heeft de rechtbank Amsterdam op 14 maart 2005 uitspraak gedaan. De zaak werd behandeld door de vierde meervoudige kamer van de rechtbank. Tijdens de zitting op 28 februari 2005 is het bewijs tegen de verdachte besproken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tenlastelegging, zoals die in de dagvaarding was opgenomen, niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. De rechtbank oordeelde dat niet aannemelijk was geworden dat de verdachte zich bewust was van het plan om een dreigbrief met een kogel te versturen. Hierdoor kon de verdachte niet worden veroordeeld voor de tenlastegelegde feiten.
De rechtbank heeft dan ook besloten om de verdachte vrij te spreken van alle beschuldigingen. Tevens werd het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier A. Gordon en is openbaar gemaakt op dezelfde datum als de uitspraak.