mw. mr. A.M.I. van der Does

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in het ziekenhuis, gevolgd door plaatsing in een netwerkpleeggezin, vanwege zorgen over de opvoedvaardigheden van de moeder.

De kinderrechter heeft op 22 april 2025 de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige verlengd tot 9 augustus 2025, vanwege zorgen over de opvoedsituatie bij de moeder.

De rechtbank verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van een 16-jarige wegens onvoldoende medewerking van de moeder aan onderwijsinschrijving.

De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van [minderjarige] afgewezen, omdat dit niet in haar belang is.

De rechtbank heeft het ouderlijk gezag van de vader over de minderjarige beëindigd en de GI als voogd benoemd, vanwege ernstige bedreigingen voor de ontwikkeling van het kind.

Wrakingsverzoek van verzoeker in civiele zaken kennelijk ongegrond verklaard door de rechtbank.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van een minderjarige tot 6 augustus 2025 en benoemt de bijzondere curator opnieuw, gezien de zorgen over schoolverzuim en ontwikkeling.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige] tot respectievelijk 14 maart 2026 en 14 september 2025, en verzoekt om rapportage van de GI.

De rechtbank heeft het gezag van de moeder beëindigd en de GI benoemd tot voogd over de minderjarige, met uitvoerbaarheid bij voorraad.

De kinderrechter verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 20 december 2025, na beoordeling van de situatie en het belang van de minderjarige.

Rechtbank Rotterdam stelt minderjarige onder toezicht tot 26 september 2025 en verlengt de uithuisplaatsing vanwege verdenking van mishandeling door ouders.

Rechtbank Rotterdam verleent machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige] in gezinsgerichte voorziening, uitvoerbaar bij voorraad.

De kinderrechter wijst het verzoek van de moeder om een schriftelijke aanwijzing van de GI vervallen te verklaren af en benoemt een bijzondere curator voor het minderjarige kind.

De kinderrechter heeft de behandeling van het verzoek tot ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van zes minderjarigen aangehouden tot 1 april 2025 voor verder onderzoek.

De rechtbank verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige] in een pleeggezin tot 1 februari 2025, na zorgen over de opvoedingssituatie bij de ouders.

De kinderrechter heeft op 26 september 2024 een ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor twee minderjarigen na ernstige zorgen over kindermishandeling.

De kinderrechter verlengt de uithuisplaatsing van twee minderjarigen bij de vader vanwege zorgen over de opvoedsituatie bij de moeder, die geweld heeft gebruikt.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 24 maart 2025, gezien de zorgen over zijn ontwikkeling en de rol van de ouders.

De rechtbank heeft de GI LDH per 1 september 2024 ontslagen van de voogdij over [minderjarige 1] en [minderjarige 2], en de GI WSS benoemd tot nieuwe voogd, in het belang van de kinderen.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 31 mei 2025, vanwege ontwikkelingsbedreiging door de keuze van de moeder om niet meer voor haar kind te zorgen.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van een minderjarige tot 21 november 2024, vanwege gebrek aan contact met de moeder. De GI moet voor de pro forma datum rapporteren over de situatie.

De kinderrechter verleent een machtiging voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige en benoemt mr. L.A. Middelkoop tot bijzondere curator.

De kinderrechter heeft op 18 juli 2024 het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van de minderjarige afgewezen, omdat niet langer voldaan is aan de wettelijke criteria.

De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen afgewezen, omdat de moeder zelfstandig in staat is om de noodzakelijke hulp te regelen.

De kinderrechter verklaart de moeder niet ontvankelijk in haar verzoek om de schriftelijke aanwijzing van de GI te vervallen, nu deze niet langer wordt uitgevoerd en de omgangsregeling is aangepast.

De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de voorwaardelijke machtiging voor de minderjarige [voornaam minderjarige] afgewezen, omdat zij niet bereid was de voorwaarden na te leven.

De kinderrechter heft de ondertoezichtstelling van een minderjarige op en wijst het verzoek van de GI af, omdat er geen toegevoegde waarde meer is en de minderjarige behoefte heeft aan structuur en hulp.

De kinderrechter wijst het verzoek van de GI om verlenging van de ondertoezichtstelling van [minderjarige] af, omdat er geen ernstige ontwikkelingsbedreiging meer is.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige tot 18 april 2025, gezien de onveilige situatie bij de moeder.

De rechtbank benoemt de GI tot voogd over de minderjarige [voornaam minderjarige] vanwege de wilsonbekwaamheid van de moeder, die lijdt aan een ernstige hersentumor.

De kinderrechter stelt [voornaam minderjarige] onder toezicht voor een jaar vanwege zorgen over haar ontwikkeling en de ouder-kindrelatie.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van drie minderjarigen tot 14 oktober 2024, met een beoordeling na zes maanden. De ouders zijn nog niet in staat om zelfstandig de bedreigde ontwikkeling van de kinderen af te wenden.

De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen bij de pleegouders vastgesteld en een voorlopige zorgregeling bepaald. De verzoeken van de ouders zijn afgewezen.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [kind 1] en [kind 2] tot 18 juli 2024, noodzakelijk voor hun verzorging en opvoeding.

De kinderrechter verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige01] tot 3 april 2024, onder voorwaarden, in het belang van zijn verzorging en opvoeding.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige01] tot 1 juni 2024, in het belang van zijn verzorging en opvoeding.

De kinderrechter verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige bij de vader zonder gezag tot 15 juli 2024, in het belang van de verzorging en opvoeding.

De kinderrechter stelt [kind01] en [kind02] onder toezicht vanwege ernstige zorgen over hun welzijn in een problematische thuissituatie. Hulpverlening is noodzakelijk voor verbetering.

De kinderrechter verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van [kind01] bij de vader en benoemt mr. J.A. van Gemeren als bijzondere curator voor de duur van de ondertoezichtstelling.

De kinderrechter heeft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond belast met de voorlopige voogdij over [kind01] vanwege de onbereikbaarheid van de ouders en de noodzaak om praktische zaken te regelen.

De rechtbank verlengt de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] tot 12 april 2024 en houdt het verzoek tot vervanging van de GI aan.

De kinderrechter heeft het verzoek tot ondertoezichtstelling van drie kinderen afgewezen, omdat de ouders in staat zijn om samen afspraken te maken en de situatie is verbeterd.

De rechtbank bekrachtigt het perspectiefbesluit van de GI dat het perspectief van de minderjarige bij de pleegouders ligt en bepaalt de omgangsregeling.

De rechtbank heeft het gezag van de moeder over [naam kind01] beëindigd en de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verlengd, met uitvoerbaarheid bij voorraad.

De rechtbank heeft het verzoek tot beëindiging van het gezag van de moeder over de minderjarige [voornaam minderjarige01] aanhouden en de zaak verwezen naar de meervoudige kamer voor verdere behandeling.

De kinderrechter heeft [voornaam minderjarige01] onder toezicht gesteld en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend, met benoeming van mr. R.A.A.H. van Leur als bijzondere curator.

De rechtbank verlengt de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van [naam kind01] in afwachting van noodzakelijke onderzoeken.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige01] en [voornaam minderjarige02] tot 12 juni 2023, vanwege onvoldoende vooruitgang van de moeder in het bieden van een veilige opvoedsituatie.

Rechtbank Rotterdam verlengt op 11 november 2022 de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van drie minderjarigen tot 19 juli 2023, vanwege onveilige opvoedsituatie bij de ouders.

De kinderrechter heeft op 14 oktober 2022 de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen bevolen vanwege de psychische problemen van de moeder, met een duur van twaalf maanden.