ECLI:NL:RBAMS:2023:7448

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
10 oktober 2023
Publicatiedatum
23 november 2023
Zaaknummer
13.666709.12 (2023)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een gediagnosticeerde pedofiel met één jaar

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 10 oktober 2023 uitspraak gedaan over de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van een gediagnosticeerde pedofiel. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1985 en thans verpleegd in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC), is sinds 2013 ter beschikking gesteld en zijn terbeschikkingstelling is voor de laatste keer verlengd op 14 oktober 2021. De officier van justitie heeft op 6 september 2023 een vordering ingediend om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen. De rechtbank heeft de terbeschikkinggestelde, zijn raadsvrouw, en deskundigen gehoord tijdens een openbare zitting. De deskundigen hebben geadviseerd om de terbeschikkingstelling te verlengen, waarbij de psycholoog en psychiater de risico's van recidive hebben beoordeeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde gediagnosticeerd is met pedofilie en andere psychische stoornissen, en dat hij onder behandeling staat met medicatie die zijn hyperseksualiteit onder controle houdt. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de veiligheid van anderen vereist dat de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd, en dat er in de komende periode geen grote stappen in de resocialisatie verwacht worden. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen en de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar verlengd.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht

Parketnummer: 13.666709.12

Uitspraakdatum: 10 oktober 2023
Beslissing op de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam van 6 september 2023 in de zaak tegen:

[terbeschikkinggestelde] ,

geboren te [geboorteplaats] ( [land van herkomst] ) op [geboortedag] 1985,
thans verpleegd in FPC [naam FPC] ,
die bij vonnis van deze rechtbank van 12 juli 2013 ter beschikking gesteld werd, teneinde van overheidswege te worden verpleegd, welke terbeschikkingstelling laatstelijk bij beslissing van deze rechtbank van 14 oktober 2021 voor de tijd van twee jaar werd verlengd.

De inhoud van de vordering

De vordering van de officier van justitie strekt tot het verlengen van de termijn van genoemde terbeschikkingstelling met twee jaar.

De procesgang

De rechtbank heeft kennis genomen van de stukken in de zaak met bovenvermeld parketnummer, waaronder:
  • het op 8 augustus 2023 op grond van artikel 6:6:12, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering uitgebrachte advies, strekkende tot verlenging van deze terbeschikkingstelling met twee jaar, alsmede de daarbij overgelegde aantekeningen;
  • de op 25 juli 2023 en 19 juli 2023 op grond van artikel 6:6:12, derde lid van het Wetboek van Strafvordering opgemaakte adviesrapporten van de psycholoog W.F. van Kordelaar en de psychiater I. Maksimović, beiden niet verbonden aan de instelling waarin de terbeschikkinggestelde wordt verpleegd, strekkende tot verlenging van deze terbeschikkingstelling met één jaar.
De rechtbank heeft op 10 oktober 2023 de officier van justitie mr. M.L.A. ter Veer, de terbeschikkinggestelde en diens raadsvrouw mr. H. de Kroon, advocaat te Hilversum, alsmede de deskundige [naam 1] , verbonden aan FPC [naam FPC] en de onafhankelijke deskundigen, I. Maksimović, psychiater, en W.F. van Kordelaar, psycholoog, op de openbare terechtzitting gehoord. Hiervan is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De beoordeling

