Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De beoordeling
3.De beslissing
dinsdag 12 augustus 2025 om 10.00 uurvoor akte uitlating eisende partij over het bepaalde in overwegingen 2.4, 2.5, 2.6, 2.7, 2.8, 2.9 en 2.12,
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 15 juli 2025 een tussenuitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Volkswagen Pon Financial Services B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij vordert betaling van een bedrag van € 4.181,71 aan hoofdsom, vermeerderd met rente en kosten, omdat de gedaagde partij zich niet heeft gehouden aan de verplichtingen uit een tussen hen gesloten private leaseovereenkomst voor een Seat Ibiza. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende informatie is om de rechtmatigheid en gegrondheid van de vordering te beoordelen. Er zijn verschillende punten waarop de eisende partij nadere toelichting moet geven, waaronder de ingangsdatum van de overeenkomst, de ontbindingsdatum, de hoogte van de leaseprijs en de btw-heffing over schadevergoedingen. De kantonrechter heeft ook aangegeven dat het rentebeding in de aanvullende voorwaarden mogelijk als oneerlijk kan worden aangemerkt, en dat de eisende partij zich hierover moet uitlaten. De zaak is verwezen naar de rol voor akte uitlating door de eisende partij, waarbij ook de gedaagde partij op de hoogte moet worden gesteld van de procedure.