ECLI:NL:RBAMS:2025:5671

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
13 augustus 2025
Publicatiedatum
31 juli 2025
Zaaknummer
C/13/760647 / HA ZA 24-1328
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Schadevergoedingsuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil tussen koper en verkoper van een auto over gebreken aan de motor en ontbinding van de koopovereenkomst

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 13 augustus 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen F.B. Boombescherming B.V. (hierna: Boombescherming) en Carway HQ B.V. (hierna: Carway) over gebreken aan een Ford Raptor die Boombescherming van Carway had gekocht. De koopovereenkomst werd op 7 april 2024 gesloten, maar na levering op 31 mei 2024 bleek de auto gebreken te vertonen, waaronder een defecte turbocharger. Boombescherming heeft Carway in gebreke gesteld en uiteindelijk de koopovereenkomst ontbonden. Carway betwistte echter dat zij in verzuim was en voerde aan dat Boombescherming geen redelijke termijn had gegeven voor herstel. De rechtbank oordeelde dat Carway niet in verzuim was geraakt, omdat Boombescherming Carway niet de kans had gegeven om de gebreken te herstellen. De rechtbank wees de vorderingen van Boombescherming af, inclusief de vordering tot schadevergoeding en de beslagkosten, en veroordeelde Boombescherming in de proceskosten van Carway, die op € 10.653,00 werden begroot.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/760647 / HA ZA 24-1328
Vonnis van 13 augustus 2025
in de zaak van
F.B. BOOMBESCHERMING B.V.,
te Breda,
eisende partij,
hierna te noemen: Boombescherming,
advocaat: mr. J. Brouwer,
tegen
CARWAY HQ B.V.,
te Amstelveen,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Carway,
advocaat: mr. M.J. van Joolingen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van Boombescherming van 22 november 2024 met producties 1 t/m 9;
- de conclusie van antwoord van Carway met producties 1 t/m 17;
- het tussenvonnis van 26 maart 2025 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de akte overlegging aanvullende producties tevens houdende eiswijziging van Boombescherming van 10 juni 2025 met producties 10 t/m 14; en
- het (verkorte) proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 16 juni 2025, waarvan door de griffier (separate) zittingsaantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Carway is een autobedrijf gespecialiseerd in de verkoop van exclusieve auto’s, met een focus op Amerikaanse automerken zoals Ford, Chevrolet en Dodge.
2.2.
Op 7 april 2024 heeft Boombescherming een Ford Raptor (hierna: ‘de auto’) gekocht van Carway voor € 133.099,99 (hierna: ‘de koopovereenkomst’).
2.3.
Op 31 mei 2024 heeft Carway de auto aan Boombescherming geleverd. Op dat moment was in totaal € 130.700,00 van de koopsom aan Carway voldaan.
2.4.
Bij WhatsApp bericht van 1 juni 2024 heeft Carway Boombescherming verzocht om het resterende bedrag van de koopsom van € 2.399,99 aan haar te betalen. Hierop heeft Boombescherming Carway laten weten dat zij een tweede autosleutel, de serviceboekjes en het conformiteitsbewijs van de auto niet heeft ontvangen en dat geen demperscharnieren zijn geïnstalleerd.
2.5.
Bij e-mail van 7 juni 2024 heeft Boombescherming Carway in gebreke gesteld en daarbij aangegeven dat als de auto niet binnen 3 weken is hersteld, zij dit door een derde zal laten doen. Bij e-mail van 10 juni 2024 aan Carway heeft Boombescherming toegelicht dat de auto een motorstoring heeft en dat die moet worden hersteld.
2.6.
Carway heeft Boombescherming bij e-mail van 11 juni 2024 laten weten dat Boombescherming de auto voor herstel kan afleveren. Dit heeft Boombescherming vervolgens op 18 juni 2024 gedaan. Hierop heeft Carway de auto naar een gespecialiseerde garage gebracht om de oorzaak van de motorstoring vast te laten stellen en de auto te laten repareren. Deze garage heeft Carway op 26 juni 2024 laten weten dat de turbocharger van de auto is opgeblazen.
2.7.
