ECLI:NL:RBASS:2012:BV0648

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
10 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
319668 \ CV EXPL 11-4289
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incidentiële vordering tot exhibitie in huurovereenkomst geschil

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Assen op 10 januari 2012, heeft de kantonrechter mr. B.R. Tromp uitspraak gedaan in een incident dat was ingesteld door de gedaagde partij, [X]. De eisende partij, de besloten vennootschap Business Imaging Solutions B.V., vertegenwoordigd door van Driel Advocaten, had een vordering ingesteld tegen [X] en [X] B.V. in het kader van een geschil over huurovereenkomsten. De gedaagde vorderde in dit incident een met dwangsommen versterkte veroordeling van de eisende partij, Canon, om toegang te krijgen tot originele logboeken die betrekking hebben op de onderhoudshistorie van de kopieermachines die in de hoofdzaak aan de orde zijn. De kantonrechter oordeelde dat het verzoek van de gedaagde niet voldeed aan de eisen van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, omdat het verzoek niet gericht was op inzage of afgifte van bepaalde bescheiden. De kantonrechter wees de vordering in het incident af en veroordeelde de gedaagde in de kosten van het incident, die aan de zijde van Canon werden begroot op € 452,--. Tevens werd de zaak verwezen naar de rolzitting van 24 januari 2012 voor het nemen van een conclusie van antwoord in de hoofdzaak. De kantonrechter benadrukte dat de gedaagde in strijd met artikel 208 lid 3 Rv had gehandeld door de incidentele vorderingen niet gelijktijdig in te stellen, wat leidde tot onredelijke vertraging van de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
Sector kanton
Locatie Assen
zaak-/rolnummer: 319668 \ CV EXPL 11-4289
vonnis van de kantonrechter van 10 januari 2012
in de zaak van
de besloten vennootschap Business Imaging Solutions B.V., t.h.o.d.n. Canon Center,
die gevestigd is in Groningen,
eisende partij,
gemachtigde: van Driel Advocaten,
tegen
1. De besloten vennootschap [X] B.V.,
die gevestigd is in [woonplaats],
2. [X],
die woont in [woonplaats],
gedaagden,
gemachtigde: mr. C.J. Bungay,
Partijen worden hierna Canon en [gedaagde] genoemd.
De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het vonnis in het incident van 25 oktober 2011;
- de incidentele conclusie tot exhibitie van [gedaagde] van 22 november 2011;
- de conclusie van antwoord in het incident van Canon van 20 december 2011.
Tenslotte heeft de kantonrechter bepaald dat vandaag het vonnis in het incident wordt uitgesproken.
De beoordeling
[gedaagde] vordert in dit incident, verkort weergegeven, een met dwangsommen versterkte veroordeling van Canon om [gedaagde] toe te staan een kopie te maken van de originele logboeken die betrekking hebben op huurovereenkomsten over een bepaalde periode, althans veroordeling van Canon een onpartijdige notaris toe staan daarvan kopieën te maken.
Het daartegen gerechte verweer strekt tot afwijzing van de vordering. Daartoe voert Canon onder meer aan dat zij niet weet wat [gedaagde] bedoelt met "logboeken" en dat voor zover [gedaagde] doelt op de onderhoudsboekjes van de kopieermachines, Canon daarover niet beschikt.
De kantonrechter begrijpt uit de toelichting op de vordering dat [gedaagde] op zoek is naar bescheiden waaruit blijkt, kort gezegd, wat de onderhoudshistorie is geweest van de kopieermachines waar partijen in de hoofdzaak over procederen. Aldus strekt het verzoek niet tot inzage of afgifte van bepaalde bescheiden. Het verzoek valt buiten de reikwijdte van art. 843a Rv zodat het verzoek moet worden afgewezen.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de kosten van dit incident. De kosten aan de zijde van Canon worden begroot op € 452,--.
De kantonrechter zal de zaak naar de rol verwijzen voor het nemen van een conclusie van antwoord.
De kantonrechter overweegt dat hij ambtshalve heeft te waken voor een onredelijke vertraging van de procedure. De kantonrechter oordeelt dat sprake is van een onredelijke vertraging doordat - zoals Canon terecht aanvoert - [gedaagde] in strijd met wat art. 208 lid 3 Rv bepaalt, de incidentele vorderingen niet gelijktijdig heeft ingesteld. Niet kan blijken dat [gedaagde] dat niet had kunnen doen. Had [gedaagde] de incidentele vorderingen gelijktijdig ingesteld, dan had zij reeds in de maand november van het jaar 2011 de conclusie van antwoord genomen. Een en ander geeft de kantonrechter aanleiding af te wijken van de termijn die gebruikelijk daarvoor wordt gegeven en de zaak thans te verwijzen naar de rolzitting van 24 januari 2012 voor het nemen van de conclusie van antwoord in de hoofdzaak.
Beslissing
De kantonrechter
1. wijst de vordering in het incident af,
2. veroordeelt [gedaagde] in de kosten van het incident, aan de zijde van Canon tot op heden begroot op € 452,-- aan salaris advocaat,
3. verklaart dit vonnis ten aanzien van de veroordeling van [gedaagde] in de kosten van het incident, uitvoerbaar bij voorraad,
4. verwijst de zaak naar de rolzitting van 24 januari 2012 voor het nemen van een conclusie van antwoord in de hoofdzaak,
5. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. B.R. Tromp en in het openbaar uitgesproken op 10 januari 2012.
typ/conc: 216/BRT
coll: