ECLI:NL:RBAMS:2022:4931

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 augustus 2022
Publicatiedatum
19 augustus 2022
Zaaknummer
13/029343-22 (Promis)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring voorhanden hebben van vuurwapens en opruiing in het kader van drillrap

Op 19 augustus 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 2002, die beschuldigd werd van het voorhanden hebben van vuurwapens en opruiing via een drillrapvideo. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 2 februari 2022 in Amstelveen twee geladen vuurwapens en bijbehorende munitie voorhanden heeft gehad. De wapens werden aangetroffen nabij de plek waar de verdachte en zijn medeverdachten werden aangehouden. De rechtbank heeft ook gekeken naar een drillrapvideo die op sociale media was geplaatst, waarin de verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] te zien waren met vuurwapens en gewelddadige teksten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan opruiing door het verheerlijken van geweld en wapengebruik in deze video. De verdachte werd vrijgesproken van enkele andere tenlastegelegde feiten omdat de bewijsvoering daarvoor ontbrak. De rechtbank besloot om het jeugdstrafrecht toe te passen en legde een jeugddetentie op van 12 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden en een proeftijd van 2 jaar.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS
Parketnummer: 13/029343-22 (Promis)
Datum uitspraak: 19 augustus 2022
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 2002 te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres] , [woonplaats] ,
gedetineerd in het [naam] .

1.Onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 5 augustus 2022.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. H. Hoekstra, en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. N.F. Hoogervorst, naar voren hebben gebracht.
De zaken zijn tegelijk op de zitting behandeld met de zaak tegen medeverdachten [medeverdachte 1] (13/029383-22 en 13/118408-22) en [medeverdachte 2] (13/029248-22). De rechtbank doet vandaag in de zaken van de drie verdachten uitspraak.

2.Inleiding

Op 1 februari 2022, rond middernacht, zijn de inzittenden van een witte Mazda met kenteken [kenteken] (hierna: de auto) op de parkeerplaats Meerzicht in Amstelveen gecontroleerd. In deze auto bevonden zich verdachte als bestuurder, medeverdachte [medeverdachte 1] als bijrijder en medeverdachte [medeverdachte 2] op de achterbank. Terwijl een verbalisant wachtte op assistentie van collega’s is medeverdachte [medeverdachte 2] weggerend richting de bosschages naast de parkeerplaats, waar hij na een korte achtervolging te voet werd aangehouden. De auto reed ondertussen weg en werd korte tijd later, zonder inzittenden, aangetroffen op de parkeerplaats Berkenhoek, gelegen in het Amsterdamse Bos aan de Nieuwe Meerlaan. Aldaar werd verdachte in de bosschages aangetroffen en aangehouden. Nabij de plekken waar verdachte en medeverdachte [medeverdachte 2] zijn aangehouden zijn geladen vuurwapens en munitie aangetroffen. Dit heeft geleid tot de verdenkingen in onderzoek Racuda (feit 1).
Het aantreffen van (fragmenten van) een zogenaamde drillrapvideo op Instagram en YouTube in een ander onderzoek met de naam Barbuda heeft ertoe geleid dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] worden verdacht van het plegen van verschillende strafbare feiten (feiten 2 tot en met 5).

3.Tenlastelegging

Verdachte wordt ervan beschuldigd dat hij zich, samen met anderen, in Amsterdam, in elk geval in Nederland, heeft schuldig gemaakt aan:
het voorhanden hebben van vuurwapens met (bijbehorende) munitie op of omstreeks 2 februari 2022;
het voorhanden hebben van vuurwapens in de periode van 1 juni 2021 tot en met 4 augustus 2021;
het verheerlijken van geweld, wapengebruik en wapenbezit en het oproepen tot geweldgebruik jegens een/de tegenpartij (oftewel: opruiing) in de periode van 1 juni 2021 tot en met 4 augustus 2021;
het zich voordoen als een politieambtenaar in de periode van 1 juni 2021 tot en met 4 augustus 2021;
heling van een politie-uniform in de periode van 1 juni 2021 tot en met 4 augustus 2021.
De volledige tekst van de tenlastelegging is opgenomen in bijlage I van dit vonnis. De inhoud daarvan geldt als hier ingevoegd.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten.
Ten aanzien van feit 1 heeft de officier van justitie betoogd dat medeplegen van het voorhanden hebben van geladen vuurwapens met bijbehorende munitie kan worden bewezen. De officier van justitie heeft betoogd dat alle aangetroffen vuurwapens en munitie afkomstig waren uit de auto waarin de verdachten werden gecontroleerd. Uit de omstandigheid dat de verdachten vluchtten voor de politie kan worden afgeleid dat iedere verdachte afzonderlijk wist van de aanwezigheid van de vuurwapens en munitie in de auto, die vervolgens zijn aangetroffen nabij de plekken waar de medeverdachten zijn aangehouden.
Ten aanzien van feiten 2 tot en met 5 heeft de officier van justitie betoogd dat steeds de tenlastegelegde periodes kunnen worden bewezen, omdat verondersteld kan worden dat de verdachten de drillrapvideo kort voor het moment van het plaatsen van de video op sociale mediakanalen hebben opgenomen en daartoe vuurwapens en een politie-uniform voorhanden hebben gehad en hebben gedragen. Verdachte moet gedeeltelijk worden vrijgesproken van feit 2, omdat niet kan worden vastgesteld dat de vuurwapens die onder het vijfde en zesde gedachtestreepje staan genoemd, echte vuurwapens betreffen.
4.2.
Standpunt van de verdediging
Ten aanzien van feit 1 heeft de verdediging zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank voor wat betreft de vuurwapens waarop DNA van verdachte is aangetroffen. Niet kan worden bewezen dat verdachte wetenschap had van de andere aangetroffen vuurwapens en munitie, zodat verdachte daarvan moet worden vrijgesproken.
De raadsvrouw heeft, primair, verzocht om verdachte vrij te spreken van de feiten 2, 4 en 5, omdat de tenlastegelegde pleegperiode niet kan worden bewezen.
Verdachte moet worden vrijgesproken van het tenlastegelegde onder feit 3, omdat niet is voldaan aan de wettelijke vereisten die tot een veroordeling voor opruiing zouden kunnen leiden. Voorzover met de geuite woorden, handelingen en gebaren het plegen van strafbare feiten wordt verheerlijkt, wordt daarmee niet opgeroepen tot geweldgebruik jegens een tegenpartij. Daarnaast was het (voorwaardelijk) opzet van verdachte niet op opruiing gericht.
4.3.
Oordeel van de rechtbank
4.3.1.
Onderzoek Racuda (feit 1)
Feiten en omstandigheden
Op 2 februari 2022 zijn naar aanleiding van een zoekopdracht bij de bosschages van parkeerplaats Berkenhoek, gelegen in het Amsterdamse Bos aan de Nieuwe Meerlaan in Amstelveen, een schoudertas en een petje aangetroffen van het merk Gucci. Deze spullen lagen enkele meters vanaf de plek waar verdachte kort daarvoor werd aangehouden. In de schoudertas zaten twee vuurwapens: een pistool van het merk Grand Power (model K100, serienummer [nummer] , kaliber 9x19mm) en een pistool van het merk Glock (model21Gen4, serienummers [nummer] en [nummer] ). Dit betreffen vuurwapens van categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie (hierna: Wwm). In het patroonmagazijn van de Grand Power zaten 12 patronen van het bijbehorende kaliber 9x19mm. In het patroonmagazijn van de Glock zijn 12 patronen van het kaliber .45 aangetroffen. De vuurwapens waren geladen, maar niet doorgeladen. Op beide wapens is op verschillende plekken DNA aangetroffen. Uit onderzoek is gebleken dat dit DNA afkomstig is van verdachte.
Bewezenverklaring feit 1 en gedeeltelijke vrijspraken
De rechtbank vindt op basis van voornoemde feiten en omstandigheden bewezen dat verdachte twee pistolen en (bijbehorende) munitie voorhanden heeft gehad. De rechtbank kan niet vaststellen dat verdachte van zijn medeverdachten wist dat ook zij vuurwapens en munitie bij zich droegen. De andere vuurwapens en munitie zijn immers aangetroffen in een schoudertas of jaszak of lagen niet in het zicht in het voertuig waarin de verdachten samen zaten. Verdachte zal daarom worden vrijgesproken van het voorhanden hebben van de overige vuurwapens en munitie.
4.3.2.