Bij e-mail van 1 juli 2024 heeft Boombescherming Carway laten weten de koopovereenkomst te ontbinden. Carway heeft hierop bij e-mail van 2 juli 2024 gereageerd dat zij de ontbinding niet accepteert en Boombescherming gesommeerd om het resterende bedrag van de koopsom van € 2.399,99 te betalen. Partijen hebben vervolgens nog een periode over en weer gecorrespondeerd over de auto, waarbij Carway heeft laten weten dat zij wel afhankelijk is van de levering van auto-onderdelen uit de Verenigde Staten.
2.8.
Carway heeft Boombescherming bij e-mail van 24 september 2024 bericht dat de auto gereed is en kan worden opgehaald bij Carway zodra het resterende bedrag van de koopsom van € 2.399,99 is voldaan. Boombescherming heeft de auto vervolgens op 26 september 2024 opgehaald en € 2.399,99 aan Carway betaald.
2.9.
Bij e-mail van 1 oktober 2024 heeft Boombescherming Carway ervan op de hoogte gesteld dat de demperscharnieren niet zijn gemonteerd, twee velgen aan de auto zijn beschadigd, dat intussen ruim 1.800 km met de auto is gereden en nog steeds geen conformiteitsverklaring en serviceboekje aanwezig zijn. Bij e-mail van 8 oktober 2024 heeft Boombescherming Carway laten weten dat ook de turbocharger weer defect is en dat zij de auto intussen naar een gespecialiseerd garagebedrijf heeft gebracht. Carway heeft Boombescherming bij WhatsApp bericht van 14 oktober 2024 laten weten dat er garantie op de auto zit, dat zij alles netjes wil oplossen en dat het onder meer mogelijk is om de auto om te ruilen.
2.10.
Boombescherming heeft Carway bij e-mail van 24 oktober 2024 laten weten dat de auto moet worden gerepareerd en dat de kosten hiervoor € 25.670,61 bedragen, zoals volgt uit de bij die e-mail gevoegde offerte van het gespecialiseerde garagebedrijf. Dit blijkt hetzelfde garagebedrijf te zijn als waarmee Carway gewoonlijk samenwerkt en dat ook de eerdere herstelwerkzaamheden aan de auto heeft verricht. Boombescherming heeft in deze e-mail verder aangegeven dat de koopovereenkomst definitief wordt ontbonden en verzocht om de koopsom van € 133.099,99 aan haar terug te betalen.
2.11.
Op 12 november 2024 heeft Boombescherming conservatoir beslag laten leggen op een van de auto’s van Carway.

3.Het geschil

3.1.
Boombescherming vordert, na eiswijziging, samengevat bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
  • te verklaren voor recht dat de koopovereenkomst buitengerechtelijk is ontbonden, dan wel dat de rechtbank de koopovereenkomst ontbindt; en
  • Carway te veroordelen tot (terug)betaling aan Boombescherming van de koopsom van € 133.099,99, de door haar geleden schade van € 6.057,94 plus p.m. en nog te lijden schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, en de beslagkosten van € 768,64, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
Boombescherming legt aan haar vorderingen het volgende ten grondslag. Carway is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de koopovereenkomst door een auto te leveren aan Boombescherming die niet voldeed aan wat zij daarvan mocht verwachten. Zo is onder meer de turbocharger binnen korte tijd na aflevering (tweemaal) kapotgegaan en ontbraken daarnaast de demperscharnieren, het serviceboekje en een conformiteitsverklaring. Boombescherming mocht, na de eerste reparatie door Carway, verwachten dat de auto volledig was hersteld. Toch vertoonde de auto, kort na de tweede aflevering, in oktober 2024 weer gebreken. Het eerdere herstel van de turbocharger had vijf maanden geduurd en Boombescherming had geen vertrouwen meer in deugdelijk herstel door Carway
.De redelijkheid en billijkheid brengt in dat geval mee dat Boombescherming Carway niet nogmaals in de gelegenheid hoefde te stellen om de auto te repareren. In plaats daarvan kon Boombescherming de koopovereenkomst direct ontbinden. Dat heeft zij vervolgens ook gedaan. Boombescherming heeft ook schade geleden als gevolg van de niet-nakoming van Carway. Deze bestaat uit de onterecht betaalde rente en nog te betalen rente aan de financier van (een deel van) de auto, juridische kosten, tijdverlies en kosten voor de huur van vervangend vervoer.
3.3.
Carway concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Boombescherming, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Boombescherming in de proceskosten. Carway voert in dit verband het volgende aan. Carway betwist dat zij haar verplichtingen uit de koopovereenkomst niet is nagekomen. Bovendien heeft Boombescherming, nadat de auto in oktober 2024 (mogelijk) weer gebreken vertoonde, Carway geen redelijke termijn gegund om alsnog na te komen. Carway is daarom niet in verzuim gekomen. Dat Boombescherming geen vertrouwen meer had in Carway, maakt niet dat Boombescherming het sturen van een ingebrekestelling achterwege kon laten. Er is dus niet voldaan aan het voor ontbinding vereiste verzuim. Boombescherming heeft haar schade verder ook onvoldoende onderbouwd.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Geen grond voor (buitengerechtelijke) ontbinding van de koopovereenkomst
4.1.
Voor een succesvol beroep op ontbinding van een overeenkomst dient sprake te zijn van een tekortkoming in de nakoming van deze overeenkomst. [1] Voor zover nakoming niet blijvend of tijdelijk onmogelijk is, voor het ontstaan van de bevoegdheid tot ontbinding, vereist dat de schuldenaar in verzuim verkeert. [2] Voor verzuim is in beginsel een ingebrekestelling vereist, bestaande in een schriftelijke aanmaning waarbij de schuldenaar een redelijke termijn voor de nakoming wordt gesteld. [3] De rechtbank is van oordeel dat Carway niet in verzuim is geraakt, zodat Boombescherming niet bevoegd was tot ontbinding van de koopovereenkomst. Hiertoe wordt als volgt overwogen.
4.2.
De rechtbank begrijpt uit de toelichting van Boombescherming op de mondelinge behandeling dat haar beroep op ontbinding van de koopovereenkomst enkel ziet op de (op 24 oktober 2024) ingeroepen ontbinding vanwege de opgetreden gebreken na de (tweede) aflevering van de auto op 26 september 2024. Aan de eerder (op 1 juli 2024) ingeroepen ontbinding is volgens Boombescherming namelijk uiteindelijk geen uitvoering gegeven omdat de koopovereenkomst daarna alsnog is nagekomen. Hieronder wordt daarom alleen ingegaan op de vraag of grond is voor ontbinding wegens een tekortkoming in de nakoming na de aflevering van de auto op 26 september 2024.
4.3.
Partijen verschillen van mening of Carway tekort is geschoten in de nakoming van de koopovereenkomst. Zelfs als Carway tekort is geschoten in de nakoming van de koopovereenkomst en deze tekortkoming de ontbinding rechtvaardigt, dan is niet voldaan aan alle vereisten voor de ontbinding. De nakoming van de koopovereenkomst door Carway is niet tijdelijk of blijvend onmogelijk. Het aan de auto vastgestelde gebrek aan de motor leent zich namelijk voor herstel. Dat volgt uit het eerder uitgevoerde reparatiewerk aan de turbocharger door het door Carway ingeschakelde garagebedrijf en de door Boombescherming overgelegde offerte van hetzelfde garagebedrijf voor de reparatie van de motor. Dat betekent dat sprake moet zijn van verzuim aan de zijde Carway. Pas dan is Boombescherming bevoegd om de koopovereenkomst te ontbinden.
4.4.
Carway is echter niet in verzuim gekomen. Boombescherming heeft Carway – nadat de gebreken aan de motor zich na de aflevering op 26 september 2024 voor een tweede keer voordeden – geen termijn gegeven voor herstel van de motor. Carway heeft Boombescherming wel uit eigener beweging laten weten dat er garantie op de auto zit en dat ze alles netjes wilde oplossen. Boombescherming is hier niet op ingegaan. In plaats daarvan heeft zij zelf een garagebedrijf ingeschakeld om de gebreken aan de auto vast te stellen en de kosten voor reparatie te begroten.
4.5.
Carway is dus geen (redelijke) mogelijkheid gegeven voor het herstel van de aan de auto geconstateerde gebreken, terwijl zij dit wel heeft aangeboden. Dat betekent dat Carway niet op deze manier in verzuim is komen te verkeren. Dit zou anders kunnen zijn als – zoals Boombescherming, naar de rechtbank begrijpt, aanvoert – sprake is van bijzondere omstandigheden die maken dat de beperkende werking van redelijkheid en billijkheid ertoe leidt dat het beroep van Carway op het ontbreken van een ingebrekestelling onaanvaardbaar is. [4] Daarvan is echter geen sprake, zoals hierna wordt toegelicht.
