Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De beoordeling
3.De beslissing
vrijdag 9 mei 2025 om 10.00 uurvoor akte uitlating eisende partij,
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is een tussenuitspraak gedaan in een civiele procedure waarbij de eisende partij, De Nederlandse Kluis B.V., een verstekvonnis heeft aangevraagd tegen een gedaagde partij die niet is verschenen. De zaak betreft de huur van een kluis en de vraag of de algemene voorwaarden, met name het beding over buitengerechtelijke incassokosten, oneerlijk zijn volgens het consumentenrecht. De kantonrechter heeft ambtshalve de toetsing aan het consumentenrecht uitgevoerd, waarbij werd gekeken naar de informatieplichten van de eisende partij en de toepassing van Richtlijn 93/13/EG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten.
De kantonrechter concludeert dat de eisende partij niet voldoende heeft aangetoond dat de gedaagde partij instemde met de nieuwe algemene voorwaarden, waarin het beding over incassokosten is opgenomen. Het enkele toesturen van de nieuwe voorwaarden zonder negatieve reactie van de gedaagde partij is niet voldoende voor instemming. De rechter oordeelt dat het beding over buitengerechtelijke incassokosten in de oude algemene voorwaarden als oneerlijk moet worden aangemerkt, omdat het de consument benadeelt door ongelimiteerde kosten in rekening te brengen zonder verwijzing naar de wettelijke regeling.
De kantonrechter is voornemens om het beding te vernietigen, wat betekent dat de eisende partij zich niet meer op dit beding kan beroepen. De zaak wordt verwezen naar de rol voor akte uitlating van de eisende partij, waarbij de rechter iedere verdere beslissing aanhoudt. De uitspraak is openbaar gedaan op 11 april 2025.