ECLI:NL:RBASS:2007:BC0364

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
18 december 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
217320 - CV EXPL 07-4374
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis in een verstekzaak over de geldigheid van boetebeding en algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Assen op 18 december 2007, is een tussenvonnis uitgesproken in een verstekzaak. Eiseres, de besloten vennootschap INTERNATIONAL CARD SERVICES B.V., heeft gedaagde, die niet is verschenen, aangesproken op een geldbedrag van € 7.997,39, inclusief rente en kosten. De vordering is gebaseerd op een bruikleenovereenkomst voor een creditcard, waarbij eiseres een boete van € 23,00 per dag vordert voor het niet retourneren van de creditcard. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gevorderde boete en de algemene voorwaarden niet zijn overgelegd, wat noodzakelijk is voor de ambtshalve toetsing van onredelijk bezwarende bedingen, zoals vereist door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen. Eiseres is in de gelegenheid gesteld om de ontbrekende documenten en informatie te overleggen, waaronder de data van de roodstand en de momenten waarop gedaagde in gebreke is gesteld. De zaak is verwezen naar de rolzitting van 15 januari 2008 voor verdere uitlating door eiseres.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
Sector kanton
Locatie Assen
zaak-/rolnummer: 217320 \ CV EXPL 07-4374
vonnis van de kantonrechter d.d. 18 december 2007
in de zaak van:
de besloten vennootschap INTERNATIONAL CARD SERVICES B.V.,
hierna te noemen: eiseres,
statutair gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te Diemen,
eisende partij,
gemachtigde: Jongejan Wisseborn Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[Gedaagde],
hierna te noemen: gedaagde,
wonende te [adres],
gedaagde partij,
niet verschenen, tegen wie verstek is verleend.
De procedure
1. Eiseres heeft bij dagvaarding d.d. 23 november 2007, op daarin geformuleerde gronden, gevorderd gedaagde te veroordelen tot betaling van een geldbedrag ad € 7.997,39, rente ad € 43,37, buitengerechtelijke kosten ten bedrage van € 1.427,54, deurwaarderskosten ad € 66,70, rente en kosten rechtens.
Gedaagde is niet ter zitting verschenen, zodat tegen hem verstek is verleend. Vonnis is bepaald op heden.
De vordering
2. Eiseres heeft gesteld dat zij op grond van een bruikleenovereenkomst met gedaagde een creditcard heeft verstrekt, een en ander onder de door eiseres gestelde voorwaarden en tot een maximumbedrag. Eiseres heeft gesteld dat ondanks gezonden overzichten en aanmaningen het opeisbare saldo van de opnamen/bestedingen niet is voldaan door gedaagde. Het totale saldo van de opnamen/bestedingen bedraagt per 17 oktober 2007
€ 3.420,39. Eiseres heeft daarnaast aan gedaagde aangezegd dat zij met ingang van 2 mei 2007 aanspraak zal maken op de overeengekomen boete van € 23,00 per dag voor elke dag dat gedaagde in gebreke is gebleven aan de sommatie tot afgifte van de creditcard te voldoen. Gedaagde heeft niet voldaan aan de sommatie om zijn creditcard in te leveren en het verschuldigde bedrag uit hoofde van voormeld boetebeding bedraagt tot en met 16 november 2007 € 4.577,00.
Eiseres heeft bovendien gesteld dat de Wet op het Consumentenkrediet (WCK) niet van toepassing is, nu gedaagde gehouden is tot volledige maandelijkse betaling.
De beoordeling
3.1 Alvorens enige beslissing te nemen acht de kantonrechter het volgende van belang.
Met betrekking tot de gevorderde boete ad € 4.557,00 overweegt de kantonrechter dat de litigieuze algemene voorwaarden alsmede een afschrift van de overeenkomst bij de dagvaarding ontbreken. Eiseres zal dan ook, gelet op de verplichting van de kantonrechter tot ambtshalve toetsing van onredelijk bezwarende bedingen in algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten ingevolge de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ) van 27 juni 2000 (NJ 2000/730, Océano) en 26 oktober 2006 (NJ 2007/201, Mostaza Claro), in de gelegenheid worden gesteld bij akte de algemene voorwaarden aan de kantonrechter te overleggen, alsmede een afschrift van de overeenkomst tussen partijen. Daarbij dient eiseres zich tevens uit te laten over het onderhavige boetebeding en de geldigheid daarvan, in het licht van voornoemde arresten van het HvJ.
3.2 De kantonrechter overweegt voorts dat gelet op hetgeen door eiseres is gesteld er kennelijk gedurende langere tijd sprake is van een roodstand terzake de creditcard van gedaagde. Deze roodstand is mogelijk onder de WCK komen te vallen, gelet op artikel 1 sub a WCK. De kantonrechter zal eiseres dan ook in de gelegenheid stellen om bij akte aan te geven:
- vanaf welke data en gedurende welke perioden er sprake is geweest van het negatieve saldo in verband met verrichte betalingen met de creditcard van gedaagde;
- op welk moment eiseres gedaagde in gebreke heeft gesteld en op welk moment eiseres tot opeising is overgegaan.
Beslissing
De kantonrechter:
verwijst de zaak naar de rolzitting van 15 januari 2007 voor akte uitlating aan de zijde van eiseres inzake hetgeen hiervoor is overwogen in rechtsoverweging 3.1 en 3.2;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. A. van der Meer en in het openbaar uitgesproken op 18 december 2007.
typ/conc: 167/SJSK
coll: