Op 23 juli 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door het Openbaar Ministerie van Salzburg, Oostenrijk, op 3 mei 2025. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Hongarije in 1992, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland verblijft en gedetineerd is. De behandeling van het EAB vond plaats op 9 juli 2025, waarbij de officier van justitie, mr. A.L. Wagenaar, aanwezig was. De opgeëiste persoon werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. C.N.G.M. Starmans, en een tolk in de Hongaarse taal. De raadsman heeft geen verweer gevoerd, en de officier van justitie concludeerde dat de overlevering kon worden toegestaan. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak verlengd en de gevangenhouding bevolen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering. Het EAB vermeldt dat de opgeëiste persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit dat in Nederland als een lijstfeit wordt aangemerkt, namelijk moord en doodslag, zware mishandeling. De rechtbank heeft geoordeeld dat de opgeëiste persoon de Hongaarse nationaliteit heeft en dat de persoonsgegevens juist zijn. De rechtbank heeft de overlevering toegestaan, en deze uitspraak is gedaan door mr. J.G. Vegter als voorzitter, samen met mrs. B.M. Vroom-Cramer en L. Sanders, in aanwezigheid van griffier G. Riedijk.