Op 31 januari 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de rechtbank van Milaan, Italië, op 27 oktober 2022. Het EAB betreft de overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in Albanië, die momenteel gedetineerd is in Nederland. De behandeling van de zaak vond plaats op 17 januari 2023, waarbij het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door officier van justitie mr. G.P. Sholeh. De opgeëiste persoon was niet aanwezig, maar werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. D.C.D. Newoor.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de identiteit van de opgeëiste persoon correct is en dat hij de Griekse en Albanese nationaliteit heeft. Het EAB vermeldt dat de opgeëiste persoon wordt verdacht van deelname aan een criminele organisatie en illegale handel in verdovende middelen, feiten die onder de lijst van bijlage 1 van de Overleveringswet vallen. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen reëel gevaar is voor schending van artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, op basis van eerdere uitspraken over detentieomstandigheden in Italië.
De rechtbank concludeert dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering. Daarom heeft de rechtbank de overlevering van de opgeëiste persoon aan de Italiaanse autoriteiten toegestaan. De uitspraak is gedaan door de voorzitter en twee rechters, en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze beslissing.