Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Piotrków Trybunalski Regional Courtin Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
the Piotrków Trybunalski District Courtvan 27 juli 2021 met kenmerk: II K 194/21.
the Piotrków Trybunalski District Courtmet kenmerk:
II Ko 1449/22,vanwege het niet voldoen aan gestelde voorwaarden.
compromise agreement’) met de officier van justitie over de op te leggen straf. Tevens is de opgeëiste persoon in het vooronderzoek gehoord, waarbij hij een adresinstructie heeft gekregen en is gewezen op zijn verplichting om adreswijzigingen door te geven en op de consequenties als hij dit zou nalaten. De oproep voor de (bekrachtigings-)zitting (en later ook de omzettingsbeslissing) is verstuurd naar het door de opgeëiste persoon opgegeven adres. Als de opgeëiste persoon al niet uit eigen beweging stilzwijgend afstand heeft gedaan van zijn recht om in persoon te verschijnen bij het proces, dan volgt hieruit dat hij op zijn minst kennelijk onzorgvuldig is geweest met betrekking tot zijn bereikbaarheid voor officiële correspondentie. Overlevering houdt daarom geen schending van de verdedigingsrechten van de opgeëiste persoon in.
the Piotrków Trybunalski District Court, II Ko 1449/22is geen beslissing waarbij de aard of de maat van de aanvankelijk opgelegde straf is gewijzigd. Deze beslissing valt daarom niet onder de reikwijdte van artikel 12 OLW. [4] Dit betekent dat de rechtbank geen andere beslissing aan artikel 12 OLW hoeft te toetsen dan de veroordeling waarbij de voorwaardelijke straf is opgelegd.
4.Strafbaarheid, feit waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
5.Artikel 11 OLW: artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de EU
6.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden, heropening
the Remand Centre in Piotrków Trybunalskiom aldaar zijn straf uit te zitten.
remand centers, de overlevering moet worden geweigerd (de rechtbank begrijpt: dat geen gevolg moet worden gegeven aan het EAB), dan wel dat nadere informatie moet worden opgevraagd om zekerheid te verkrijgen omtrent de vraag of de opgeëiste persoon te maken zal krijgen met het vastgestelde reële gevaar van schending van artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: handvest).
remand regimeen dat dit overleveringsverzoek ziet op de tenuitvoerlegging van een opgelegde straf. Uit informatie die het Internationaal Rechtshulpcentrum (IRC) zelf op internet heeft gevonden, volgt bovendien dat
the Remand Centre in Piotrków Trybunalskinaast een
remand centerook een
prison unitheeft. Omdat sprake is van een executie-EAB zal de opgeëiste persoon naar verwachting van de officier van justitie naar deze
prison unitgaan en zal hij dus niet in een
remand regimeworden geplaatst.
remand centre’) De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of daarmee een kans bestaat dat de opgeëiste persoon in een ‘
remandregime’terecht komt, waarvoor zij bij uitspraak van 5 juni 2024 [7] een algemeen gevaar heeft aangenomen.
7.Beslissing
SCHORSThet onderzoek voor onbepaalde tijd om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen voornoemde vragen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit voor te leggen.