ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 juni 2015
Publicatiedatum
4 september 2015
Zaaknummer
CV EXPL 14-22777
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Terugvordering van bemiddelingskosten op grond van onverschuldigde betaling in huurzaak

In deze zaak vorderden eisers, [eiser 1 en 2 gezamenlijk], de terugbetaling van bemiddelingskosten die zij aan Multiwonen B.V. hadden betaald. De eisers stelden dat deze kosten onverschuldigd waren betaald, omdat zij de woning via een advertentie op internet hadden gevonden en niet om bemiddeling hadden gevraagd. De kantonrechter oordeelde dat de bemiddelingskosten niet rechtsgeldig waren, omdat er geen overeenkomst was die de huurder verplichtte om kosten aan een derde te betalen. De kantonrechter verwees naar artikel 7:417 lid 4 BW, dat bepaalt dat een lasthebber geen recht op loon heeft jegens de huurder in het geval van huur of verhuur van een onroerende zaak, tenzij er specifieke voorwaarden zijn. De rechter concludeerde dat Multiwonen als bemiddelaar twee heren had gediend, wat in strijd was met de wet. De vordering van de eisers werd toegewezen, en Multiwonen werd veroordeeld tot terugbetaling van € 1.415,70, vermeerderd met rente en kosten. De proceskosten werden ook aan Multiwonen opgelegd.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 3318555 CV EXPL 14-22777
vonnis van: 23 juni 2015
fno.: 460

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

1. [eiser 1]

2. [eiser 2]

beiden wonende [plaats]
eisers
nader te noemen: [eiser 1 en 2 gezamenlijk] of gezamenlijk [eiser 1 en 2 gezamenlijk]
gemachtigde: mr. H.M. Meijerink
t e g e n

de besloten vennootschap Multiwonen B.V.

gevestigd te Amsterdam
gedaagde
nader te noemen: Multiwonen
vertegenwoordigd door [naam 1] ( [functie] )

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

De volgende stukken bevinden zich in het procesdossier:
-
dagvaarding van 31 juli 2014 met producties van [eiser 1 en 2 gezamenlijk] ;
- schriftelijke antwoord met producties van Multiwonen;
- instructievonnis van 21 oktober 2014;
- conclusie van repliek met producties van [eiser 1 en 2 gezamenlijk] ;
- conclusie van dupliek met producties van Multiwonen;
- akte uitlating producties van [eiser 1 en 2 gezamenlijk]

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten

1. Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend of niet (voldoende) weersproken, alsmede op grond van de overgelegde en in zoverre niet bestreden inhoud van de bewijsstukken, staat in dit geding het volgende vast:
1.1.
[eiser 1 en 2 gezamenlijk] huurt van [naam 2] (vertegenwoordigd door [bedrijf 1] ) als verhuurder krachtens schriftelijke huurovereenkomst sinds 1 augustus 2013 de woning gelegen aan het adres [straat] te [plaats] (verder de woning te noemen).
1.2.
In de huurovereenkomst is overeengekomen dat een gedeelte van de kosten voor onder andere het opmaken van de huurovereenkomst voor rekening van huurder komt, te weten € 302,50 inclusief btw.
1.3.
Voordat de woning door [eiser 1 en 2 gezamenlijk] is gehuurd werd de woning te huur aangeboden op [site] en op de website van Multiwonen.
1.4.
[eiser 1 en 2 gezamenlijk] heeft telefonisch contact opgenomen met [naam 3] , [functie] van Multiwonen, waarna Multiwonen bij e-mail van 9 juli 2013 een ‘service request form’ aan [eiser 2] heeft gestuurd met het verzoek om die te ondertekenen.
1.5.
Multiwonen heeft op 12 juli 2013 een bevestiging van de huurovereenkomst aan [eiser 2] verzonden, waarin ook een overzicht van de kosten is opgenomen. Naast de huur en de waarborgsom zijn bemiddelingskosten in rekening gebracht aan [eiser 1 en 2 gezamenlijk] van € 1.415,70 inclusief btw.
1.6.
Nadat [eiser 1 en 2 gezamenlijk] de bemiddelingskosten had voldaan aan Multiwonen heeft de gemachtigde namens [eiser 1 en 2 gezamenlijk] bij brief van 24 april 2014 deze kosten als onverschuldigd betaald teruggevorderd, te betalen binnen twee weken.
1.7.
Multiwonen heeft de kosten niet terugbetaald.

Vordering en verweer

2. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] vordert dat bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis Multiwonen wordt veroordeeld tot betaling van € 1.415,70, te vermeerderen met rente en kosten.
3. Aan deze vordering legt [eiser 1 en 2 gezamenlijk] ten grondslag dat zij de bemiddelingskosten onverschuldigd heeft betaald aan Multiwonen. De overeengekomen vergoeding levert een niet redelijk voordeel op en is daarmee op grond van artikel 7:417 lid 4 BW in samenhang met artikel 7:264 BW nietig. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] hebben de woning gevonden op internet waar Multiwonen de woning te huur aanbood. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] heeft op die advertentie gereageerd en heeft niet aan Multiwonen gevraagd om een woning voor hem te zoeken. Het aanbieden van de woning op internet is op verzoek en in het belang van de verhuurder gedaan. Multiwonen was dus eerste opdrachtgever, waarna zij ook voor [eiser 1 en 2 gezamenlijk] ging optreden. Multiwonen heeft als bemiddelaar twee heren gediend. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] verwijst naar jurisprudentie van onder andere de kantonrechter te Amsterdam en het standpunt van de minister van Veiligheid en Justitie hieromtrent. Maar ook zonder toepassing van artikel 7:417 lid 4 BW is sprake van een onredelijk voordeel. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] verwijst daarbij naar arrest van het hof Amsterdam 29 juni 2010 (ECLI:N:GHAMS:2010:BN 6936, Nellestein/Ymere).
4. Multiwonen heeft de vordering gemotiveerd betwist.