Onderzoek Barbuda
Feiten en omstandigheden
Op 28 juli 2021 is op de profielpagina van het Instagramaccount ‘ [naam 1] ’ een video aangetroffen van 35 seconden. In deze video zijn onder andere de volgende Instagramgebruikers getagd: ‘ [naam 2] ’, ‘ [naam 3] ’ en ‘ [naam 4] ’. Op 4 augustus 2021 is via het account ‘ [naam 3] ’ een video van 2 minuten en 42 seconden geplaatst op het sociale mediakanaal YouTube met de naam ‘ [naam video] ’ (hierna: de video). In de kortdurende video op het genoemde Instagramaccount bleken fragmenten zichtbaar van deze video op YouTube. Op het Instagramprofiel van ‘ [naam 2] ’ wordt in een bericht onder een foto met vuurwapens gerefereerd naar de titel van de video met de vraag: ‘wanneer moeten we deze droppen’. In dit bericht zijn de Instagramaccounts ‘ [naam 1] ’ en ‘ [naam 4] ’ getagd en er wordt verwezen naar een link van een YouTube kanaal.
In de video zijn verschillende personen zichtbaar met (in totaal zeven) vuurwapens, waaronder het pistool van het merk Grand Power dat verdachte en het automatische aanvalsgeweer dat medeverdachte [medeverdachte 1] , ieder afzonderlijk, in onderzoek Racuda voorhanden hadden. Aan het begin van de video wordt geschoten met een automatisch vuurwapen. Verder is te zien dat de personen in de video hun (nep)vuurwapens richten naar de camera. Ook wordt een snijdende beweging met de hand langs de keel gemaakt. Eén van de verdachten draagt in de video een officieel politie-uniform.
De rappers in de video zingen/rappen in de Nederlandse taal, de Engelse taal en in zogenaamde straattaal en er is een versie van de video beschikbaar waarin een Engelse ondertiteling wordt weergegeven. In de video zijn onder andere de volgende teksten te horen en/of te lezen:
  • En pas als die man een pek is, is die kanker missie voltooid (Only when he is in a pack is that mission complete);
  • Spin die wip heb me op gescand (Spin that whip I spotted a opp);
  • Time to glide we komen intens (Time to glide we come intense);
  • Al die ballas gaan door je heen (All the bullets go through you);
  • Trat (fon) op mijn naam en je wordt geshot (Keep talking shit on my name you will
get shot);
  • Lak vier ik ben stijf voor die nieuwe glock (Pay 4 for that new glock);
  • We spleie (fon) die kanker pijp in de hood (We sell all them gunst to the hood);
  • Breng die pijp in die fucking hood (Bring the guns to the hood).
Uit onderzoek naar de identiteit van de rappers is naar voren gekomen dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] als de vermoedelijke rappers in de video kunnen worden aangemerkt:
Verdachte (‘ [naam 4] ’/’blmambaa’)
In de video is een aantal keer een stukje huid met een tatoeage zichtbaar op de pols van rapper ‘ [naam 4] ’. Deze tatoeage komt overeen met de tatoeage op de linker pols van verdachte. Op het Instagramprofiel van ‘ [naam 4] ’ staat een foto van een persoon met dezelfde tatoeage.
Medeverdachte [medeverdachte 1] (‘ [naam 1] ’)
De politie heeft medeverdachte [medeverdachte 1] herkend op basis van twee foto’s die zichtbaar zijn op het Instagramprofiel van ‘ [naam 1] ’. In november 2018 heeft de medeverdachte tijdens een politieverhoor een telefoonnummer opgegeven, welk telefoonnummer op een inbeslaggenomen telefoon in een ander onderzoek is opgeslagen onder de naam ‘ [naam 1] ’. Op camerabeelden die in oktober 2021 zijn opgenomen bij de centrale toegangsdeur van de woning van medeverdachte [medeverdachte 1] is een persoon te zien die gelijkenissen vertoont met voornoemde [medeverdachte 1] . In de video draagt ‘ [naam 1] ’ soortgelijke kleding en schoenen als diegene die op de camerabeelden bij de woning te zien is.
Bewezenverklaring feit 3 en gedeeltelijke vrijspraak periode
Op basis van de feiten en omstandigheden die naar voren zijn gekomen in het onderzoek naar de identiteit van de rappers, in combinatie met het gegeven dat de twee vuurwapens die deze rappers in de video aan het publiek tonen identiek zijn aan de vuurwapens die verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] (ieder afzonderlijk) voorhanden hadden in onderzoek Racuda, vindt de rechtbank bewezen dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] in de video te zien zijn. Verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] zijn derhalve betrokken geweest bij de opname van de video. Gelet op het bericht onder de foto met vuurwapens op het Instagramprofiel van ‘ [naam 2] ’ kan worden vastgesteld dat zij verantwoordelijk zijn voor het (laten) plaatsen en delen van (fragmenten van) de video op sociale mediakanalen.
Gelet op de inhoud van de teksten die worden gezongen/gerapt, het schieten met een automatisch aanvalsgeweer en de gebaren die worden gemaakt – te weten het richten van (nep)vuurwapens naar de camera en de snijdende beweging langs de keel – kan worden bewezen dat verdachte zich, samen met anderen, heeft schuldig gemaakt aan opruiing in de periode van 28 juli 2021 tot en met 4 augustus 2021.
De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Met het plaatsen van een video met de geuite woorden, handelingen en gebaren op een openbaar Instagram-account en YouTube-kanaal, worden naar het oordeel van de rechtbank geweldgebruik, wapengebruik en wapenbezit verheerlijkt en wordt (impliciet) opgeroepen tot strafbare feiten, waaronder het plegen van levensdelicten, jegens een tegenpartij.
Uit de bewoordingen ‘Spin that whip I spotted a opp’ volgt naar het oordeel van de rechtbank dat de verdachten met ‘opp’ een andere rivaliserende drillrapgroep bedoelen. Dat niet expliciet is benoemd tegen weke andere drillrapgroep de tekst zich richt en welke personen/groep personen door deze video zouden moeten worden opgeruid, doet aan het opruiende karakter van de video niet af.
In de video zijn twee echte vuurwapens te zien en in het begin van de video wordt daadwerkelijk met een automatisch aanvalsgeweer geschoten. De rechtbank neemt in aanmerking dat met name in grote steden zoals Amsterdam het aantal geweldsincidenten (onder jongeren) met vuurwapens nu en in het verleden maatschappelijke onrust hebben veroorzaakt. Door in videoclips vuurwapens te tonen en daarmee te schieten, wordt het bezit en het gebruik van vuurwapens als het ware genormaliseerd. Bovendien worden in de video dusdanig provocatieve en gewelddadige uitingen gedaan dat daarvan naar het oordeel van de rechtbank een inherent gevaar voor escalatie van geweld van uitgaat. De rechtbank ziet het als een groot risico dat de video die verdachte en medeverdachte hebben opgenomen en op sociale media hebben verspreid met name jongeren ertoe beweegt een eigen vuurwapen aan te schaffen en te gebruiken. Ook verdachte moet zich hiervan bewust zijn geweest. Door de betreffende videoclip ondanks die wetenschap via publiek toegankelijke sociale mediakanalen te verspreiden, heeft verdachte die kans kennelijk ook aanvaard.
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van een deel van de onder feit 3 tenlastegelegde periode, namelijk van 1 juni 2021 tot en met 27 juli 2021, omdat de video pas op 28 juli 2021 op het Instagramprofiel ‘ [naam 1] ’ is verschenen.
Vrijspraken feiten 2, 4 en 5
Hoewel is vastgesteld dat fragmenten van de bewuste video op 28 juli 2021 op het Instagramaccount ‘ [naam 1] ’ te zien zijn geweest, kan niet worden vastgesteld dat de video ook daadwerkelijk is opgenomen in de tenlastegelegde periode van 1 juni tot en met 4 augustus 2021. In mei 2021 zijn in het Amsterdamse Bos kogelhulzen aangetroffen, waarvan is vastgesteld dat deze zijn verschoten met het in de video zichtbare automatische aanvalsgeweer (AKM) dat is aangetroffen in onderzoek Racuda. De politie heeft beschreven dat het aantreffen van de hulzen in het Amsterdamse Bos een aanwijzing vormt voor de stelling dat de openingsscène van de video op deze locatie is opgenomen. Deze aanwijzing kan echter niet als onderbouwing voor de tenlastegelegde periode worden gebruikt. Immers vormt het aantreffen van de hulzen in mei 2021 eerder een aanwijzing voor de stelling dat de hulzen vóór juni 2021 – en dus vóór de tenlastegelegde periode – zijn verschoten. De rechtbank kan in ieder geval niet vaststellen dat de video na 1 juni 2021 is opgenomen en verdachte en de medeverdachte de goederen van de feiten 2, 4 en 5 in die periode tussen 1 juni 2021 en 4 augustus 2021 voorhanden moeten hebben gehad. Nu van de feiten 2, 4 en 5 de tenlastegelegde periode niet kan worden bewezen, zal verdachte van deze feiten worden vrijgesproken.

