Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 juni 2016 in de zaak tussen
[de vrouw] , te Amsterdam, eiseres
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 6 juni 2016 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een aanvraag voor bijzondere bijstand door eiseres, een kind met de Nederlandse nationaliteit, die samen met haar moeder in een instelling verblijft. De moeder heeft geen geldige verblijfstitel, wat complicaties met zich meebrengt voor de aanvraag van bijzondere bijstand. Eiseres ontvangt een uitkering gelijk aan de inrichtingsnorm, maar verzoekt om bijzondere bijstand ter compensatie van het mislopen van kinderbijslag, kindgebonden budget en de alleenstaande ouderkop (ALO-kop). De rechtbank overweegt dat het koppelingsbeginsel in beginsel in de weg staat aan het verlenen van bijzondere bijstand, omdat de moeder van eiseres niet rechthebbend is en geen aanspraak kan maken op de genoemde toeslagen.
De rechtbank stelt vast dat eiseres niet voldoet aan de voorwaarden van de compensatieregeling voor kostendelers, en dat haar situatie niet zo schrijnend is dat er aanleiding is om bijzondere bijstand te verlenen. De rechtbank wijst erop dat eiseres in een instelling verblijft waar zij onderdak en voedsel ontvangt, en dat zij af en toe financiële steun van haar vader krijgt. De rechtbank concludeert dat de afwijzing van de aanvraag door verweerder terecht is, en verklaart het beroep ongegrond. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.