ECLI:NL:RBAMS:2008:BD2749
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- W. Tonkens-Gerkema
- Rechtspraak.nl
Conservatoir beslag door curatoren op aandelen van Hagemeyer N.V. in het faillissement van Ceteco N.V.
In deze zaak hebben de curatoren van de failliete vennootschap Ceteco N.V. verzocht om conservatoir beslag te leggen op de aandelen van Hagemeyer N.V., de meerderheidsaandeelhouder van Ceteco. Dit verzoek volgde op een vonnis van de rechtbank Utrecht van 12 december 2007, waarin Hagemeyer en de bestuurders van Ceteco hoofdelijk aansprakelijk werden gesteld voor het boedeltekort van Ceteco, dat nader op te maken is bij staat. De rechtbank had Hagemeyer veroordeeld tot betaling van een voorschot van 50 miljoen euro ten behoeve van de faillissementsboedel, en de curatoren vorderden nu een totaalbedrag van 190 miljoen euro.
De voorzieningenrechter heeft de curatoren verlof verleend om beslag te leggen, ondanks het verweer van Hagemeyer dat het beslag onnodig en disproportioneel zou zijn, gezien de beurswaarde van Hagemeyer van 3,1 miljard euro. Hagemeyer stelde dat het beslag op haar aandelen schadelijk zou zijn voor een voorgenomen overname door Rexel, en dat er geen gegronde vrees voor verduistering bestond. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de curatoren voldoende aannemelijk hadden gemaakt dat er een gegronde vrees voor verduistering bestond, en dat het belang van de curatoren om beslag te leggen zwaarder woog dan de belangen van Hagemeyer.
De voorzieningenrechter heeft de belangen van beide partijen afgewogen en geconcludeerd dat het beslag niet onnodig of disproportioneel was. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het beslag onmiddellijk kon worden gelegd. De beslissing van de voorzieningenrechter benadrukt het belang van het beschermen van de belangen van de faillissementsboedel, vooral in situaties waar er een risico op verduistering bestaat.