Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
‘Graag ontvangen we een opgave van de huidige hoogte van de her te financieren lening; conform cijfers 2023 was deze eind van het jaar ruim 158k, gevraagd wordt 80k. Is de rest extra afgelost en hoe?van de ING op 24 april 2024 door de boekhouder geantwoord:
€ 33.000,00 is overgeboekt naar een particuliere ING-rekening van [eiser] en dat [eiser] daarvan vervolgens betalingen aan derden heeft gedaan (onder andere van ongeveer € 20.000,00 aan Eldexo BXL B.V. en € 12.000,00 aan LVDH Finance B.V.).
3.Het geschil
4.De beoordeling
a) gedragingen van een persoon een bedreiging vormen of kunnen vormen voor de (financiële) belangen van medewerkers of cliënten van de financiële instelling of van de financiële instelling zelf of voor de continuïteit of integriteit van de financiële sector;
Daarbij is nog van belang dat [bedrijf 1] al snel achterstanden heeft laten ontstaan in haar betalingsverplichtingen jegens ING en zij een betalingsregeling niet is nagekomen. Dat dit uitsluitend het gevolg is van een misverstand over de betaling op de 1e of 15e van de maand komt ongeloofwaardig voor. Dat verklaart immers niet dat maandenlang helemaal niets is betaald en het lijkt er dus eerder op dat [bedrijf 1] niet in staat was om aan de regeling te voldoen.
Dat maakt niet dat de registratie in het EVR ten onrechte is, omdat het onder 4.6 overwogene daartoe al voldoende rechtvaardiging biedt.
178,00