Aan genoemd advies van
FPC [naam FPC] van 8 augustus 2023wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
Kernproblematiek
Betrokkene verblijft sinds 12 november 2015 in de huidige kliniek. Hij is gediagnostiseerd met pedofilie, voornamelijk gericht op jongens tussen de 10 en 12 jaar. Betrokkene betaalde jongeren voor seks en misbruikte cliënten, die hij in zijn werk begeleidde. Daarnaast was er sprake van een exhibitionisme stoornis, nu in remissie in gereguleerde omgeving. Ten tijde van de delicten was er sprake van hyperseksualiteit. Door huidig medicatiegebruik is dit naar de achtergrond verdwenen.
Daarnaast is betrokkene gediagnostiseerd met een ander gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis (met afhankelijke en vermijdende kenmerken); zijn coping kenmerkt zich als passief en vermijdend.
De intellectuele capaciteiten van betrokkene zijn inmiddels meermaals geobjectiveerd en begeven zich op de grens van zwakbegaafd niveau, waarbij het verbaal begrip relatief sterk is ontwikkeld, maar de perceptuele organisatie zeer laag is. Dat is passend bij zijn functioneren over de jaren heen: hij begreep zaken niet goed, kon het overzicht kwijtraken, heeft een zwak ruimtelijk inzicht en moeite met het analyseren van problemen. Door zijn relatief hoge verbale capaciteiten -meegekregen in het adoptiefgezin- wordt hij gemakkelijk overschat.
Behandelverloop en risicotaxatie
In september 2021 is betrokkene vanuit de resocialisatieafdeling doorgestroomd naar [afdeling FPC] , de transmurale voorziening buiten de hekken. Betrokkene is enkele maanden zoekende geweest om zijn draai te vinden binnen de nieuwe setting.
Betrokkene is in de afgelopen periode duidelijk gewend geraakt op [afdeling FPC] . Er is een goede samenwerking met het behandelteam en hij voelt zich meer op zijn gemak bij de toegenomen vrijheden en verantwoordelijkheden. Betrokkene zoekt de sociotherapeuten op wanneer hij iets wil bespreken en neemt zelf het initiatief voor het doornemen van de vroegsignalering met mentoren. Betrokkene hecht waarde aan de begeleiding, wat tevens een belangrijke pijler is in het risicomanagement.
In de begeleiding is expliciet aandacht voor de seksualiteitsbeleving. Betrokkene spreekt hier open over; hieruit blijkt ook wel zijn hospitalisatie. Betrokkene gebruikt een depot hormonale libido remmende medicatie (hlrm), dat ervoor zorgt dat de hyperseksualiteit beteugeld is. Hij is gemotiveerd om deze medicatie te gebruiken en tevreden met de werking ervan.
Betrokkene had al in eerdere rapportageperiode met hulp van de jobcoach een beschermde werkplek gevonden een groentewinkel. Hij vindt het werk leuk, maar ervaart wel stress in het contact met de verbaal sterke en onvoorspelbare leidinggevende. Uiteindelijk worden deze spanningen dermate, dat betrokkene bij het behandelteam aangeeft dat het leidt tot meer behoefte aan seks. Het seksualiseren bij oplopende spanningen zien we hier duidelijk terug. Hij masturbeert meer en signaleert meer kinderen (jonge jongens) in zijn omgeving als hij bijvoorbeeld boodschappen doet. Hij zegt de gevoelens te kennen van vroeger en geen slachtoffers meer te willen maken.
Door het behandelteam wordt het werk per direct stopgezet; het is te hoog gegrepen en het risico op recidive werd door de oplopende spanning bij betrokkene te hoog bevonden. Voor betrokkene bleek dit een enorme opluchting. Ook wordt de libido remmende medicatie opgehoogd. Betrokkene heeft de weken daarna rust, wat maakt dat de behoefte aan seks langzaam afneemt tot een meer voor hem hanteerbaar niveau.
Recent is hij begonnen met werk bij het RIBW op een paar honderd meter gelegen van [afdeling FPC] , wat hem erg goed bevalt. Hij werkt er in de keuken.
Om zijn weerbaarheid en zelfvertrouwen op te bouwen, is betrokkene in februari 2022 gestart met een module sociale vaardigheden/assertiviteit. Hij bespreekt en oefent met de vaardigheidstrainer situaties die hij in zijn dagelijks leven tegenkomt. Betrokkene zet zich hier serieus voor in en past het geleerde ook toe in de praktijk. Betrokkene ervaart dat de manier waarop hij insteekt, ook effect heeft op de manier waarop de ander op hem reageert.
In de afgelopen periode is, net als in voorgaande perioden, geen alcoholgebruik geconstateerd en betrokkene geeft aan hier ook geen verlangen naar te hebben.
