ECLI:NL:RBAMS:2023:2658
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van naheffingsaanslagen parkeerbelasting en de vraag naar laden en lossen
In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 16 maart 2023, met zaaknummers 22/5140 en 22/5141, is de naheffingsaanslag parkeerbelasting aan de orde. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde N.G.A. Voorbach, heeft beroep aangetekend tegen de besluiten van de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, die op 7 oktober 2022 zijn bezwaren ongegrond verklaarde. De rechtbank heeft de beroepen behandeld, maar eiser en zijn gemachtigde waren niet aanwezig op de zitting.
De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd, omdat eiser onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij zich bezighield met laden en lossen. Eiser had op twee verschillende locaties geparkeerd zonder parkeerbelasting te betalen en stelde dat hij bezig was met het bezorgen van een pakket. Hij overhandigde een rittenadministratie ter onderbouwing van zijn stelling.
De rechtbank legt uit dat volgens vaste rechtspraak het onmiddellijk laden of lossen van zaken niet als parkeren wordt beschouwd. De bewijslast ligt bij degene die zich op deze uitzondering beroept. De rechtbank concludeert dat de rittenadministratie niet voldoende bewijs levert voor de stelling van eiser. De overgelegde scanfoto's tonen geen laad- en losactiviteiten en de rittenadministratie wijst erop dat eiser ook een televisie moest installeren, wat niet onder de uitzondering van laden en lossen valt. Daarom zijn de beroepen ongegrond verklaard en krijgt eiser geen vergoeding van griffierecht of proceskosten.