Uitspraak
[gedaagde],
1.De procedure
2.Waar gaat deze zaak over?
3.De feiten
Dhr. [naam] heeft gezegd garant te staan voor de overige inzetten, echter de facturatie bleef aan u, daarop heeft cliënte de roadshow alsnog door laten gaan in juli 2023.
4.Het geschil
5.De beoordeling
€ 5.000,00 aan Tevi Agentur heeft betaald voor de aflossing van de openstaande facturen. Deze betaling van [naam] komt in mindering op het bedrag van de openstaande facturen
(€ 27.927,74). De rechtbank licht haar beslissing hierna toe.
€ 5.000,00 van [naam] los staat van de openstaande facturen. Uit de e-mail van
13 november 2023 van het door Tevi Agentur ingeschakelde incassobureau aan [gedaagde] staat dat de betaling van € 5.000,00 door [naam] is gedaan en dat deze voor het project van 2024 zou worden aangewend
als[gedaagde] cashflow zou hebben. [gedaagde] heeft de openstaande facturen niet betaald, zodat niet aan de voorwaarde was voldaan om de betaling € 5.000,00 voor het project van 2024 te kunnen aanwenden. Dit, in samenhang met het gegeven dat in de e-mail van 13 november 2023 van het incassobureau ook is genoemd dat de betaling van [naam] was bedoeld als garantstelling en er geen onderbouwing is van een ander doel van deze betaling door [naam] aan Tevi Agentur, maakt dat de rechtbank van oordeel is dat de betaling van € 5.000,00 door [naam] geldt als betaling van de openstaande facturen voor de projecten.
6.De beslissing
€ 22.927,74, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente als bedoeld in artikel 6:119a BW over het toegewezen bedrag vanaf de vervaldata van de openstaande facturen, tot de dag van volledige betaling,