ECLI:NL:RBAMS:2025:1142

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
6 februari 2025
Publicatiedatum
24 februari 2025
Zaaknummer
13-122956-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte voor het voorhanden hebben van vuurwapens, cocaïne en professioneel vuurwerk

Op 6 februari 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van vuurwapens, cocaïne en professioneel vuurwerk. De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel de verdachte beschikkingsmacht had over de in de tenlastelegging genoemde goederen in haar woning, niet met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld dat zij ook wetenschap had van de aanwezigheid daarvan. De verdachte was aanwezig tijdens de zitting en heeft verklaard niets te weten van de in beslag genomen goederen. De officier van justitie heeft om vrijspraak verzocht, en de verdediging heeft betoogd dat de verdachte geen wetenschap had van de goederen, die niet in het zicht lagen. De rechtbank heeft de verklaring van de verdachte als niet onaannemelijk beoordeeld en heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren. Daarom is de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13-122956-24
Datum uitspraak: 6 februari 2025
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1995,
wonende op het adres [adres 1]

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 6 februari 2025. Verdachte was aanwezig.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. E.M. Meppelink, en van wat verdachte en haar raadsman mr. G. Onnink, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

Aan verdachte is – kort gezegd – ten laste gelegd dat zij zich (samen met een of meer anderen) heeft schuldig gemaakt aan
1. het voorhanden hebben van een of meerdere vuurwapens en bijbehorende patronen;
2. het opzettelijk aanwezig hebben van 8,21 gram cocaïne; en
3. het (opzettelijk) voorhanden hebben van professioneel vuurwerk (Cobra 6).
De volledige tenlastelegging is opgenomen in bijlage I die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.

3.Vrijspraak

3.1
Inleiding
Op 15 maart 2024 werd de medeverdachte tevens ex-echtgenoot van verdachte aangehouden in verband met het rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs. Op zijn telefoon was een screensaver zichtbaar waarop te zien was dat een mannenhand een vuurwapen in een auto vasthoudt en dat een vrouwenhand een stuur vasthoudt. De medeverdachte heeft verklaard dat het zijn hand was die te zien was. Uit onderzoek bleek dat medeverdachte meerdere antecedenten met betrekking tot het bezit vuurwapens en de gevarenclassificatie "vuurwapen gevaarlijk" had en dat hij ingeschreven heeft gestaan op de [adres 2] , destijds het adres van verdachte. Dezelfde dag heeft een doorzoeking plaatsgevonden op de [adres 2] , waarbij de tenlastegelegde vuurwapens/patronen, een zakje met wit poeder (cocaïne) en een Cobra 6 zijn aangetroffen.
De medeverdachte is voor dezelfde feiten als die aan verdachte ten laste zijn gelegd op 28 juni 2024 (niet onherroepelijk) veroordeeld door de rechtbank Amsterdam (parketnummer 13-091152-24). De vraag is of verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van dezelfde strafbare feiten.
3.2
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie vindt dat verdachte moet worden vrijgesproken van alle feiten. De verklaring van verdachte, dat zij van niets wist, komt authentiek over en ook ontbreekt een objectief ander bewijsmiddel. Verdachte had dan wel beschikkingsmacht over de goederen, maar niet kan worden vastgesteld dat ze ook wetenschap had daarvan.
3.3
Het standpunt van de verdediging
Verdachte moet volgens de raadsman worden vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Verdachte had namelijk geen wetenschap van en beschikkingsmacht over de vuurwapens en cocaïne in haar woning en het professionele vuurwerk in de berging. De vuurwapens en de cocaïne lagen niet vrij in het zicht en evenmin binnen handbereik. Hetzelfde geldt voor de in een schoudertas onder de jassen gevonden munitie. In de berging waar de Cobra 6 is gevonden kwam verdachte alleen om haar fiets te halen.
3.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank vindt niet bewezen dat verdachte vuurwapens en munitie (feit 1), cocaïne (feit 2) en een Cobra 6 (feit 3) voorhanden heeft gehad en overweegt daartoe als volgt.
Hoewel verdachte beschikkingsmacht had over de in de tenlastelegging genoemde goederen in haar woning, kan niet met voldoende mate van zekerheid worden vastgesteld dat zij ook wetenschap had van de aanwezigheid daarvan.
De verklaring van de verdachte dat zij niet bekend was met de aanwezigheid van de tenlastegelegde goederen in haar woning acht de rechtbank niet onaannemelijk. De vuurwapens en cocaïne lagen namelijk opgeborgen in respectievelijk een mannentasje en een kist, die hoog bovenop een kast lagen. De goederen lagen daarmee niet in het zicht en niet meteen voor het grijpen. Hetzelfde geldt voor de in een mannen-schoudertas aangetroffen patronen. De Cobra 6 is aangetroffen in de berging, maar uit het dossier is niet op te maken waar en hoe zichtbaar dit professionele vuurwerk in die berging lag. Daarnaast is gebleken dat de voormalige echtgenoot van verdachte in de woning heeft gewoond en nog regelmatig bij verdachte over de vloer kwam en daar ook bleef slapen om zijn kinderen te bezoeken. Verdachte verbleef dan bij haar ouders. De mogelijkheid dat hij de tenlastegelegde goederen in de woning/berging heeft achter gelaten of dat deze al in de woning lagen toen de medeverdachte er nog woonde kan dan ook niet worden uitgesloten. Tot slot wordt in het dossier melding gemaakt van een vrouwenhand die op de screensaver van de telefoon van de medeverdachte te zien is, waarop een ring zichtbaar is die lijkt op een bij verdachte inbeslaggenomen ring. Het dossier bevat echter geen nader onderzoek hiernaar, zodat niet de conclusie kan worden getrokken dat de hand op de screensaver de hand van verdachte is. Zij heeft dat zelf stellig ontkend.
Kortom, de rechtbank spreekt verdachte vrij van alle drie de feiten.