4.6.
Boombescherming heeft – in het kort – aangevoerd dat de eerdere herstelwerkzaamheden door Carway in verband met gebreken aan de turbocharger zeer lang hebben geduurd en dat zich kort na dat herstel opnieuw soortgelijke gebreken hebben voorgedaan. Hierdoor had zij geen vertrouwen meer in herstel van de turbocharger door Carway. Deze omstandigheden brengen echter niet mee dat een ingebrekestelling hier achterwege kon blijven. Boombescherming heeft onvoldoende toegelicht dat en waarom (zij er redelijkerwijs vanuit mocht gaan dat) Carway niet meer in staat zou zijn om de gebreken te (laten) herstellen. Dit geldt te meer nu is gebleken dat zowel Boombescherming als Carway de gebreken door hetzelfde garagebedrijf zouden laten herstellen. Dat maakt het gebrek aan vertrouwen in het (ook) door Carway in te schakelen garagebedrijf onbegrijpelijk. Zelfs als er wel redenen zouden bestaan om te twijfelen aan de deskundigheid van dit garagebedrijf, dan had Carway (nogmaals) in de gelegenheid gesteld moeten worden om na te komen. Twijfel alleen is namelijk onvoldoende om Carway de gelegenheid tot (een tweede) herstel te ontnemen.
4.7.
Verder is niet gebleken dat Carway op een andere manier in verzuim is gekomen. Voor zover wel sprake zou zijn van verzuim met betrekking tot een beschadiging aan de velgen, een (te hoge) kilometerstand en het ontbreken van een conformiteitsverklaring, een serviceboekje en scharnierdempers, is de rechtbank van oordeel dat deze (mogelijke) tekortkomingen de ontbinding niet rechtvaardigen. Gelet op het voorgaande kon Boombescherming niet rechtsgeldig tot ontbinding van de koopovereenkomst overgaan. Ook de vordering tot ontbinding van de koopovereenkomst door de rechtbank zal om die reden worden afgewezen.
4.8.
Nu de koopovereenkomst niet (buitengerechtelijk) is ontbonden, ontstaan geen verbintenissen tot ongedaanmaking voor de prestaties die al zijn ontvangen. Dit betekent dat Carway niet verplicht is de voor de auto betaalde koopsom van € 133.099,99 aan Boombescherming (terug) te betalen. De rechtbank wijst de vordering van Boombescherming daartoe daarom af.
Boombescherming heeft ook geen recht op schadevergoeding
4.9.
Boombescherming vordert ook schadevergoeding van Carway. Uit artikel 6:74 BW vloeit voort dat, voor zover nakoming niet blijvend of tijdelijk onmogelijk is, de bevoegdheid om een vordering tot nakoming om te zetten in vervangende schadevergoeding pas ontstaat als de schuldenaar in verzuim is.
4.10.
Hiervoor is al geoordeeld dat Carway niet in verzuim is komen te verkeren (overweging 4.7). Dat betekent dat Boombescherming ook geen aanspraak kan maken op schadevergoeding.
Beslagkosten
4.11.
Boombescherming vordert Carway te veroordelen tot betaling van de beslagkosten. Deze vordering zal ook worden afgewezen. Het beslag is onrechtmatig, omdat het is gelegd op grond van een niet aan Boombescherming toekomende vordering.
Proceskosten
4.12.
Boombescherming is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Carway worden begroot op:
- griffierecht
6.617,00
- salaris advocaat
3.858,00
(2 punten × € 1.929,00)
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
10.653,00
4.13.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen van Boombescherming af,
5.2.
veroordeelt Boombescherming in de proceskosten van € 10.653,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Boombescherming niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
veroordeelt Boombescherming tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.2 en 5.3 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.A.L. Wiersinga en in het openbaar uitgesproken op 13 augustus 2025.

Voetnoten

1.Artikel 6:265 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW).
2.Artikel 6:265 lid 2 BW.
3.Artikel 6:82 lid 1 BW.
4.Artikel 6:248 lid 2 BW.