ECLI:NL:RBAMS:2007:BA5589
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontruiming van terrein door NS Vastgoed en verjaringseisen van bewoners
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 18 april 2007 uitspraak gedaan in een vordering tot ontruiming van een terrein dat in eigendom toebehoort aan NS Vastgoed B.V. De rechtbank heeft zich gebogen over de vraag of de gedaagden, die het terrein sinds 1989/1990 in gebruik hebben, zich kunnen beroepen op verjaring op grond van de artikelen 3:99 en 3:105 van het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank oordeelt dat de termijn voor verjaring nog niet is verstreken, aangezien de gedaagden het terrein nog geen tien respectievelijk twintig jaar in gebruik hebben. Bovendien is er geen sprake van bezit te goeder trouw, omdat de gedaagden wisten dat NS Vastgoed de rechthebbende was, zoals blijkt uit de inschrijving in de openbare registers.
De rechtbank concludeert dat de gedaagden zonder recht of titel op het terrein verblijven en dat NS Vastgoed recht heeft op ontruiming. De rechtbank wijst de vordering tot ontruiming toe, maar stelt een redelijke ontruimingstermijn van vier weken na betekening van het vonnis. Daarnaast worden de gedaagden veroordeeld in de proceskosten. In reconventie hebben gedaagden L en M vorderingen ingesteld tegen NS Vastgoed, maar deze worden afgewezen omdat zij hun stellingen onvoldoende hebben onderbouwd. De rechtbank oordeelt dat de vorderingen in reconventie niet toewijsbaar zijn, en dat de gedaagden in de proceskosten van NS Vastgoed worden verwezen.