ECLI:NL:RBAMS:2016:3716

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 juni 2016
Publicatiedatum
20 juni 2016
Zaaknummer
C/13/604811 / HA RK 16-113
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot heropening vereffening van Stichting SOS wegens ongeldig ontbindingsbesluit

Op 23 juni 2016 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak van de Stichting Amsterdamse Oecumenische Scholengroep, verzoekster in een procedure tot heropening van de vereffening van de Stichting Oecumenische Scholen SOS. De verzoekster stelde dat er een bate was, namelijk een onroerende zaak, die aanleiding gaf tot heropening van de vereffening. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er geen geldig ontbindingsbesluit was genomen door het bestuur van de Stichting SOS. De personen die het besluit tot ontbinding ondertekenden, waren op dat moment geen bestuurders meer van de Stichting AMOS 1, die als enig bestuurder van Stichting SOS fungeerde. Hierdoor was het besluit tot ontbinding niet rechtsgeldig. De rechtbank concludeerde dat Stichting SOS niet was ontbonden en dat de registratie in het handelsregister onjuist was. Het verzoek tot heropening van de vereffening en benoeming van een vereffenaar werd afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. K.M. van Hassel.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/13/604811 / HA RK 16-113
Beschikking van 23 juni 2016
in de zaak van
de stichting
STICHTING AMSTERDAMSE OECUMENISCHE SCHOLENGROEP,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekster,
advocaat mr. E.M.C. Vandeberg te Utrecht.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 21 maart 2016
  • het e-mailbericht van de griffier van 13 mei 2016
  • de brief van mr. Vandeberg van 7 juni 2016 houdende een toelichting op het verzoek.
1.2.
Verzoekster heeft - desgevraagd - niet te kennen gegeven prijs te stellen op een mondelinge behandeling van het onderhavige verzoekschrift, zodat een dergelijke behandeling niet heeft plaatsgevonden.
1.3.
De beschikking is bepaald op heden. Verzoekster is van de beschikkingsdatum op de hoogte gesteld.

2.De feiten

2.1.
Stichting Oecumenische Scholen SOS (hierna: Stichting SOS) is opgericht op 10 mei 1967. Zij heeft tot doel de oprichting en/of instandhouding van scholen voor kleuter-, lager-, uitgebreid lager, lager algemeen voortgezet-, middelbaar algemeen-, voortgezet- en andere vormen van onderwijs, getuigende van verbondenheid met het Evangelie van Christus. Haar statuten, zoals laatst gewijzigd op 24 december 1984, luiden, voor zover van belang:
“Bestuur
Artikel 3
De stichting wordt beheerd door een bestuur, bestaande uit zes personen of zoveel meer als het bestuur vaststelt.
De leden van het bestuur worden gekozen door de raad van deelnemers.
(…)
Einde lidmaatschap
Artikel 5
1.
Het lidmaatschap van het bestuur eindigt door bedanken, periodiek aftreden, behoudens herbenoeming, overlijden, faillissement, onder curatelestelling of ontslag.
(…)
Deelnemers
Artikel 6
1.
Op door reglementen en bestuursbesluiten gestelde voorwaarden kunnen organisaties (…) als deelnemende organisatie tot de stichting toetreden.
(…)
Raad van deelnemers
Artikel 7
1.
Uit en door de deelnemers wordt een raad van deelnemers gekozen, bestaande uit tenminste zeven en maximaal vijftien leden.
(…)
2.
De raad dient het bestuur van advies (…) en benoemt de bestuursleden en ontstane vacatures met volstrekte meerderheid van de ter vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden van de raad.
(…)
Wijziging statuten, Ontbinding
Artikel 16
Besluiten tot wijziging der statuten, echter onder handhaving van de omschrijving van het doel der stichting, kunnen worden genomen in een voltallige vergadering van het bestuur, met een meerderheid van tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
Kan een dergelijk besluit wegens het ontbreken van het quorum niet worden genomen, dan kan nadien het besluit worden genomen in een speciaal daartoe bijeengeroepen vergadering met ene meerderheid van tenminste twee/derde der uitgebrachte stemmen, mits tenminste twee/derde van het aantal in functie zijnde bestuursleden aanwezig is.
Bij ontbinding van de stichting is het bestuur met de liquidatie belast.
Het bestuur zal het liquidatiesaldo een bestemming geven, welke zoveel mogelijk beantwoordt aan het doel der stichting.
Bijzondere bepalingen
Artikel 17
Het stichtingsbestuur beslist in alle gevalle waarin deze statuten of het reglement niet voorziet.”
2.2.
Het bestuur van Stichting SOS werd sinds 1 januari 2007 gevormd door Stichting Amsterdamse Oecumenische Scholengroep 1, met KvK registratienummer [nummer] (hierna: Stichting AMOS 1).
2.3.
Bestuurders van Stichting AMOS 1 waren, voor zover hier van belang:
- van 27 juli 2001 tot 1 juli 2009: [naam 1]
- van 27 juli 2001 tot 1 januari 2010: [naam 2]
- van 15 april 2004 tot 1 april 2011: [naam 3]
- sinds 1 oktober 2009: [naam 4]
- sinds 1 april 2012: [naam 5] .
2.4.
Op (en kort voor) 21 december 2012 hebben [naam 2] , [naam 3] en [naam 1] een schriftelijk besluit buiten vergadering van het bestuur van Stichting SOS ondertekend, inhoudende:
“Besluit