Binnen het huidige kader van de dwangmaatregel worden structuur, begeleiding en toezicht geboden, die beschermend werken. Betrokkene is sterk afhankelijk van de medicamenteuze ondersteuning die hij krijgt. Een gunstig aspect is dat betrokkene op dit moment behandeltrouw is en dat zijn medicatie zeer effectief is. Hij houdt zich aan afspraken en stelt zich begeleidbaar op. Indien betrokkene, in geval van einde tbs, zonder begeleiding op zichzelf teruggeworpen zou worden, is onze inschatting dat hij op dit moment over onvoldoende vaardigheden beschikt om recidive te voorkomen. Verwacht wordt dat hij de medicamenteuze behandeling op den duur zal staken en gevoelens van stress en frustraties opnieuw zal afweren met promiscue seksueel gedrag.
Betrokkene zal tegenslagen te verwerken krijgen, waar hij nog niet de vaardigheden voor heeft om op adequate wijze mee om te gaan. Slachtoffers kunnen zowel bekenden als onbekenden van betrokkene zijn.
Koers en advies
Op dit moment wordt gericht op uitstroom naar een begeleide of beschermde woonvorm met zoveel mogelijk zelfstandigheid. Binnen [afdeling FPC] werken ook medewerkers van de RIBW. Kennis van deze medewerkers zal gebruikt worden om te bezien in welke mate betrokkene structuur en begeleiding nodig heeft, of een RIBW-voorziening dit kan bieden en zo ja, welke locatie geschikt zou kunnen zijn. De ervaring leert dat dit voor mensen met een zedenachtergrond extra moeilijk is. Gesprekken hierover zijn reeds gaande tussen FPC [naam FPC] en RIBW.
Betrokkene is langdurig aangewezen op een forensisch kader met voldoende toezicht.
Er wordt met betrokkene toegewerkt naar een beschermde woonvorm met een passende mate van zelfstandigheid en toezicht. Het is moeilijk om voor patiënten met een zedenachtergrond een passende vervolgplek te vinden. FPC de [naam FPC] is hierover in gesprek met het RIBW. De beoogde koers zal de duur van een jaar overschrijden, daarom adviseert de kliniek de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen.
De deskundige heeft dit advies op de openbare terechtzitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld. Hij heeft aangegeven dat de reclassering inmiddels bij de behandeling is betrokken. Hoewel de deskundige van mening is dat de behandeling nog langer dan één jaar zal duren, zal hij zich niet verzetten tegen verlenging van de maatregel met slechts één jaar.
Aan genoemd advies van
psycholoog W.F. van Kordelaar van 25 juli 2023wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
De seksuele problematiek staat als hoofddiagnose voorop in de vorm van een (niet-exclusieve) pedofiele stoornis gericht op pre-puberale en puberale jongens. De eerder nog gediagnosticeerde exhibitionismestoornis is in remissie. Verder is sprake van vermijdende persoonlijkheidsstoornis. De stoornis in het gebruik van alcohol is inmiddels langdurig in remissie onder gereguleerde omstandigheden.
Bij betrokkene is verder sprake van een disharmonisch intelligentieprofiel met op de achtergrond een specifieke leerstoornis in de vorm van een rekenstoornis. Zijn sterke verbale vaardigheden maken dat hij gemakkelijk kan worden overschat.
De kansen op herhaling worden bij behoud van het kader van de terbeschikkingstelling als laag ingeschat. Bij wegvallen van het kader worden ze op de langere termijn nog als matig tot hoog ingeschat.
Betrokkene heeft laten zien dat hij zich verantwoordelijk weet voor het risicomanagement en daar ook naar handelt. Hij doet dat binnen de context van de dagelijkse structuur en begeleiding van de [afdeling FPC] en de ondersteuning vanuit de forensische poli [naam 2] . Het is tijd om de vervolgstap te zetten naar een minder intensieve context en betrokkene meer ruimte te geven voor regie en zelfsturing. Het valt daarbij aan te bevelen om de vervolgstap samen met hem concreet te maken en daarbij de reclassering als toekomstige regievoerder en toezichthouder te betrekken en een proefverlof voor te bereiden.
Bij een goede en bij betrokkenes behaalde behandelresultaat passende voortgang (begeleid wonen en proefverlof) is het denkbaar dat over een jaar een onderzoek naar voorwaardelijke beëindiging van de verpleging aan de orde kan zijn. Om die reden wordt geadviseerd om de maatregel met één jaar te verlengen. Hierbij moet er van worden uitgegaan dat de fase van de voorwaardelijke beëindiging nog langere tijd zal moeten duren.
