Uitspraak
Afwijzing faillietverklaring
De standpunten van partijen
Beoordeling
De beslissing
- wijst het verzoek af,
- bepaalt dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.
Rechtbank Amsterdam
Op 20 januari 2020 is er een verzoekschrift ingediend door curatoren van [verzoekster] N.V. tot faillietverklaring van [gerekstreerde] B.V., die zich op 26 augustus 2019 uit het handelsregister heeft laten uitschrijven na een ontbindingsbesluit. De curatoren stellen dat er nog baten zijn en dat er sprake is van pluraliteit van schuldeisers, omdat [gerekstreerde] B.V. een vordering heeft op verzoekers. Tijdens de zitting op 18 februari 2020 hebben de curatoren hun verzoek toegelicht, terwijl de advocaat van [gerekstreerde] B.V. verweer heeft gevoerd.
De rechtbank heeft de argumenten van de curatoren en de verdediging van [gerekstreerde] B.V. zorgvuldig afgewogen. De rechtbank concludeert dat er geen summierlijke aanwijzingen zijn voor het bestaan van baten, aangezien de enige schending van de publicatieplicht door [gerekstreerde] B.V. niet voldoende is om een vordering uit bestuurdersaansprakelijkheid te rechtvaardigen. Bovendien is er geen bewijs van wanbeleid of pluraliteit van schuldeisers, aangezien [gerekstreerde] B.V. slechts een schuld aan de verzoekers heeft en geen andere vorderingen zijn aangetoond.
De rechtbank wijst het verzoek tot faillietverklaring af en oordeelt dat iedere partij zijn eigen proceskosten draagt. Deze beslissing is genomen door mr. A.E. de Vos en is op 21 februari 2020 in raadkamer uitgesproken.