Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[eiser sub 2],
[eiser sub 3],
[eiser sub 4],
[eiser sub 5],
[eiser sub 6],
[eiser sub 7],
[eiser sub 8],
[eiser sub 9],
[eiser sub 10],
[eiser sub 11],
[eiser sub 12],
[eiser sub 15],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 7 november 2018,
- het proces-verbaal van comparitie van 14 januari 2019,
- revisies van het proces-verbaal van comparitie van [eisers] van 26 januari 2019,
- een rolbericht van 30 januari 2019 van Standard Investment Fund c.s. met bezwaar tegen de revisies van het proces-verbaal,
- een rolbericht van 30 januari 2019 van [eisers] in reactie op het rolbericht van Standard Investment Fund c.s..
2.De feiten
private equitypartij die deelneemt in verschillende ondernemingen en in 2011 is gaan participeren in [bedrijf 1] . [eiser sub 14] (voorheen genaamd: [bedrijf 2] ) is de persoonlijke houdstermaatschappij van [eiser sub 15] die zowel enig aandeelhouder als bestuurder is. De [eiser sub 1] is opgericht om het personeel van [bedrijf 1] te laten participeren in deze onderneming. De door de [eiser sub 1] uitgegeven certificaten worden gehouden door de certificaathouders, allen werknemers van [bedrijf 1] . In genoemde periode was [eiser sub 15] enig bestuurder van de [eiser sub 1] en enig bestuurder van [eiser sub 13] (en daarmee indirect van [bedrijf 1] ). Tussen [eiser sub 13] en Standard Investment Management B.V. bestond een overeenkomst van opdracht (hierna: de managementovereenkomst). Op grond van de managementovereenkomst was sprake van een (bij voorkeur) door de personen [naam 1] (hierna: [naam 1] ) en [naam 2] (hierna: [naam 2] ) uit te voeren opdracht tot het verrichten van bestuurs- en managementdiensten voor [eiser sub 13] .
8.
CumPrefsDe cumulatief preferente aandelen in het kapitaal van [bedrijf 3] zullen recht geven op een cumulatief preferent dividend van 8% per jaar en zullen preferent (Liquidatiepreferentie) zijn boven de Gewone Aandelen. De Cumprefs zullen een lage nominale waarde hebben en daarop zal een hoog agio worden gestort, zodanig dat stemrechten in de AVA vrijwel overeenkomen met de verhouding waarin door partijen wordt deelgenomen in de gewone aandelen.
Alle Cumprefs nominaal EUR 0,02 (zegge: twee eurocent) per stuk zijn.
. Gelieve dit met [naam 3] te regelen.”
zouden we toch wel een ruling willen krijgen op de managementparticipaties op lucratief belang en loonbelasting. Daarvoor willen we wel graag een fixed quote, omdat K.PMG die ook heeft gegeven – die hebben al wat meer kennis van de case. Graag beslissen wij einde week wie dit deel gaat doen dus graag verneem ik voor einde week voor welk vast tarief jullie dit zouden willen verzorgen.”
en de werknemers van [bedrijf 1] .
private equitypartij ingestapt.
3.Het geschil
- i) een verklaring voor recht dat de rechtshandelingen tussen Standard Airbag, [eiser sub 14] en [eiser sub 13] tot uitgifte van preferente aandelen van 30 maart 2012 en tot inkoop van de desbetreffende aandelen van 24 maart 2017 vernietigbaar zijn op grond van het dwalingsvoorschrift (6:228 BW),
- ii) een verklaring voor recht dat Standard Airbag en/of Standard Investment Fund
- iii) een veroordeling van Standard Investment Fund c.s. in de kosten van deze procedure, en
- iv) aangaande onderdeel (i) in plaats van vernietiging van de rechtshandelingen uit te spreken de gevolgen daarvan te wijzigen in de zin dat, samengevat,
4.De beoordeling
dwaling
€ 1.000 van de preferente aandelen. Ten tijde van de reparatie in maart 2012 (zie 3.2.) is [eiser sub 15] voor het tekenen van de relevante stukken niet op de hoogte gebracht van het feit dat de alsnog uit te geven preferente aandelen tegen een nominale waarde van
€ 1.000 zouden worden uitgegeven, in strijd met de in de termsheet en de aandeelhoudersovereenkomst vastgelegde nominale waarde van € 0,02, aldus [eisers] Die repartie was nodig omdat in maart 2011 alle partijen en hun adviseurs niet opgemerkt hadden dat tegen de afspraak in geen preferente aandelen werden uitgegeven.
