In deze zaak heeft eiseres, die hulp heeft gekregen bij het investeren van haar geld, vorderingen ingesteld tegen gedaagden om rekening en verantwoording af te leggen over de ontvangen gelden. Eiseres heeft in totaal € 33.500,- overgemaakt aan gedaagden, maar heeft sinds september 2021 geen toegang meer tot de accounts waarop haar geld is geplaatst. De rechtbank heeft vastgesteld dat gedaagden niet verplicht zijn om rekening en verantwoording af te leggen, omdat eiseres niet heeft aangetoond dat er een rechtsverhouding bestond die hen daartoe verplichtte. De vorderingen van eiseres zijn afgewezen, evenals de tegeneis van gedaagden om excuses aan te bieden. De rechtbank oordeelt dat de overboekingen aan gedaagden niet onverschuldigd zijn gedaan, aangezien er een afspraak was over de investering van het geld. Eiseres heeft onvoldoende bewijs geleverd voor haar stelling dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld. De proceskosten komen voor rekening van eiseres in conventie, terwijl gedaagden in reconventie zijn veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan eiseres.