De deskundige heeft dit advies op de openbare terechtzitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld.
Aan genoemd advies van
psychiater I. Maksimović van 19 juli 2023wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
Bij betrokkene is sprake van een brede parafilie, die zich uit in de vorm van pedofilie, hebefilie (voorkeur voor puberende en jong-adolescente kinderen), exhibitionisme en hyperseksualiteit. Pedofilie en hebefilie zijn chronisch en blijvend aanwezig. Exhibitionisme is in remissie in de huidige gereguleerde omgeving. Hyperseksualiteit is verminderd dankzij de hormonale libidoremmer en impuls-remmende medicatie. In het verleden was er sprake van problematisch alcoholgebruik, maar dat is niet meer het geval, binnen de huidige gereguleerde omgeving. Bij betrokkene is sprake van een disharmonisch intelligentieprofiel, waardoor hij vanwege zijn relatief sterke verbale presentatie kan worden overschat. Bij hem is sprake van een persoonlijkheidsstoornis met afhankelijke en vermijdende trekken. Ten slotte is er sprake van dyscalculie.
Zijn netwerk is ondersteunend. Ook is het zo, dat er sprake is van voldoende beschermende factoren. Binnen de huidige context wordt het risico op recidive als laag ingeschat. Mocht de maatregel TBS nu komen te vervallen, zonder dat betrokkene adequaat ingebed is in een begeleid wonen setting en in de zorg, is de inschatting dat het recidiverisico zou kunnen oplopen tot hoog.
Het is nodig om het vigerende risicomanagement voort te zetten. Het risicomanagement bestaat uit toezicht, ondersteuning, forensische scherpte, behandeling (onder meer bij [naam 2] ) en het gebruik van de libido remmende medicatie. Voor een adequaat risicomanagement is het ook nodig, dat betrokkene datgene wat hij in de behandeling geleerd heeft blijft toepassen en dat hij situaties vermijdt waarin hij in contact is met kinderen/minderjarigen. Voortzetting van de TBS-maatregel is nog steeds nodig voor een adequaat risicomanagement.
Naar mening van ondergetekende is betrokkene inhoudelijk gezien toe aan de vervolgstap: overstap naar begeleid wonen en het introduceren van de reclassering in het traject. Om het traject vlot te trekken adviseert ondergetekende om de maatregel TBS met één jaar te verlengen. Inhoudelijk bezien - op grond van het feit dat het risicomanagement adequaat is vormgegeven en op grond van de positieve houding van betrokkene - kan het niet worden uitgesloten dat betrokkene na een jaar in de fase zou zijn dat een voorwaardelijke beëindiging van het bevel tot verpleging mogelijk zou zijn, indien hij in staat zou zijn om uit te stromen naar een adequate begeleid wonen voorziening.
De deskundige heeft dit advies op de openbare terechtzitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld.
De rechtbank is gelet op het advies, het verhandelde ter zitting en de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen vereist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd.
De rechtbank stelt vast dat de terbeschikkinggestelde bij vonnis van deze rechtbank van 12 juli 2013 is veroordeeld voor onder andere met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, terwijl het feit is begaan tegen een aan zijn zorg toevertrouwde minderjarige, meermalen gepleegd. Dit is een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. De terbeschikkingstelling is daarom niet in duur beperkt.
De rechtbank overweegt dat een verlenging met één jaar niet betekent dat in de komende periode grote stappen gezet zullen worden. Betrokkene zal waarschijnlijk verhuizen naar een tiny house, wat een volgende stap in de resocialisatie is. De rechtbank wil over één jaar weer toetsen hoe de resocialisatie van de terbeschikkinggestelde er dan voor staat.

Beslissing

De rechtbank wijst de vordering van de officier van justitie toe en verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van
[terbeschikkinggestelde]met één jaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. M.A.E. Somsen, voorzitter,
mrs. R.A. Overbosch en D.P. Hein, rechters,
in tegenwoordigheid van G. Jenuwein, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 10 oktober 2023.
De jongste rechter is buiten staat om
deze beslissing mede te ondertekenen.