4.Beslag

Onder verdachte zijn voorwerpen in beslag genomen en nog niet teruggegeven. Die voorwerpen zijn opgenomen in de beslaglijst in bijlage II.
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht om alle voorwerpen te onttrekken aan het verkeer.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om de rode portemonnee en bruine tas (items 46 en 47 op de beslaglijst) terug te geven aan verdachte.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Onttrekking aan het verkeer
Op de beslaglijst staan wapens (items 3, 4, 5 en 6), munitie (items 7, 8 en 9), vuurwerk (item 10), verdovende middelen (items 26, 27 en 28) en in strijd met het Merkenrecht gemaakte luxe goederen (items onder 15, 20, 22, 23, 24, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 45, 46, 47, 48 en 49). Nu deze voorwerpen zijn aangetroffen in het onderzoek naar de misdrijven waarvan verdachte wordt verdacht, terwijl zij van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang, worden deze voorwerpen onttrokken aan het verkeer.
Bewaren ten behoeve van de rechthebbende
Nu verdachte niet heeft aangegeven dat de items onder 12, 44 en 50 van haar zijn, dienen deze inbeslaggenomen voorwerpen te worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende. Het betreft:
- een GSM Samsung (item 12);
- een horloge Rochemont (item 44); en
- 10 stuks oxazepam (item 50).

5.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen maatregel is gegrond op de artikelen 36b en 36d van het Wetboek van Strafrecht.

6.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde
niet bewezenen
spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart
onttrokken aan het verkeer:
- 1 patroon Sellier & Bellot (item 3, goednummer PL1300-2024061917-G6476309);
- 1 revolver Smith & Wesson (item 4, goednummer PL1300-2024061917-G6476299);
- 1 pistool Bruni (item 5, goednummer PL1300-2024061917-G6476285);
- 1 pistool (item 6, goednummer PL1300-2024061917-G6476295);
- 1 patroon (item 7, goednummer PL1300-2024061917-G6484721);
- 1 patroon (item 8, goednummer PL1300-2024061917-G6476306);
- 1 patroon (item 9, goednummer PL1300-2024061917-G6484723);
- 1 vuurwerk (item 10, goednummer PL1300-2024061917-G6476428);
- 1 zwarte portemonnee Louis Vuitton (item 15, goednummer PL1300-2024061917-G6476391);
- 1 zwarte tas Louis Vuitton (item 20, goednummer PL1300-2024061917-G6476396);
- 1 zwarte tas Louis Vuitton (item 22, goednummer PL1300-2024061917-G6476399);
- 1 bronzen zonnebril Cartier (item 23, goednummer PL1300-2024061917-G6476387);
- 1 gouden zonnebril Cartier (item 24, goednummer PL1300-2024061917-G6476390);
- 2 stuks verdovende middelen, zakjes wiet (item 26, goednummer PL1300-2024061917-G6476407);
- 5 stuks verdovende middelen (item 27, goednummer PL1300-2024061917-G6476416);
- 1 stuk verdovende middelen (item 28, goednummer PL1300-2024061917-G6476421);
- 1 tas Louis Vuitton (item 32, goednummer PL1300-2024061917-G6476402);
- 1 horloge DKNY (item 33, goednummer PL1300-2024061917-G6476320);
- 1 horloge Rolex (item 34, goednummer PL1300-2024061917-G6476323);
- 1 horloge Rolex (item 35, goednummer PL1300-2024061917-G6476328);
- 1 horloge Guess (item 36, goednummer PL1300-2024061917-G6476332);
- 1 horloge Rolex Milgauss (item 37, goednummer PL1300-2024061917-G6476347);
- 1 horloge Rolex Datejust (item 38, goednummer PL1300-2024061917-G6476350,);
- 1 horloge Christian Dior Plaq (item 39, goednummer PL1300-2024061917-G6476357);
- 1 horloge Rolex Datejust (item 40, goednummer PL1300-2024061917-G6476358);
- 1 horloge Rolex Datejust (item 41, goednummer PL1300-2024061917-G6476360);
- 1 horloge Rolex Datejust (item 42, goednummer PL1300-2024061917-G6476362);
- 1 horloge Breitling (item 43, goednummer PL1300-2024061917-G6476364);
- 1 doos Rolex Oyster S (item 45, goednummer PL1300-2024061917-G6476367);
- 1 rode portemonnee Louis Vuitton (item 46, goednummer PL1300-2024061917-G6476389);
- 1 bruine tas Gucci (item 47, goednummer PL1300-2024061917-G6476392);
- 1 bruine tas Louis Vuitton (item 48, goednummer PL1300-2024061917-G647693);
- 1 bruine tas Louis Vuitton (item 49, goednummer PL1300-2024061917-G6476394).
Gelast de
bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan:
- 1 GSM Samsung (item 12, goednummer PL1300-2024061917-G6476376);
- 1 horloge Rochemont (item 44, goednummer PL1300-2024061917-G6476366);
- 10 stuks oxazepam (item 50, goednummer PL1300-2024061917-G6476426).
Dit vonnis is gewezen door
mr. C.M. Berkhout, voorzitter,
mrs. M.L. Kruit en A.J.P. Tillema, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van der Mark, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 februari 2025.
[...]

[...]

[...]

[...]