Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 31 juli 2023 in de zaak tussen
[eiser] , uit Amsterdam, eiser
de korpschef van politie, verweerder
de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid).
Inleiding
,bijgestaan door mr. [naam 1] , [naam 2] en [naam 3] , allen werkzaam bij de politie. Eiser heeft [deskundige 1] , [deskundige 2] , [deskundige 3] (deskundigen) en [tolk] (tolk in de Engelse taal) meegebracht naar de zitting.
Beoordeling door de rechtbank
Het verzoek van 3 oktober 2018
Besluitvorming
Avg-verzoek. Verder stelt de korpschef dat er geen persoonsgegevens van eiser zijn doorgegeven aan een derde land of een internationale organisatie, zodat het informeren van eiser over passende waarborgen niet aan de orde is. [6] De bezwaargronden die in dit verband zijn aangevoerd, leiden daarom niet tot herroeping van het primaire besluit.
- eiser niet op de hoogte is gesteld van de doeleinden van de verwerking van zijn persoonsgegevens, [7] - eiser niet is geïnformeerd over de ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens van eiser zijn verstrekt, [8] - eiser geen uitsluitsel is gegeven over de opslagtermijn van de verwerkte persoonsgegevens, [9] - niet is vermeld bij welke toezichthoudende autoriteit eiser een klacht kan indienen, [10] - niet is vermeld van wie de persoonsgegevens afkomstig zijn, [11] - eiser geen uitsluitsel is gegeven over de vraag of ten aanzien van hem automatische besluitvorming heeft plaatsgevonden, [12] - alleen een opsomming is gegeven van de registraties waarin persoonsgegevens van eiser met toepassing van de Avg zijn verwerkt. [13]
- de verwerking van zijn persoonsgegevens als doel heeft zijn klachten af te handelen,
- zijn persoonsgegevens niet zijn verstrekt aan derden,
- de opslagtermijn van persoonsgegevens vijf jaar is,
- eiser een klacht kan indienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens,
- de persoonsgegevens die in het kader van een klachtprocedure zijn verwerkt afkomstig zijn van eiser zelf, medewerkers van het team Klachten van de Afdeling Veiligheid, Integriteit en Klachten en/of van de beklaagde politieambtenaren,
- ten aanzien van zijn persoon geen automatische besluitvorming heeft plaatsgevonden.
Verder heeft de korpschef eiser een kopie verstrekt van de persoonsgegevens die op grond van de Avg zijn verwerkt.
Zijn politiegegevens getransformeerd naar persoonsgegevens?
Had de korpschef afschriften moeten verstrekken?
Verzoek om immateriële schadevergoeding
(6 x € 500.-) € 3.000,-. Het bestreden besluit is genomen binnen de redelijke beslistermijn van zes maanden. De termijnoverschrijding van 36 maanden is volledig toe te rekenen aan de beroepsfase bij de rechtbank. De Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid) moet daarom aan eiser € 3.000,- vergoeden.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
Informatie over hoger beroep
Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving
VERORDENING (EU) 2016/679 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming)
a) de verwerkingsdoeleinden;
b) de betrokken categorieën van persoonsgegevens;
c) de ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens zijn of zullen worden verstrekt, met name ontvangers in derde landen of internationale organisaties;
d) indien mogelijk, de periode gedurende welke de persoonsgegevens naar verwachting zullen worden opgeslagen, of indien dat niet mogelijk is, de criteria om die termijn te bepalen;
e) dat de betrokkene het recht heeft de verwerkingsverantwoordelijke te verzoeken dat persoonsgegevens worden gerectificeerd of gewist, of dat de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens wordt beperkt, alsmede het recht tegen die verwerking bezwaar te maken;
f) dat de betrokkene het recht heeft klacht in te dienen bij een toezichthoudende autoriteit;
g) wanneer de persoonsgegevens niet bij de betrokkene worden verzameld, alle beschikbare informatie over de bron van die gegevens;
h) het bestaan van geautomatiseerde besluitvorming, met inbegrip van de in artikel 22, leden 1 en 4, bedoelde profilering, en, ten minste in die gevallen, nuttige informatie over de onderliggende logica, alsmede het belang en de verwachte gevolgen van die verwerking voor de betrokkene.
2. Wanneer persoonsgegevens worden doorgegeven aan een derde land of een internationale organisatie, heeft de betrokkene het recht in kennis te worden gesteld van de passende waarborgen overeenkomstig artikel 46 inzake de doorgifte.
3. De verwerkingsverantwoordelijke verstrekt de betrokkene een kopie van de persoonsgegevens die worden verwerkt. Indien de betrokkene om bijkomende kopieën verzoekt, kan de verwerkingsverantwoordelijke op basis van de administratieve kosten een redelijke vergoeding aanrekenen. Wanneer de betrokkene zijn verzoek elektronisch indient, en niet om een andere regeling verzoekt, wordt de informatie in een gangbare elektronische vorm verstrekt.
4. Het in lid 3 bedoelde recht om een kopie te verkrijgen, doet geen afbreuk aan de rechten en vrijheden van anderen.