In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 21 februari 2019 uitspraak gedaan in een deelgeschilprocedure tussen verzoeker, een man die betrokken was bij een verkeersongeval op 1 juli 2009, en Amlin Corporate Insurance SE, de verzekeraar van de betrokken touringcars. Verzoeker heeft gesteld dat zijn rugklachten het gevolg zijn van het ongeval en heeft verzocht om een verklaring dat deze klachten aan het ongeval moeten worden toegerekend. De rechtbank heeft vastgesteld dat het ongeval geen fractuur van de vierde lendenwervel heeft veroorzaakt, maar dat verzoeker een pre-existente aangeboren afwijking had, de limbus vertebra, die geen symptomen vertoont. Het deskundigenrapport concludeert dat de lage rugklachten van verzoeker niet verklaard kunnen worden en dat er geen beperkingen zijn op orthopedisch terrein. De rechtbank oordeelt dat het partijdebat over de oorzaak van de rugklachten nog niet volledig is gevoerd en dat mogelijk nadere bewijslevering en een nieuw deskundigenonderzoek nodig zijn. Daarom leent het verzoek zich niet voor behandeling in een deelgeschilprocedure en wordt het verzoek afgewezen. Desondanks wordt Amlin veroordeeld tot betaling van de kosten van de deelgeschilprocedure, die zijn begroot op € 7.369,50.