Beoordeling

5. Waar nodig zal hierna nader worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als volgt.
6. De vraag ligt voor of [eiser 1 en 2 gezamenlijk] de bemiddelingskosten onverschuldigd aan Multiwonen heeft voldaan. Voor beantwoording van die vraag dient te worden onderzocht of er een rechtsgrond was voor de betaalde bemiddelingskosten van € 1.415,70. Die vraag beantwoord de kantonrechter ontkennend. De grondslag hiervoor ligt niet besloten in de huurovereenkomst. In de huurovereenkomst is immers niet een beding overeengekomen dat huurder ertoe verplicht om kosten aan of tegenover een derde te betalen in verband met de totstandkoming van de huurovereenkomst. Er zijn wel dergelijke kosten overeengekomen (artikel 10.1 van de huurovereenkomst) maar die zijn tussen de verhuurder en [eiser 1 en 2 gezamenlijk] overeengekomen, niet tussen Multiwonen en [eiser 1 en 2 gezamenlijk] Dat Multiwonen die kosten heeft voldaan maakt dit niet anders.
7. Voor zover Multiwonen de bemiddelingskosten heeft gegrond op de door [eiser 1 en 2 gezamenlijk] overgelegde service request form is dit niet goed te achterhalen, nu bij het in deze procedure door [eiser 1 en 2 gezamenlijk] overgelegde document een pagina mist. Echter, veronderstellenderwijs dat daarin de grondslag voor die bemiddelingskosten zou moeten worden gevonden, dan is die grondslag nietig, nu die in strijd is met artikel met 7:417 lid 4 BW. Daartoe overweegt de kantonrechter als volgt.
8. Artikel 7:417 lid 4 BW bepaalt kort gezegd dat indien een der lastgevers een persoon is als bedoeld in artikel 7:408 lid 3 (http://wetten.overheid.nl/BWBR0005290/volledig), en de rechtshandeling strekt tot huur of verhuur van een onroerende zaak de lasthebber geen recht op loon heeft jegens de huurder. Van deze bepaling kan niet ten nadele van de huurder worden afgeweken, tenzij de rechtshandeling strekt tot huur of verhuur van een tot woonruimte bestemd gedeelte van een zelfstandige woning.
9. Deze bepaling is van toepassing op lastgeving en is met de schakelbepaling in artikel 7:427 BW door de wetgever van toepassing verklaard op de bemiddelingsovereenkomst. Het antwoord op de vraag of hier sprake is van lastgeving of bemiddeling maakt voor de uitkomst van dit geding geen verschil, omdat de kantonrechter van oordeel is dat Multiwonen twee heren heeft gediend waarvan één niet handelde in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf.
10. [eiser 1 en 2 gezamenlijk] heeft als consument in de zin van artikel 7:408 lid 3 BW een zelfstandige woonruimte gehuurd. Dat Multiwonen bij de totstandkoming van de huurovereenkomst heeft bemiddeld, is tussen partijen niet (langer) in geschil.
11. Daarnaast heeft ook de verhuurder gebruik gemaakt van de bemiddelingsdiensten van Multiwonen bij de totstandkoming van de huurovereenkomst tussen haar en [eiser 1 en 2 gezamenlijk] De verhuurder heeft de woning immers aangeboden voor verhuur via de website [site] en de website van Multiwonen zelf. Door dit te doen heeft de verhuurder haar belangen laten behartigen door Multiwonen. Of [eiser 1 en 2 gezamenlijk] contact heeft opgenomen met [naam 3] naar aanleiding van het bekijken van de advertentie dan wel dat [eiser 1 en 2 gezamenlijk] eerst contact heeft opgenomen met Multiwonen die volgens haar lezing heeft gewezen op de betreffende advertentie, is niet relevant. De advertentie voor de betreffende woning was al geplaatst en via Multiwonen werd contact gelegd met de verhuurder. Of tussen Multiwonen en de verhuurder afspraken over deze lastgeving op schrift waren gesteld of dat tussen hen al dan niet een vergoeding was overeengekomen doet hieraan niet af (zie de uitspraak van de kantonrechter te Amsterdam van 13 maart 2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:BZ6442). Overigens heeft Multiwonen hierover niets gesteld. Zij heeft alleen gemotiveerd gesteld wat zij aan handelingen heeft verricht ten behoeve van [eiser 1 en 2 gezamenlijk] , waarvan [eiser 1 en 2 gezamenlijk] de omvang heeft betwist en heeft betwist dat die handelingen (alleen) in haar belang waren. Maar ook dat is niet relevant voor de vraag of sprake is van het dienen van twee heren.
12. Multiwonen heeft zich nog beroepen op de eisen van redelijkheid en billijkheid, maar die kunnen in de gegeven omstandigheden niet in de weg staan aan de door de wetgever nadrukkelijk beoogde bescherming van de huurder ten aanzien van kosten als de onderhavige.
13. Nu verder geen rechtsgrond voor de kosten is gesteld of vast komen te staan, dient de conclusie te zijn dat de bemiddelingskosten onverschuldigd zijn betaald. Dat betekent dat de vordering toewijsbaar is. De rente wordt toegewezen vanaf 8 mei 2014, de dag nadat twee weken zijn verstreken na de dag dat Multiwonen in gebreke is gesteld.
13. Multiwonen wordt als de in het ongelijk gestelde partij met de proceskosten aan de zijde van [eiser 1 en 2 gezamenlijk] belast.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt Multiwonen om tegen bewijs van kwijting te betalen aan [eiser 1 en 2 gezamenlijk] € 1.415,70, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 8 mei 2014.
veroordeelt Multiwonen in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [eiser 1 en 2 gezamenlijk] begroot op:
exploot € 96,45
salaris € 300,00
griffierecht € 77,00
-----------------
totaal € 473,45
voor zover van toepassing, inclusief btw;
veroordeelt Multiwonen tot betaling van een bedrag van € 50,00 aan nasalaris, te verhogen met een bedrag van € 68,00 aan kosten voor betekening onder de voorwaarde dat betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden en Multiwonen niet binnen 14 dagen na aanschrijving vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan, een en ander voor zover van toepassing, inclusief btw;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. M.D. Ruizeveld, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 juni 2015 in tegenwoordigheid van de griffier.