5.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in bijlage II vervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte:
Feit 1
omstreeks 2 februari 2022 in Nederland, meerdere wapens van de categorie III onder 1, van de Wet wapens en munitie, te weten:
- een pistool, merk Grand Power, model K100, serienummer [nummer] , kaliber 9 x 19mm, zijnde een vuurwapen en
- een pistool, merk Glock, model 21Gen4, serienummers [nummer] en [nummer] , zijnde een vuurwapen
en
(bijbehorende) munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten:
- 12 patronen van het kaliber 9 x 19mm en
- 12 patronen van het kaliber .45 auto
voorhanden heeft gehad;
Feit 3
in de periode van 28 juli 2021 tot en met 4 augustus 2021 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, in het openbaar mondeling en door middel van een video tot enig strafbaar feit heeft opgeruid door:
- het (laten) beheren van (een) social media-account(s) (Instagram) met de naam ‘ [naam 1] ’ en/of (vervolgens) het op dit account delen van een video (van ongeveer 35 seconden) waarin fragmenten van een videoclip worden getoond, en
- het (laten) plaatsen en delen van een video (van 2 minuten en 42 seconden) met de naam ‘ [naam video] ’ op een social media-account ‘ [naam 3] ’ (YouTube) waarin een videoclip wordt getoond waarbij verdachte ( [verdachte] ) en zijn medeverdachte ( [medeverdachte 1] ) (meermalen) in beeld komen en rappen op een afgespeelde (rap)beat en (daarbij) dreigend met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp naar de camera richten en met de hand een snijdende beweging langs de keel maken en de volgende tekst rappen/zingen:
"In de foeta (fon) ze weten bij active (In the field and they know mans active)
If trekker richt waar je head is (I back it out and aim immediatly on your head)
Blem gelijk als je staat op een deadlist (Shoot right away when I hear you are on a
deadlist)
Hoeveel mannen zeggen G check (How many yutes did IG check)
Ik ren me pen en hij raakt in panic (I run him down and he start to panic)
GWGhost (ntv) mannen in lacking (Gwghost I catch them lacking)
En hoor ik je peppe broer ik zie jou in die futu trekke bange (fon) (If I hear you’re on
the bro then I’ll see you in the streets and I back it out and slap it)
No mercy I sike me toys (No mercy when I come with toys)
De kalasjnikov die maffe noise (That kalashnikov makes a lot of noise)
Aan deze kant word je gebangd, ga niet op de vuist net als die fucking floyd (On this
side you get shot, we don’t do fist fights like floyd)
En pas als die man een pek is, is die kanker missie voltooid (Only when he is in a
pack is that mission complete)
Vraag je ghost ik ben meer dan echt (Askyourgs Tm more then real)
Wat ik spit dat zijn meer dan facts (What I rap is more than facts)
Vraag aan D die man net gewacked (Ask ...He gotwacked)
En dat voor die disrespect (And that was just over some disrespect)
Ik kwam voor je life als je op me bent (TH come for your life if you say you’re on me)
En die four door wip voor een jump out gang (In a 4 door whip for a jump out gang)
Spin die wip heb me op gescand (Spin that whip I spotted a opp)
Time to glide we komen intens (Time to glide we come intense)
Al die ballas gaan door je heen (All the bullets go through you)
Shotgun specialist met die gauge (Shotgun specialist with that gauge)
Is gelijk fucker één op één (Shoot right away fuck a one on one)
[naam 1] empty clips at frames ( [naam 1] empty those clips a “ [naam cameraman] ”(cameraman))
Trat (fon) op mijn naam en je wordt geshot (Keep talking shit on my name you will get shot)
M’n schutter is boos wordt er graag gebost (My shooter is angry he likes to shoot)
Beef met mij is geen broke met sport (Beef with me is not a broke man sport)
Lak vier ik ben stijf voor die nieuwe glock (Pay 4 for that new glock)
Thirty clip wordt meteen gekocht (30 clip we buy that shit)
Kalla met drum om een extra shot (Kalashnikov with a drum comes with extra shots)
Hollow point schiet je eerder, pos laat je eerder los (Hollow points blows your head, let your head hang loose)
In guns we trust (In guns we trust)
Binnen me trep m’n drugs is strong (In the trap and my drugs is strong)
Zoek geen punt voor die hele sum (I’m not looking for a point I want the whole sum)
Spray met buit en kijk achterom (Spray with guns don't look back)
Laatje plat op de grond zwaargewond (Leave your body on the ground, seriously injured)
BL plus Ghost dat is ongezond (Are you on ghost? That's not good for your health)
(ntv) met een korte lont (Am with a g he has a short temper)
Bost op jou voor een grote mond (Shoots at you for having a big mouth)
Ik hoef geen bitch met een kleine kont (I don’t want no bitch with a small ass)
Speel me koent (fon) dat ik voor je kom (Keep playing gangster wait untill you see me)
Iedereen kan dood dus zeg what’s on (Everyone can die, so what you on)
What’s good (What’s good)
Heb vijf (ntv) in mijn broek (I got 5 racks in my pants)
(ntv) dus voel die loep (going crazy for that cash these days)
(ntv) lange pijp in mijn broek (So I gotta keep a big gun stuck in my waist)
Die mannen weten what’s good (Them man over there no what's good)
We spleie (fon) die kanker pijp in de hood (We sell all them gunst to the hood)
Breng die pijp in die fucking hood (Bring the guns to the hood)
Zoeken naar neeks zo van wat is good (Search for neeks like what's good)
Kom ga regenen laat je nat in de douche (Bullet rain leaves you wet like shower)
O shit nu komt de ambulance met spoed (Oh shit now the ambulance is coming immediately)
Ai, let me spit some facts (Ayy let me spit some facts)
Drive by pull up hop out and bang (Drive by pull up hop out and bang)
Ze willen geen war ze weten van de gang (They don’t want war they know about the gang)
Één punt acht wat ik leef is gek (1.8 the life that I live is mad)
14Ghost vindt me in de tres (fon) (14ghostyou can find me in the hood)
Die kala met drum dat klinkt net als brass (That kalashnikov with drum sounds just like brass (Caribbean band))
Eén voor his brain of geef je in chest (One for his brain or I give one in your chest)
Alleen maar violence als ik step in black (Only violence when I step in black)
Geef me die drop en ik ga op attack (Give me the drop on him and I go in attack)
Met die thirty clip en die shit is extend (With that 30clip and this shit is extend)
Als ik step in black, fully designer of kom in die tag (If I step in black, in designer or come in that Nike tec)
Je zakken zijn leeg en je (ntv) is wack (Your pockets are empty and yourhussle is wack)
Eén punt zes on met die crack (161 was already walking around with crack)
Dubbel mijn waist (fon) en reinvest it back (Double my profit and reinvest it back)
Begon met een barkie die dingen zijn gek (Started with 100 those times were mad)
Die poenie doet gek dan wordt hij gewacked (Your G starts acting crazy then he get
wacked)
Stab met die steal en dan wordt het een mess (Step with steal and make it a mess)
Shoot met een (ntv) je hebt niks aan die vest (We shoot with aim your vast is useless)".
waarin geweld en wapengebruik en wapenbezit worden verheerlijkt en waarin (mede hierdoor) (impliciet) wordt opgeroepen tot het gebruik van geweld jegens een tegenpartij, terwijl het gebruikmaken van geweld en voornoemde wapenbezit een strafbaar misdrijf, te weten zware mishandeling en doodslag en moord en overtredingen van de Wet wapens en munitie oplevert.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.De strafbaarheid van de feiten en van verdachte

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar en verdachte is daarvoor strafbaar.

7.Oplegging van straf

7.1.
Strafeis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte – met toepassing van het volwassenstrafrecht – zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 48 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast heeft zij gevorderd dat aan het voorwaardelijk strafdeel – naast de algemene voorwaarden – de bijzondere voorwaarden worden verbonden zoals door reclassering Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering (hierna: de reclassering) is geadviseerd.
7.2.
Strafmaatverweer van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om het jeugdstrafrecht toe te passen.
7.3.
Oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een (deels voorwaardelijke) vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van twee vuurwapens en (bijbehorende) munitie. Vuurwapens vormen een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid en het ongecontroleerde bezit ervan leidt tot gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving. De rechtbank is van oordeel dat daarom tegen het ongecontroleerde bezit van vuurwapens streng moet worden opgetreden. Voor het voorhanden hebben van de vuurwapens en munitie geldt dat sprake is van eendaadse samenloop.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van opruiing. Het oproepen tot het gebruik van geweld, het plegen van levensdelicten en het overtreden van de Wwm door middel van een video is een ernstig strafbaar feit. Daarom vindt de rechtbank het belangrijk dat tegen het verspreiden van een dergelijk opruiende video streng wordt opgetreden. De rechtbank rekent het verdachte zeer aan dat in de video echte vuurwapens zijn te zien.
Uit het strafblad van verdachte van 26 april 2022 komt naar voren dat verdachte in april 2019 voor het plegen van een straatroof in vereniging is veroordeeld tot één maand voorwaardelijke jeugddetentie, een leerstraf van 30 uur en een werkstraf van 70 uur.
Persoon van verdachte
Uit het door reclasseringswerker mevrouw R. van den Brink opgestelde adviesrapport van de reclassering van 29 april 2022 en het verhandelde ter terechtzitting van 5 augustus 2022, maakt de rechtbank het volgende op.
Vóór zijn aanhouding in deze zaak leidde verdachte een stabiel leven. Verdachte ging naar school, kreeg een relatie en hield zich (zowel thuis als op school) aan afspraken. Verdachte heeft het (jeugd)reclasseringstoezicht dat aan hem werd opgelegd vanwege de eerdere veroordeling in 2019 zeer positief doorlopen. Ook een eerdere behandeling bij De Waag en een begeleidingstraject via een coach heeft verdachte positief afgerond. Als gevolg van zijn behandeling heeft verdachte meer inzicht gekregen in de gevolgen van zijn gedrag. Bij een bewezenverklaring maakt de reclassering zich zorgen om de (criminele) kringen waarin verdachte zich begeeft. Niet kan worden uitgesloten dat het ontbreken van een zinvolle dagbesteding in de tenlastegelegde periode het risico op het plegen van delictgedrag heeft verhoogd. Verdachte is een jongvolwassene die nog deel uitmaakt van het gezin. Gezinsgerichte hulpverlening zou dan ook nog tot de mogelijkheden behoren. De continuering van schoolgang is tevens zeer wenselijk. In tegenstelling tot wat in de adviesrapportage van 4 februari 2022 is opgenomen, is het de reclassering onduidelijk of verdachte nog ontvankelijk is voor pedagogische beïnvloeding. De reclassering spreekt daarover haar twijfels uit. De reclassering ziet wel dat verdachte zich aan afspraken met zijn ouders en school houdt. Ook schat de reclassering in dat hij zich ontvankelijk zal opstellen voor aanwijzingen. De reclassering heeft echter onvoldoende zicht gekregen op een mogelijk pro-criminele houding. Vanwege het type delict en de mogelijke betrokkenheid van verdachte bij zogenaamde ‘drillrap’ adviseert de reclassering om verdachte – bij een bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten – via het volwassenenstrafrecht te berechten en aan hem een reclasseringstoezicht met een JoVo-aanpak (een reclasseringstoezicht gericht op jongvolwassenen) op te leggen, met de volgende bijzondere voorwaarden: een meldplicht, ambulante behandeling, het volgen van een opleiding en een contactverbod met de medeverdachten.
Op de terechtzitting heeft bovengenoemde reclasseringswerker uitgelegd dat de reclassering berechting via het volwassenenstrafrecht nu passender vindt, vanwege de aard en de ernst van de verdenkingen. Indien het tot een bewezenverklaring komt zou dit betekenen dat hij in het criminele circuit is ingebed, hetgeen een contra-indicatie voor toepassing van het jeugdstrafrecht vormt. Ook heeft de aanpak via het jeugdstrafrecht dan kennelijk niet het gewenste resultaat opgeleverd.
Toepassing jeugdstrafrecht en de straf
Verdachte was ten tijde van het tenlastegelegde 19 jaar oud. Voor een jongvolwassen verdachte onder de 23 jaar kan ook het jeugdstrafrecht (het zogenaamde “adolescentenstrafrecht”) worden toegepast als sprake is van omstandigheden gelegen in de persoon van verdachte of in de omstandigheden waaronder de feiten zijn gepleegd die daartoe aanleiding geven.
De rechtbank ziet in de persoon van de verdachte aanleiding voor toepassing van het jeugdstrafrecht en zal het advies van de reclassering om verdachte te berechten volgens het volwassenstrafrecht niet volgen. In een reclasseringsrapport van 4 februari 2022, dat is opgesteld voor de voorgeleiding van verdachte, is opgeschreven dat verdachte ontvankelijk lijkt te zijn voor pedagogische beïnvloeding. Ook wordt de noodzakelijke continuering van de schoolgang genoemd als factor die meeweegt vóór toepassing van het jeugdstrafrecht. Ten tijde van het opstellen van dit rapport was de verdenking bekend en de proceshouding van verdachte hetzelfde, namelijk dat hij niet over de feiten wil spreken. De rechtbank ziet niet dat verdachte nu, dus enkel vanwege de aard en de ernst van onderhavige veroordeling, ingebed zou zijn in het criminele circuit. Immers was - en is - bekend dat hij kennissen heeft in dit circuit en volgt daarbij uit de recente rapportage en zijn houding ter terechtzitting, dat hij bereid is om mee te werken aan interventies c.q. behandeling die tot gedragsverandering kunnen leiden. Eerder heeft hij daaraan ook goed meegewerkt. Een eerder opgelegd jeugdreclasseringstoezicht is goed verlopen en verdachte heeft een hoop zaken op orde. Als reden voor het wederom maken van verkeerde beslissingen wordt het ontbreken van een dagbesteding ten tijde van het tenlastegelegde genoemd, waarbij COVID-19 een rol kan hebben gespeeld. De rechtbank ziet daarom nog mogelijkheden om ditmaal wel recidive te voorkomen met soortgelijke interventies. Verder ziet de rechtbank een zeer jonge, onrijpe, jongen die nog actief deelneemt aan een gezin en voor wie de voortzetting van de schoolgang nog steeds noodzakelijk is. Deze factoren vormen aanwijzingen voor toepassing van het jeugdstrafrecht. Verdachte zal dan ook worden berecht via het jeugdstrafrecht.
Verdachte heeft aangegeven dat hij open staat voor behandeling en begeleiding door de reclassering en dat hij zich zal houden aan de geadviseerde voorwaarden.
Alles afwegende, zal de rechtbank aan verdachte een jeugddetentie voor de duur van 12 maanden opleggen, met aftrek van het voorarrest, waarvan vier maanden voorwaardelijk, en een proeftijd van twee jaren. De rechtbank zal aan het voorwaardelijk strafdeel de bijzondere voorwaarden verbinden, zoals door de reclassering geadviseerd. De hoop is dat verdachte na zijn jeugddetentie in staat is om met de juiste hulp en begeleiding door de reclassering een delictvrij bestaan op te bouwen.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 47, 55, 77c, 77g, 77i, 77x, 77y, 77z, 77aa, 77gg en 131 van het Wetboek van Strafrecht en op de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

9.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het tenlastegelegde in onder
feiten 2, 4 en 5 niet bewezenen
spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder feiten 1 en 3 tenlastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
eendaadse samenloop van:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie III, meermalen gepleegd
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
Ten aanzien van feit 3
medeplegen van het in het openbaar, mondeling en door middel van een video tot enig strafbaar feit opruien
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
jeugddetentievoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot
4 (vier) maandenvan deze jeugddetentie
niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een
proeftijdvan
2 (twee) jaarvast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
De tenuitvoerlegging kan ook worden gelast indien de veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich meldt binnen 3 werkdagen na het ingaan van de proeftijd bij Reclassering Nederland op het adres Wibautstraat 12, 1091 GM Amsterdam. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. Indien gedurende het toezicht blijkt dat het gezien de veiligheidsrisico's wenselijk is dat de kaders van het toezicht worden aangepast, bijvoorbeeld door betrokkene tijdelijk online of op een andere locatie te zien, staat dit de reclassering vrij;
- meewerkt aan diagnostiek en zich eventueel laat behandelen door De Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De eventuele behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
- op geen enkele wijze - direct of indirect - contact heeft met de medeverdachten [medeverdachte 2] (geboren op [geboortedag] 1998 te [geboorteplaats] ; wonende op het adres [adres] en [medeverdachte 1] (geboren op [geboortedag] 2003 te [geboorteplaats] ; [adres] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken;
- zich meldt bij voornoemde reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
Geeft aan Reclassering Nederland de opdracht als bedoeld in 77aa, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden. De politie zal toezicht houden op de naleving van het contactverbod.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van het tijdstip waarop de duur van de voorlopige hechtenis gelijk wordt aan die van het onvoorwaardelijk gedeelte van de opgelegde vrijheidsstraf.
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.C.J. Klaver, voorzitter,
mrs. E. van den Brink en R. Gaarthuis, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K.P.M. Smeets, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 19 augustus 2022.