ECLI:NL:RBAMS:2025:3753

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
27 mei 2025
Publicatiedatum
4 juni 2025
Zaaknummer
11582864 WM VERZ 25-2070
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding vastgesteld met Multaradar

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 27 mei 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene wegens een snelheidsovertreding. De snelheidsovertreding werd vastgesteld met een Multaradar, waarbij op de foto van de overtreding ook een ander voertuig zichtbaar was. De kantonrechter oordeelde dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat het meetresultaat bij een ander voertuig dan dat van betrokkene hoorde. De sanctie was opgelegd op basis van een gedraging die op 5 september 2023 was geconstateerd, waarbij betrokkene met zijn voertuig de maximum snelheid op autosnelwegen met 9 km/h had overschreden. De gemachtigde van betrokkene voerde aan dat de foto niet duidelijk maakte dat betrokkene de snelheidsovertreding had begaan, omdat een ander voertuig het voertuig van betrokkene inhaalde. De kantonrechter oordeelde echter dat de snelheid correct was gemeten en dat de gegevens op de foto overeenkwamen met de meting. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond, waarmee de beslissing van de verweerder werd bevestigd. Betrokkene kan binnen zes weken na verzending van de beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de sanctie meer dan € 110,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
kantonrechter: mr. J.M.B. Cramwinckel
zaaknummer: 11582864 WM VERZ 25-2070
beslissing van: 27 mei 2025
func.: 43837
Afschrift van de aantekening in het proces-verbaal van de openbare zitting van 27 mei 2025 inzake het beroep ingevolge de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (verder: de Wahv) van:

[naam vof]

[adres]
(verder: betrokkene)

voor wie beroep is ingesteld door de vennoot, [gemachtigde] (verder: gemachtigde)

welk beroep is ingesteld bij verzoekschrift, ingekomen bij de CVOM te Utrecht op 18 april 2024 en is gericht tegen de beslissing van 18 april 2024 van de
officier van justitie(verder: verweerder) ten aanzien van betrokkene.

CJIB-nummer: [nummer]

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Aan betrokkene is bij beschikking van 20 september 2023 (verder: de inleidende beschikking) een sanctie in het kader van de Wahv opgelegd. Namens betrokkene heeft gemachtigde tegen de inleidende beschikking beroep ingesteld bij verweerder. Deze heeft dat beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing heeft gemachtigde vervolgens beroep ingesteld bij de kantonrechter. Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende gegevens overgelegd. Het beroep is behandeld op de openbare zitting van 27 mei 2025. Partijen zijn voor deze zitting opgeroepen.
Gemachtigde is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet bij de zitting verschenen.
Ter zitting heeft verweerder gereageerd op de inhoud van het beroepschrift. Verweerder heeft geconcludeerd dat het beroep ongegrond is.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

1. Aan betrokkene is bij de inleidende beschikking wegens een verkeersgedraging een administratieve sanctie opgelegd ingevolge de Wahv. Betrokkene wordt verweten dat met het motorvoertuig, met kenteken [kenteken] , waarvoor betrokkene als kentekenhouder aansprakelijk is, de maximum snelheid op autosnelwegen is overschreden met 9 km/h (verkeersbord A1). Deze gedraging is geconstateerd op 5 september 2023 om11:16 uur op de Rijksweg A10 rechts hij hmp 14.5 (borden bij hmp 14.2) te Amsterdam-Duivendrecht, gemeente Ouder-Amstel.
2. Het beroep is tijdig ingesteld.
3. Gemachtigde voert tegen de beslissing van verweerder aan dat hij uitleg wil waarom betrokkene wordt beboet, terwijl op de foto duidelijk is te zien dat het voornoemde voertuig links wordt ingehaald door een ander voertuig. Gemachtigde vraagt zich af waarom de bestuurder van het voertuig van betrokkene dan degene is die te hard rijdt en niet de bestuurder die inhaalt.
4. Ter zitting stelt verweerder zich op het standpunt dat de gedraging kan worden vastgesteld. Het meetgebied ligt op de foto tussen de twee gele lijnen en er is geen ander voertuig in dit gebied aanwezig dan het voertuig van betrokkene. Gelet hierop verzoekt verweerder de kantonrechter om het beroep ongegrond te verklaren.
5. Het volgende wordt overwogen.
6. De gedraging is langs elektronische weg geconstateerd en digitaal vastgelegd. De snelheid is vastgesteld met een voor de meting getest, goedgekeurd en op de voorgeschreven wijze gebruikt snelheidsmeetmiddel, zijnde een mobiele radar, te weten Multaradar CT, Jenoptik. De geconstateerde snelheid bedroeg 113 km/u. Er is een correctie op de gemeten snelheid toegepast overeenkomstig de richtlijnen. De werkelijke (gecorrigeerde) snelheid bedroeg 109 km/u, waar de toegestane snelheid maximaal 100 km/u bedraagt. De gedraging is tevens vastgelegd op een foto, waarop het kenteken van het motorvoertuig duidelijk waarneembaar is.
7. Ten aanzien van het verweer hoe is vastgesteld dat de bestuurder van het voertuig van betrokkene te hard heeft gereden en dat het niet degene is geweest die het voertuig van betrokkene inhaalde, overweegt de kantonrechter het volgende.
Voor de bediening van de MultaRadar CT is de Handleiding MultaRadar CT, te vinden op www.politie.nl, opgesteld. Het apparaat dient door de bedienaar op de in Handleiding voorgeschreven wijze te worden gebruikt om fouten en onjuiste of onbetrouwbare meetresultaten te voorkomen. In deze Handleiding staat vermeld dat de eerste rijstrook, de rijstrook is die het dichtst bij het meetsysteem ligt. Dit betekent dat gegevens op de foto aansluiten bij de beeldweergave op de foto. Het voertuig van betrokkene bevond zich op “Lane 3”. Nu uit de gegevens in de databalk boven de foto blijkt dat de snelheidsmeting betrekking heeft op het voertuig in “Lane 3” en niet is betwist dat het voertuig van betrokkene op “Lane 3” reed, ziet de kantonrechter geen aanleiding om aan te nemen dat het meetresultaat bij een ander voertuig dan dat van betrokkene hoort.
8. Daarom wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De kantonrechter:
- verklaart het beroep ongegrond.
De griffier De kantonrechter
Datum verzending
Bent u het met deze beslissing niet eens, dan kunt u
binnen zes wekenna de hierboven vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen indien de als gevolg van deze beslissing te betalen administratieve sanctie meer dan € 110,00 bedraagt. Het beroepschrift dient schriftelijk (niet per e-mail) te worden ingediend bij rechtbank Amsterdam, afdeling privaatrecht, team kanton, postbus 70515, 1007 KM, Amsterdam en dient door degene die het beroep instelt of een gemachtigde te worden ondertekend. De procedure bij het gerechtshof verloopt schriftelijk,
tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling wordt gevraagd.