€ 1.000. Hieruit volgt dat [eiser sub 15] ervan op de hoogte had kunnen zijn dat er vanaf 15 maart 2012 gewerkt werd op basis van preferente aandelen met een nominale waarde van € 1.000. [eisers] heeft nog gesteld dat [eiser sub 15] specifiek gewezen had moeten worden op de wijziging in de tekst van de volmacht, maar daar gaat de rechtbank aan voorbij. Vast staat immers dat [eiser sub 15] zich actief opstelde bij het controleren van de stukken die werden gemaakt in verband met de reparatie. Dit volgt bijvoorbeeld uit zijn e-mail van 15 maart 2012 (zie 2.14) waarin hij actief informeert waar de statuten blijven (“
Wanneer kan ik deze zien het wordt nu echt kortdag om ze na t zien voor ik teken en ik wil ze nazien…”) en zijn e-mail van 22 maart 2012 (
“De statuten op basis van dit voorstel kan ik niet tekenen. Daarbij ik heb de statuten niet gezien”). Ter comparitie heeft [eiser sub 15] voorts bevestigd dat in het eerste concept van de akte tot statutenwijziging een nominale waarde van € 1.000 stond. Er hebben dus geen andere statuten gecirculeerd die [eiser sub 15] op andere gedachten hadden kunnen brengen. Ook kon uit de e-mail van [naam 2] van 15 maart 2012 (zie 2.15), waarin een opsomming van het geplaatste kapitaal wordt gegeven, eenvoudig worden afgeleid dat de nominale waarde van de preferente aandelen substantieel meer bedroeg dan € 0,02. Dat [eiser sub 15] in staat was deze rekensom snel te maken volgt reeds uit de kort daarna door hem verzonden e-mail van 21 maart 2012 (2.17) waar hij op dezelfde dag reageert op een voorstel van [naam 2] met een eigen berekening waaruit een gedegen kennis van de materie blijkt. [eiser sub 15] heeft er ook nog op gewezen dat het proces onder grote tijdsdruk moest geschieden. Enerzijds is dit onvoldoende komen vast te staan – de akten zijn uiteindelijk pas op 30 maart 2012 gepasseerd – en anderzijds is de rechtbank het eens met Standard Investment Fund c.s. dat het op de weg van [eiser sub 15] als bestuurder ligt om meer tijd te vragen als hij onvoldoende kan doorgronden waar hij voor moet tekenen. Bij deze stand van zaken kan in het midden blijven of [eiser sub 15] daadwerkelijk op de hoogte was van de nominale waarde van de preferente aandelen toen hij de relevante volmacht en notulen tekende. Het komt immers voor zijn risico als hij de stukken die hij heeft geaccordeerd onvoldoende heeft bestudeerd. Dit betekent dat ook de dwaling in dat geval (als hij niet op de hoogte was) voor rekening van [eisers] blijft in de zin van artikel 6:228 lid 2 BW. Gezien het voorgaande behoeft het (gebrek aan) causaal verband geen bespreking.
€ 1.000 voor de preferente aandelen tot toepassing van de lucratief belangregeling zou leiden én dat als zij dit wel geweten zouden hebben zij de reparatie anders hadden uitgevoerd.
1.086,00(2,0 punten × tarief € 543,00)