Op 16 november 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen verdachte [verdachte], die beschuldigd werd van het medeplegen van een woninginbraak op 19 augustus 2018 te Amsterdam. De rechtbank heeft het vonnis op tegenspraak gewezen, na een zitting op 2 november 2018. De officier van justitie, mr. J.H. van der Meij, heeft gevorderd dat verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 9 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden. De verdediging pleitte voor vrijspraak of een straf gelijk aan de duur van het voorarrest, met een voorwaardelijke straf.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verdachte samen met medeverdachten de woning is binnengekomen door middel van een valse sleutel. De getuigenverklaring en het bewijs dat verdachte op het moment van de inbraak in de buurt was, hebben bijgedragen aan de bewezenverklaring. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij hij zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels.
De rechtbank heeft de straf bepaald op 6 maanden gevangenisstraf, waarvan 2 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren. Daarnaast zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering, opname in een forensische kliniek voor maximaal 6 maanden, en indien nodig een kortdurende opname voor detoxificatie. De rechtbank heeft ook bepaald dat de verdachte zich moet houden aan de huisregels van de zorginstelling en dat hij moet meewerken aan controle van het gebruik van alcohol en drugs. De rechtbank heeft de teruggave van een in beslag genomen telefoon aan verdachte gelast.