ECLI:NL:RBAMS:2019:670
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete voor illegale verhuur van woonruimte aan toeristen
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 5 februari 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen een woningeigenaar en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De zaak betreft de oplegging van een bestuurlijke boete van € 13.500,- aan de eiser, omdat hij zijn woning zonder vergunning aan toeristen had verhuurd. De gemeente had eerder een boete van € 20.500,- opgelegd, maar deze was verlaagd na bezwaar van de eiser. De rechtbank heeft vastgesteld dat de woning in de periode van 10 tot en met 14 juli 2017 aan vier toeristen was verhuurd, zonder dat daarvoor een onttrekkingsvergunning was verleend. De rechtbank oordeelde dat de toezichthouders van de gemeente terecht de woning hadden betreden, omdat zij toestemming hadden gekregen van de aanwezige toeristen. De eiser voerde aan dat hij niet als overtreder kon worden aangemerkt, omdat hij op vakantie was en een vriend had gevraagd om op de woning te letten. De rechtbank oordeelde echter dat de eiser als eigenaar verantwoordelijk was voor de verhuur van de woning en dat hij wist of had moeten weten dat de woning werd verhuurd. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en bevestigde de boete.