ECLI:NL:RBAMS:2025:5610
Rechtbank Amsterdam
- Schadevergoedingsuitspraak
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid verhuurder voor schade door lekkage en schimmel in huurwoning
In deze zaak heeft de huurder, aangeduid als [eiser], de verhuurder, Woningstichting Rochdale, aansprakelijk gesteld voor schade die zij heeft geleden door lekkage en schimmel in de huurwoning. De procedure begon met een dagvaarding op 10 december 2024, gevolgd door een conclusie van antwoord en een instructievonnis op 18 maart 2025. De mondelinge behandeling vond plaats op 3 juni 2025, waarbij [eiser] in persoon verscheen en Rochdale werd vertegenwoordigd door een manager en een gemachtigde.
De huurder vorderde een schadevergoeding van € 24.816,72, inclusief wettelijke rente, en vergoeding van buitengerechtelijke kosten. Rochdale betwistte de aansprakelijkheid, maar bood aan om uit coulance een bedrag van € 5.768,60 te betalen, bestaande uit huurcompensatie en een tegemoetkoming voor andere schade. De kantonrechter oordeelde dat Rochdale inderdaad aansprakelijk was voor een deel van de schade en wees de vordering van € 5.768,60 toe.
Echter, de rest van de vordering werd afgewezen omdat [eiser] niet voldoende had onderbouwd dat de overige schade toewijsbaar was. De kantonrechter benadrukte dat het aan de eiser is om voldoende feiten en bewijs te leveren om de aansprakelijkheid en de hoogte van de schade aan te tonen. De proceskosten werden gecompenseerd, omdat Rochdale had aangegeven haar eigen kosten te dragen. Het vonnis werd uitgesproken op 1 juli 2025.