Uitspraak
Datum uitspraak: 14 augustus 2025
Regional Courtin
Poznań(Polen) (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon] ,
mr. E. Biçer, voorzitter,
Rechtbank Amsterdam
Op 14 augustus 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam een hersteluitspraak gedaan in de zaak met parketnummer 13/288059-24. Deze uitspraak volgde op een vordering van de officier van justitie van 20 mei 2025 tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB), dat op 15 juli 2025 door de regionale rechtbank Poznań in Polen was uitgevaardigd. Het EAB strekt tot de aanhouding en overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in 1978 in Polen.
Na het wijzen van de eerdere uitspraak bleek dat de slotsom onjuist was weergegeven. In de oorspronkelijke uitspraak stond vermeld dat het EAB voldeed aan de eisen van artikel 2 van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden waren. Echter, de rechtbank heeft in de hersteluitspraak vastgesteld dat de weigeringsgrond van artikel 12 OLW van toepassing is. Dit betekent dat de rechtbank geen aanleiding zag om van deze weigeringsgrond af te wijken, en daarom werd de overlevering geweigerd.
De hersteluitspraak is gedaan door de voorzitter mr. E. Biçer, samen met de rechters mr. R.A. Sipkens en mr. D.L.S. Ceulen, in tegenwoordigheid van griffier mr. M.J. Gauneau. Deze uitspraak is van belang voor de rechtsgang en verduidelijkt de toepassing van de relevante wetgeving met betrekking tot de overlevering van personen op basis van een Europees aanhoudingsbevel.