Alle activiteiten van de stichting te beëindigen

De stichting te beëindigen
De stichting heeft geen resterende baten. Derhalve wordt geen vereffenaar aangewezen”
Op 22 januari 2013 is in het handelsregister van de kamer van koophandel ingeschreven dat Stichting SOS is ontbonden. Op het betrokken formulier 17a is de handtekening van [naam 4] voornoemd geplaatst. Stichting AMOS 1 is geregistreerd als bewaarder van boeken en bescheiden van Stichting SOS.
2.5.
Stichting AMOS 1 is op 1 april 2013 ontbonden, waarbij verzoekster is benoemd als bewaarder van boeken en bescheiden.

3.De beoordeling

3.1.
Het verzoek strekt tot heropening van de vereffening van Stichting SOS en tot benoeming van een vereffenaar als bedoeld in artikel 2:23c BW. Hiertoe wordt verzocht omdat van het bestaan van een bate – namelijk een op naam van Stichting SOS staande onroerende zaak - is gebleken.
3.2.
Op verzoek van de griffier van de rechtbank heeft verzoekster zich uitgelaten over de vraag of wel sprake is geweest van een geldig besluit tot ontbinding van Stichting SOS. Verzoekster heeft te kennen gegeven dat volgens haar geen sprake is van een geldig ontbindingsbesluit omdat de personen die het onder 2.4 genoemde “besluit” hebben getekend op dat moment geen bestuurder meer waren van Stichting AMOS 1 (vgl. 2.3 hiervoor). Niettemin heeft zij het onderhavige verzoek ingediend omdat de betrokken kamer van koophandel een andere mening is toegedaan en het er niet toe heeft willen leiden Stichting SOS - als nog actieve stichting - opnieuw in haar registers in te schrijven. De kamer van koophandel heeft daarbij - zo blijkt uit een brief van die instantie - bijzondere betekenis toegekend aan de omstandigheid dat het registratieformulier van het einde van de rechtspersoon mede door [naam 4] voornoemd is getekend. Bovendien had de kamer van koophandel de overtuiging gekregen dat Stichting SOS al enige tijd inactief was en had opgehouden te bestaan.
3.3.
Artikel 2:19 BW voorziet in de manieren waarop een rechtspersoon wordt ontbonden. Een stichting wordt onder meer ontbonden – zo is bepaald in onderdeel a van die bepaling – “door een besluit van het bestuur tenzij in de statuten anders is voorzien”. Nu in de statuten van Stichting SOS niet anders is voorzien, kan zij worden ontbonden bij besluit van het bestuur. Omdat het in 2.4 genoemde besluit niet is genomen door Stichting AMOS 1 in haar hoedanigheid van enig bestuurder van Stichting SOS (maar door personen die op dat moment al geen bestuurder meer waren van Stichting AMOS 1) betreft dit geen geldig besluit tot ontbinding van Stichting SOS. Ook anderszins wijst niets erop dat het bestuur van Stichting SOS destijds rechtsgeldig tot ontbinding heeft besloten. In elk geval kan dit niet worden afgeleid uit de omstandigheid dat [naam 4] voornoemd destijds het aan de kamer van koophandel toegezonden formulier 17a (betreffende een inschrijving ontbinding vennootschap, rechtspersoon of maatschap) mede heeft ondertekend. Niet alleen was [naam 4] destijds geen zelfstandig bevoegd bestuurder van Stichting AMOS 1. Ook heeft hij het formulier, zo blijkt uit de betreffende passage (onderdeel 5) van het formulier waarbij zijn handtekening (kennelijk) is geplaatst, slechts ondertekend ten bewijze van het feit dat hij als “maat” danwel “vennoot” akkoord is met de ontbinding van de “vennootschap of maatschap”. Het bestaan van een geldig bestuursbesluit tot ontbinding van Stichting SOS kon daaruit dus niet worden afgeleid.
3.4.
Evenmin is gebleken dat Stichting SOS door een beschikking van de kamer van koophandel (zoals bedoeld in artikel 2:19a BW) of op één van de andere in artikel 2:19 BW genoemde manieren is ontbonden.
3.5.
De conclusie is dat Stichting SOS niet heeft opgehouden te bestaan. De in het handelsregister opgenomen andersluidende registratie betreffende Stichting SOS is niet juist.
3.6.
Omdat Stichting SOS niet is ontbonden, kan het verzoek tot heropening van de vereffening en benoeming van een vereffenaar niet worden toegewezen. Wat verder is aangevoerd, behoeft geen bespreking meer.

4.De beslissing

De rechtbank
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. K.M. van Hassel en in het openbaar uitgesproken op 23 juni 2016. [1]

Voetnoten

1.type: