Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
- de akte bewijsaanbod getuigen van Benfield Holding van 8 maart 2023,
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, gaat het om een vordering van Bruductions Holding B.V. tegen D.C. Benfield Holding B.V. inzake de opeisbaarheid van een rekening-courantvordering. De rechtbank heeft op 7 juni 2023 een eindvonnis gewezen na een tussenvonnis van 8 februari 2023. Bruductions heeft een beroep gedaan op verrekening van de koopprijs van aandelen met de rekening-courantvordering op Benfield Holding. Benfield Holding betwistte de opeisbaarheid van deze vordering, met als argument dat er nog geen dividenduitkeringen hadden plaatsgevonden. De rechtbank heeft overwogen dat de partijen in een eerdere regeling hadden afgesproken dat de rekening-courantvorderingen verrekend zouden worden met de dividenduitkeringen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de rekening-courantvordering van Bruductions op Benfield Holding opeisbaar is, maar dat de vordering in conventie niet kan worden toegewezen omdat Bruductions niet heeft aangetoond dat zij een hogere vordering heeft dan het resterende bedrag van de koopprijs. De rechtbank heeft de vorderingen van Bruductions afgewezen en de conservatoire beslagen opgeheven, maar verklaarde dat Bruductions nog € 22.994,02 aan Benfield Holding schuldig is. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.