ECLI:NL:RBAMS:2011:BV7038
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake griffierecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 22 december 2011 uitspraak gedaan in het verzet van [naam] tegen een eerdere uitspraak van 15 juli 2011, waarin zijn beroep niet-ontvankelijk werd verklaard wegens het niet tijdig betalen van het griffierecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat [naam] op 9 februari 2011 onder bewind was gesteld en dat hij afhankelijk was van zijn bewindvoerder voor de betaling van rekeningen. Ondanks herhaalde verzoeken aan de bewindvoerder om het griffierecht te betalen, was dit niet tijdig gebeurd. Tijdens de zitting op 11 november 2011 heeft [naam] verklaard dat hij voldoende middelen had om het griffierecht te betalen en dat hij ervan uitging dat dit was geregeld door zijn bewindvoerder. De rechtbank heeft de verklaringen van [naam] als consistent en geloofwaardig beoordeeld en heeft besloten dat het niet tijdig betalen van het griffierecht hem niet kan worden aangerekend. Hierdoor werd het verzet gegrond verklaard en werd de eerdere uitspraak van 15 juli 2011 vernietigd. De rechtbank heeft bepaald dat het onderzoek in de oorspronkelijke zaak wordt voortgezet en dat [naam] opnieuw een griffierechtnota zal ontvangen.